Voegt Geens wél de daad bij het woord?
Minister Geens’ idee van een psychiatrisch observatiecentrum voor gedetineerden is niet nieuw. PAUL COSYNS en KRISTINE KLOECK hopen dat het er nu eindelijk van komt.
Minister van Justitie Koen Geens (CD&V) plant bijkomende investeringen in het gevangeniswezen, onder meer in een psychiatrisch observatiecentrum voor gedetineerden. In zo’n observatorium zou een multidisciplinair team van specialisten de persoonlijkheid van bijzondere categorieën misdrijfplegers onderzoeken, onder meer om hun toerekeningsvatbaarheid te bepalen.
Waar hebben we dat nog gehoord? Hoe jammer dat deze oude beleidsintentie vandaag nog steeds niet in uitvoering is gebracht.
Het Belgisch gevangeniswezen beschikte tussen 1961 en 1991 al over een Penitentiair Oriëntatiecentrum (POC) in de gevangenis van SintGillis. Dat centrum had drie opdrachten. De eerste was recent veroordeelden verwijzen naar de meest geschikte strafinrichting. Daarnaast werden gedetineerden die tijdens hun opsluiting disciplinaire of gedragsproblemen vertoonden onderzocht en eventueel geheroriënteerd. Ten slotte moest de minister van Justitie geadviseerd worden over problematische gevallen met het oog op een beslissing over voorwaardelijke invrijheidstelling.
Onder leiding van JeanPierre De Waele werd jarenlang door een multidisciplinaire en interuniversitaire equipe een zeer uitgebreide en wetenschappelijk gefundeerde methodologie voor persoonlijkheidsonderzoek op punt gesteld die ook internationaal weerklank vond. Jammer genoeg ging dit onderzoekscentrum met een deel van zijn archieven eind jaren 80 in vlammen op bij een opstand van gedetineerden in de Brusselse gevangenis.
Stille dood
In overleg met de toenmalige minister van Justitie werd vervolgens een instelling ontworpen en gebouwd. Er werd gedacht aan een aangepaste infrastructuur, geschikt voor observatie en oriëntatie van veroordeelde en geïnterneerde gedetineerden. Maar toen de nieuwe instelling klaar was voor gebruik, werd het project door de toenmalige minister van Justitie Melchior Wathelet (CDH) afgeblazen. Het gebouw wordt sindsdien als vrouwengevangenis gebruikt en zult u beter kennen als de strafinrichting Berkendael in Vorst. De wetenschappelijke POCstaf, waarvan ondergetekenden deel uitmaakten, stierf een stille dood.
Sindsdien zijn in vrijwel alle gevangenissen wel psychosociale diensten werkzaam die een expertiseopdracht hebben en ad vies uitbrengen over individuele gevallen. Hun ‘dagaandag’psychosociaal advieswerk valt evenwel niet te vergelijken met een wetenschappelijk gefundeerde analyse van zware gevallen van criminaliteit.
Dutroux
Een van de eerste beleidsantwoorden van minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V) op de zaakDutroux (1996) was de heroprichting van het centrum onder de benaming POKO: Penitentiair Oriëntatie en Klinisch Observatiecentrum. Dutroux pleegde zijn gruwelijke feiten immers toen hij voorwaardelijk vrij was. Studie van zijn dossier leerde dat de beslissing daartoe zonder al te veel kennis en inzicht in zijn persoon en delinquentietraject was genomen.
De oprichting van het POKO werd nog tijdens de legislatuur van De Clerck geformaliseerd. Ook in de begroting van Justitie ‘Elke wetenschappelijk gefundeerde advisering en monitoring van het beleid ontbreekt.’
werden de nodige middelen voor de opstart ervan gereserveerd. Toch is het bij een beleidsintentie gebleven: de volgende minister, die het centrum daadwerkelijk in werking zou stellen, gebruikte de middelen voor andere beleidsdoeleinden. En ook al hebben vrijwel alle volgende ministers de intentie publiek verkondigd, tot vandaag beschikt België – in tegenstelling tot de ons omringende landen – niet over een penitentiair onderzoeks en observatiecentrum die naam waardig. Elke wetenschappelijk gefundeerde advisering en monitoring van het beleid ontbreekt.
Er is alleen ‘het idee’ van een penitentiair onderzoekscentrum. Dat idee wordt telkens bij maatschappelijk ophefmakende criminele feiten uit de kast gehaald om
de gemoederen te sussen, om er dan weer in te verdwijnen.
Zal het met deze minister van Justitie anders verlopen? Of zijn er nog meer bewijzen nodig dat zo’n onderzoekscentrum geen verspilling en overbodige luxe zou zijn?
België beschikte tussen 1961 en 1991 al over een Penitentiair Oriëntatiecentrum