Dolle roes van het gokken
Graaicultuur in de opera? Ze bestaat. Rond de speeltafels tornen koddige personages op tegen Prokofjevs muzikale wervelstorm.
Waan en werkelijkheid lopen op een tragikomische manier door elkaar.
Het uitgangspunt is ingenieus en levert een memorabel scènebeeld op. Voor De speler heeft regisseur Karin Henkel het toneel ontdubbeld en het hoofdpersonage een danser als spiegelbeeld meegegeven. Hoe Aleksej aan zijn gokverslaving kwam: we zien het gekopieerd op twee, later zelfs op drie plateaus. Actie en flashback, waan en werkelijkheid lopen op een tragikomische manier door elkaar.
De speler is een vroeg werk van Sergej Prokofjev dat steeds vaker de affiche van de operahuizen haalt. De casinosatire is gebaseerd op de tragikomische novelle van Dostojevski, die voor het verhaal uit zijn eigen ervaringen putte: zijn gokzucht en de mislukte affaire met Polina Soeslova (de schrijver veranderde niet eens de naam).
Prokofjev nam grote happen uit de oorspronkelijke dialogen over, vanuit zijn overtuiging dat opera geënt moest zijn op het ritme van de spreektaal. Maar in De speler valt Regisseuse Karin Henkel schetst geen meedogenloos portret van de gokkers.
vooral de reutelende klank van het failliet op te vangen. Het is een opera over onvermogen en ontgoocheling, over verslaving en desastreuze geldzucht die elke poging tot liefde en empathie de nek omwringen. Kortom, over de mens die niet deugt.
Snelle kicks
We zien een stoet van koddige personages defileren. Eerst marcheren ze fluks richting pandjeshuis, om daar hun grootste schatten van de hand te doen: een verlopen generaal en zijn maîtresse, zijn stiefdochter Polina, en – zoals Prokofjev ze typeert – een onfortuinlijke speler, een
Deze opera gaat over onvermogen en ontgoocheling, over verslaving en desastreuze geldzucht