Een Jesse Owens-momentje
Ik zag gisteren in het stadion van Spartak Moskou met veel plezier Senegal de eerste Afrikaanse punten op dit WK behalen. Niet dat ze zo wervelend speelden, maar vooral uit sympathie voor de zowat 500 dappere Senegalese supporters, die het tegen een Pools legioen opnamen.
Senegal is geen rijk land: er zijn geen volle charters met fans uit Dakar komen vliegen. Minstens even veel komen uit Frankrijk. Bij racisme in Rusland hadden deze bezoekers zich niet veel voorgesteld. ‘Is de Russische ploeg onlangs gestraft voor oerwoudgeluiden tegen zwarte spelers in een oefenwedstrijd tegen Frankrijk? Dat is nieuw voor mij’, zei Ousmane, een telecomingenieur uit Dakar, na een verbroederingsfoto met een Pool en een ZuidKoreaan. ‘Ik vind de mensen hier eigenlijk best vriendelijk.’
Maar zowat de helft van de Senegalese supporters op dit WK zijn gewoon inwoners van Rusland. Zoals Mustapha, die informatica studeert in het ZuidRussische Belgorod. Om zijn lijf een Tshirt met het nummer 19 van Mbaye Niang, die een uurtje later zou scoren voor zijn land. Het racisme in Rusland is verschrikkelijk volgens hem. ‘Ik kende de reputatie vooraf wel een beetje, maar Russen zijn heel goed in informatica, vandaar. Maar het leven is voor mij geen pretje in
Belgorod. Op straat krijg ik voortdurend vijandige blikken van voorbijgangers, jongeren schelden me uit voor aap en zo. Zeker als ze denken dat ik geen Russisch begrijp, maar anders ook. En als ik me eens wil ontspannen en een potje mee wil voetballen op een pleintje, bekijken ze me alsof ik lucht ben, of zeggen ze dat ik terug moet naar de jungle.’ Mustapha is geen haatdragende jongen. ‘Ik denk niet dat het echt slechte mensen zijn. Ze zijn gewoon niet gewend zwarten te zien. Maar weet je wat zo leuk is aan dit WK? De Russen zijn vriendelijker dan anders tegen ons.’
Dat is ongetwijfeld te danken aan de ongeschreven wetten over de gastvrijheid. Rusland organiseert een sporttoernooi voor mensen uit de hele wereld, en de bonte bende bezoekers zijn gasten van wie je wat eigenaardigheden hoort te accepteren. Zelfs een zwarte huidskleur, en misschien zelfs een regenboogvlag… (Ik heb er nog geen enkele gezien op dit WK – voetbal blijft een machowereld.) Een adempauze voor het rauwe racisme dus, tot bewijs van het tegendeel.
Maar dat Senegal van Polen won, was niet alleen leuk voor hun sympathieke supporters. Het was, in de laatste wedstrijd van de eerste speeldag, ook broodnodig om neokoloniaal aandoende neerbuigendheid terug te fluiten. De feiten zijn wat ze zijn: tot gisteren had geen enkel Afrikaans of Aziatisch team een punt gehaald op dit WK, en van de Aziaten alleen Iran – tegen Marokko, een Afrikaans land. De dominantie van de twee klassieke voetbalcontinenten, Europa en ZuidAmerika, is tot dusver dus uitgesproken.
Waar is de tijd dat het Nigeria van Okocha en Amokachi de wereld verbaasde, het Kameroen van die heerlijke Roger Milla, dat verbazende ZuidKorea dat in 2002 de halve finales haalde in eigen land?
Een groeiend aantal commentatoren moppert dat de nieuwe continenten volledig gestagneerd zijn. Exotisch en verfrissend zijn ze niet meer, ze zijn het vulsel in afwachting van de volgende ronde met de échte voetballanden. Die reflex racistisch noemen zou overdreven zijn: er ís wellicht een probleem. Ontbreekt het de Afrikaanse en Aziatische landen nog steeds aan een professionele onderbouw op hoog niveau om meer dan het occasionele supertalent voort te brengen? Dat is een relevante vraag, zeker met de uitbreiding naar een WK met 48 landen op komst (met veel extra deelnemers uit die contreien). Maar om daarom arrogant te besluiten dat we beter een WK zouden hebben met uitsluitend teams uit Europa en LatijnsAmerika? ColombiaJapan 12, PolenSenegal 12: voor het wereldvoetbal was 19 juni een prima dag. Al zal Mustapha daar straks weinig aan hebben, als hij wil meevoetballen in Belgorod.
Hoe arrogant is de suggestie dat je maar beter een WK met twee continenten speelt