Armoedebeleid: veel meer dan vluchtelingen
De ‘framing’ van minister Homans rond de vluchtelingen leidt opnieuw de aandacht af van de echte uitdagingen, meent armoedeexpert Van Lancker.
BRUSSEL I ‘We hebben al heel veel gedaan met alle ministers, maar de structurele uitwerking van de maatregelen zullen we pas op lange termijn zien. Alle ministers zijn het er wel over eens dat we nog een tandje bij kunnen steken.’ Vlaams minister van Armoedebestrijding Liesbeth Homans (NVA) nuanceert de stijging van de kansarmoedecijfers bij kinderen (DS 13 juni). Ze benadrukt ook dat de slechte cijfers te wijten zijn aan ‘mensen die te lang werkloos blijven en te lang een uitkering krijgen’.
Dinsdag klonk dat nog veel forser. Toen stuurde de minister van Armoedebestrijding als reactie op de cijfers van Kind en Gezin een persbericht met als titel: ‘Minister Homans ziet in de toename van het aantal vluchtelingen een van de oorzaken van de stijging van de kansarmoedeindex.’
Ze haalde in de tekst ook de eco nomische crisis (van 2008) en de lage arbeidsparticipatie van vrouwen van buitenlandse origine aan als oorzaken. Maar de grote focus lag wel op de vluchtelingen.
Niet gelogen
Gisteren moest Homans in het Vlaams Parlement die link met de vluchtelingencrisis nader verklaren. ‘U zet uw falende beleid gewoon door, u communiceert op de kap van wie u de hand zou moeten reiken en schuift de zwartepiet door naar de meest kwetsbaren’, verantwoordde Groenfractieleider Björn Rzoska zijn motie van wantrouwen en vraag tot ontslag van de minister. Ook de SP.A drong aan op een drastische bijsturing van het beleid.
Dat ze zou gelogen hebben, kon Homans ontkrachten. Een rapport van vorig jaar en een nog te verschijnen publicatie (gepland eind juni) bewijzen inderdaad dat de groep van moeders uit Azië (bijvoorbeeld Syrië en Afghanistan) – van wie de kinderen een groter armoederisico lopen – de voorbije drie jaar steeg met 38 procent.
De onderliggende boodschap van Homans is echter belangrijker: armoedebeleid voeren, is eigenlijk dweilen met de kraan open, want met de vluchtelingencrisis importeren we nieuwe armoede. De minister verwees zo naar externe oorzaken. Al gaf ze in het parlement gisteren ook toe dat ‘er nog werk aan de winkel is’.
Armoedeexpert Van Lancker heeft moeite met de framing over vluchtelingen. ‘Deze trend van stijgende kinderarmoede is al heel lang aan de gang’, zegt Van Lancker. ‘Dat de kans op armoede groter is bij kinderen van moeders met nietBelgische origine is ook niet nieuw. Het probleem nu framen als een vluchtelingenprobleem is problematisch. Het is een probleem van slechte integratie van migranten op de arbeidsmarkt, en van lage inkomens. Het is aan de Vlaamse en federale regering om in te grijpen.’
Vooral de middenklasse
Die Vlaamse regering deed gisteren haar uiterste best om aan te tonen dat het armoedebeleid van de regering veel meer is dan de eerste communicatie van Homans. In het parlement kwamen minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V), mi nister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V), minister van Werk Philippe Muyters (NVA) en minister van Energie Bart Tommelein (Open VLD) elk op hun beurt benadrukken welke maatregelen ze op hun domein al genomen hebben.
Ook Van Lancker benadrukte gisteravond in De afspraak nog eens dat de coördinatie op alle niveaus belangrijk is. ‘Je hebt een minister nodig op Vlaams en federaal niveau met het nodige politieke gewicht om de neuzen in dezelfde richting te krijgen. Want armoedebestrijding betekent keuzes maken die niet gemakkelijk zijn. Het is een zodanig groot probleem dat iedereen zegt dat het de andere is die het eerst in actie moet schieten.’
Van extra maatregelen om de strijd tegen kinderarmoede verder op te drijven, was gisteren nog geen sprake. ‘De grote ambities in het regeerakkoord staan vaak in schril contrast met het beleid dat vooral inzet op de middenklasse’, benadrukt Van Lancker. ‘Kiezen tegen armoede betekent ook duidelijke politieke keuzes maken. Een goed voorbeeld op Vlaams niveau is de woonbonus. Iedereen is het erover eens dat die vooral de middenklasse (en hoger) ten goede komt. Wonen is net de bevoegdheid van de minister voor Armoedebestrijding. Dan zou je de mensen kunnen zegge dat je die woonbonus gedurende de volgende twintig jaar wil heroriënteren en er stap voor stap voor zorgen dat kwetsbare huurders beter beschermd worden. Zo kunnen hun kinderen later belastingen kunnen betalen en onze welvaartsstaat in stand houden.’
‘Het is geen probleem van vluchtelingen, wel van slechte integratie van migranten op de arbeidsmarkt en van lage inkomens’ WIM VAN LANCKER Armoedeexpert
‘We hebben al heel veel gedaan, met alle ministers, maar de structurele uitwerking van de maatregelen zullen we pas zien op lange termijn’ LIESBETH HOMANS
Vlaams minister van Armoedebestrijding