‘Kinderen weten dat moord of verkrachting niet oké is’
‘Verkrachtertje’ spelen? Het klinkt bij sommige ouders misschien schokkend, maar de jeugdbewegingen sussen. ‘We moeten het niet groter maken dan het is.’
BRUSSEL I Een bezorgde moeder fronste haar wenkbrauwen toen ze voor het eerst hoorde over spelletjes als ‘verkrachtertje’ bij de jeugdbeweging. Ze schreef er een opinieartikel over in Charliemagazine. ‘Verkrachtertje’ is een spel waarbij de ene helft van de kinderen in een cirkel op de grond gaat liggen en de andere helft erop. De onderste helft moet dan uit de greep van ‘de verkrachters’ geraken.
‘Het belangrijkste is dat de spelen zowel emotioneel als fysiek veilig zijn voor de kinderen’, benadrukt Jan Van Reusel, woordvoerder van Scouts en Gidsen Vlaanderen. ‘Het gaat om onschuldige spelletjes en we moeten het taalgebruik niet dramatiseren.’
Bovendien klinken de spelletjes vaak ruwer dan ze zijn. Vaak komt de bezorgdheid vanuit een soort onwetendheid bij de ouders: ze horen een naam en denken dat er een gruwelijk spel achter zit.
‘Als nationale leiding van Scouts en Gidsen Vlaanderen hebben we uiteraard ook begrip voor de bekommernis bij enkele duidelijk aanstootgevende namen. Een taalgebruik als “verkrachtertje” past niet echt binnen de opvoedende omgangsvorm tussen leden en leiding, ook al was het ooit grappig bedoeld. We delen die bezorgdheid en zetten mee in op het zoeken van fijngevoeliger termen hiervoor’, zegt Van Reusel.
Verandering moet ook uit de onderbuik komen, meent de KSA. ‘De leiding is volwassen genoeg om dit soort zaken zelf op te lossen. We moeten het niet groter maken dan het is’, zegt Brecht Goerlandt, coördinator van KSA nationaal.
Niet onderschatten
Maar welk effect heeft het nu op de kinderen zelf? Dirk Beyers, professor ontwikkelingspsychologie aan de UGent, ziet weinig kwaad in ‘verkrachtertje’ spelen. ‘We mogen kinderen niet onderschatten. Als de leiders goed uitleggen dat het een spel is, is er niets problematisch aan de hand’, zegt hij. ‘Kinderen weten ook dat moorden of verkrachten niet oké is. Ze hebben zelf weinig boodschap aan die bezorgdheid van ouders. Laat ze gewoon spelen en hun eigen namen kiezen.’