Elke stad wil park op poten
De opening van het Luchtpark Hofbogen boven op een oud station in Rotterdam. Lijn 28 is een van de puzzelstukjes van een toekomstig groen netwerk tussen de Brusselse metrohaltes Belgica en Bockstael. gerestaureerd. Kantoortjes, hippe winkels en eetzaken op de begane grond droegen bij tot de wijkverbetering. Het maakte van deze plek een van de hotspots van Rotterdam.
De eigendomsstructuur is wel complex. Twee immobiliënvennootschappen brengen dit najaar het viaduct en het voormalige tracé in de verkoop. Naar schatting is 50 miljoen euro nodig om de volledige parkroute uit te bouwen. De stad Rotterdam wil dat bedrag niet integraal ophoesten, maar toonde zich wel al bereid te participeren.
Promenade op hoogte
Een park enkele meters boven straathoogte: Parijs en New York reikten er de inspiratie voor aan. In de Franse hoofdstad loopt een 4,7 kilometer lang groentraject van de Bastille tot aan de oostgrens van Parijs. Een voormalige spoorwegviaduct uit de negentiende eeuw vond zo een nieuwe bestemming: die van Petite Ceinture of Promenade Verte.
Hip is ook de High Line in Manhattan, een vier kilometer lange wandelweg over een oude goederenspoorlijn. Ze trekt jaarlijks zo’n vijf miljoen flaneurs en toeristen. Parijs financierde zelf de promenade, in New York wist een privéinitiatief het stadsbestuur over de streep te trekken om mee te investeren.
Bij ons zijn er nog geen voorbeelden van stadsparken op grote hoogte, zegt de Brusselse bouwmeester Kristiaan Borret. ‘Maar de bufferruimtes bij in onbruik geraakte spoorlijnen of rangeerterreinen komen steeds vaker in het vizier. Logisch ook. De verdichting dwingt tot zuinig ruimtegebruik en vindingrijkheid. Steden gaan steeds vaker op zoek naar verloren plekjes.’
Van Belgica naar Bockstael
Borret noemt het type High Line, met zijn bij uitstek recreatieve functie, slechts een van de mogelijkheden voor slim hergebruik. ‘Van een oude spoorlijn een park of sportruimte maken, is goed voor de buurt’, zegt hij. ‘Maar je kunt ook verder denken. Treinsporen zijn verborgen schakels in de stad. Ze bieden een ideale voorzet voor fietssnelwegen, die het verkeer op een alternatieve manier de stad binnensmokkelen. En daarnaast helpen ze de biodiversiteit in evenwicht houden.’
Een mooi voorbeeld is Lijn 28 in Brussel, een restant van spoorweginfrastructuur die oude magazijnen verbond met Tour & Taxis. Na een wedstrijd in het kader van de wijkcontracten werd het braakliggend terrein in 2015 gesaneerd. Er groeit nu een snoer van pocket parken. Als speelzone en ontspanningsruimte voor wandelaars en fietsers vormt Lijn 28 een puzzelstukje van een toekomstige groen netwerk tussen de metrohaltes Belgica en Bockstael. Maar dan bovengronds.
Zuinig ruimtegebruik voert steden naar nietconventionele plekken waar de uitdagingen groot zijn, denkt Kristiaan Borret. ‘Maar je hoeft het je daarom nog niet moeilijk te maken, door een park bovenop een viaduct te leggen.’