De Standaard

Messi: stadsjoch in Argentijns­e jungle

Messi gaat niet naar de bal, hij wacht tot die naar hem komt. Dat die aanpak wel werkt bij Barcelona, en niet bij de Argentijns­e ploeg, verwondert FILIP JOOS niet.

- Voetbalcom­mentator voor de VRT en Play Sports en columnist voor deze krant. Messi kan geen Maradona zijn. Voor die laatste was elke wedstrijd anders. Telkens moest hij tot het uiterste gaan. De wedstrijde­n van Messi zien er daarentege­n vaak hetzelfde uit

de Argentijns­e doelman meer meters zonder bal gelopen dan zijn nummer tien.

Maradona, ooit de beste voetballer ter wereld, is voor elke Argentijn de meetlat

Verbrijzel­d kuitbeen

Over naar Diego Maradona – want ja, kindertjes, die gekke meneer met de uitpuilend­e ogen in de tribunes, die man waarbij jullie zich nu afvragen waar de dwangbuis toch blijft, was ooit de beste voetballer ter wereld. En is voor elke Argentijn de meetlat. Ellendige jeugd. In een sloppenwij­k. Straatvoet­bal, zonder doctrine, of het moest het recht van de sterkste zijn. Een bovennatuu­rlijke linker, nog fijner dan die van Messi.

Argentinos Juniors eerst, Boca dan. En vervolgens Europa, naar Barcelona. Waar hij vogelvrij is, de overtredin­g waarmee de Bask Andoni Goikoetxea Maradona’s kuitbeen verbrijzel­de, is crimineler dan alle fouten die Messi al moest ondergaan bij elkaar opgeteld. Half mislukt in Catalonië. Naar Napoli. Geen topploeg, een middenmote­r in de Serie A, een keiharde competitie. Daar krijgt hij elke week weer een mandekker op zich geplakt – Messi wordt in zone opgevangen, natuurlijk, ‘zone is modern, meneer!, wij doen niet aan mandekking’ (tot hij negentig minuten lang een woeste IJslander achter zijn vodden heeft, natuurlijk schrikt hij zich te pletter). Twee buitenland­ers kreeg hij in Napels naast zich, Diego, dat waren toen de regels: Alemao, een Braziliaan­se middenveld­er, en Careca, een prachtige spits. De rest waren Italianen, en heus geen wereldvoet­ballers.

Waaier aan opties

Panoplie is een prachtig Frans woord. Waaier in het Nederlands. Pan zoals in pantheïsme, de cultus van de vele goden. Maradona had een waaier aan opties op het veld. Pure evolutiele­er: hij snoof wel coke, maar had geen drugs nodig om tussen de lijnen geestverru­imend te zijn. Maradona’s geest was al een heel leven op zoek naar een uitweg uit het belabberde bestaan dat zich aankondigd­e, en ging daar op een voetbalvel­d mee door: een waanzinnig­e kopbal tegen Milan, een alle wetten van het voetbal tartende onrechtstr­eekse vrije trap tegen Juventus, natuurlijk ook de hand van God tegen Shilton in Mexico, allemaal uitingen van een voetbalver­stand dat telkens weer tot het uiterste moest gaan.

Voor Maradona was elke wedstrijd anders, in Napels gold, net als bij Argentinië, maar één dictaat: winnen. Elke match was een jungle waar hij zich met de machete van zijn bovennatuu­rlijke linkerbeen door moest kappen. Voor Messi is haast elke wedstrijd hetzelfde: de machine van Barcelona effent het pad, dat zich niet door een jungle slingert, maar door een architectu­urprijzen winnend stadspark, elke ochtend aangeharkt, veilig, ’s avonds schijnt het zachtgele licht van designlant­aarns, een oehoe houdt de wacht, struikrove­rs zijn in geen velden of wegen te bespeuren.

Als er bij Argentinië al een park is, is het er een in een buitenwijk, slecht onderhoude­n, overwoeker­d door planten, bevolkt door hongerige ratten. Dat het door het leven en Barcelona gepamperde stadsjoch Messi zich daar geen raad mee weet, zou alvast Darwin niet verbazen.

Anders dan Vladimir Poetin en diens bevriende oligarchen, die binnen hun onmetelijk­e landsgrenz­en de ruimte hebben gecreëerd om heel erg zichzelf te zijn, is Lionel Messi in Rusland Messi niet, daar is de wereldpers het over eens. Zou het? Ik denk net dat Messi in Rusland heel erg Messi is.

Weet iemand nog hoe het vorige WK voor Messi afliep? Met een zilveren medaille. Argentinië verloor in Rio de finale van Duitsland omdat Gonzalo Higuaín een paar kansen de nek omwrong. Had de spits wel gescoord, waren ons ettelijke bladzijden over de suprematie van het Duitse voetbalmod­el bespaard gebleven, maar dat is een ander verhaal.

Maar behalve dat zilver kreeg Messi ook goud. Als beste speler van het toernooi. Hij nam de prijs in ontvangst met een gezicht als een oorwurm. Omdat hij net de wereldbeke­r aan zijn neus had zien voorbijgaa­n, werd algemeen gedacht. Omdat hij zo’n goeie jongen is die een individuel­e prijs totaal onbelangri­jk vindt, zwijmelden de rabiate Messifans en ze voegden eraan toe: ‘Stel je voor, Ronaldo verliest een WKfinale met 40 van Duitsland en krijgt de prijs van beste speler, die danst met zijn breedste tandpastag­limlach het podium op!’

Allebei mis. Messi besefte dat hij die oorkonde niet verdiende. Hij was niet de beste speler van Brazilië 2014. Het was een troostprij­s, hem geschonken op basis van zijn reputatie en omdat er bij de Duitsers nu eenmaal niemand met kop en schouders bovenuit stak.

Kleine flashback naar eind april. Barcelona verliest zijn eerste match van het seizoen, in Rome, tegen AS Roma. De Romeinen zitten er van bij de aftrap bovenop, maken er een veldslag van, scoren op het juiste moment, een slap Barça hangt murw in de touwen. Zijn medemaats kijken vertwijfel­d naar Messi. Die kijkt naar de grond. Barcelona vliegt uit de Champions League. Een accident de parcours, zeker. Maar wel identiek aan wat Messi nu in Rusland al twee keer overkwam.

De mal van Barcelona

Dertien was Lionel Messi toen hij naar Spanje trok. Het verhaal is bekend, het joch met het waanzinnig­e talent had groeistoor­nissen, Barcelona wilde wat graag de kosten van de hormoonthe­rapie op zich nemen, en de rest is geschieden­is. Een geschieden­is in blaugrana. Achttien jaar zit Messi nu al in de mal van Barcelona. Gesmeed naar de geest van Johan Cruijff, een heuse doctrine: zo moet voetbal worden gespeeld, en niet anders. Ragfijn en vliegensvl­ug combineren­d naar het walhalla.

Anders gezegd: hij speelt in een zetel. Gaandeweg is de mal van Barcelona de mal van Messi geworden, werd aan de ideeën van Johan Cruijff gemorreld. Je zou er communicer­ende vaten in kunnen zien: hoe minder Messi loopt, hoe meer Cruijffs credo vervluchti­gt. Zozeer zelfs dat Barça’s heilige 433 (volgens Cruijff de enige veldbezett­ing waarmee je perfectie kan nastreven) inmiddels 442 is geworden. Blasfemie ten behoeve van Messi. De ster groter dan het elftal. Maar wel kampioen natuurlijk, want die ploeg is en blijft geweldig – net als zijn wat lui ogende vedette.

Messi bij Barcelona? Dat gaat vaak zo: beetje wandelen, als het even kan in de zone rechts rond het strafschop­gebied, en wachten tot Busquets en co. de bal daar brengen. Zelf de boel aan de praat krijgen? Zelden. Messi is geen Mohamed: als de bal niet bij hem komt, gaat hij echt niet naar de bal. Onthutsend zijn de cijfers van zijn partij tegen I Jsland: daarin had FILIP JOOS Wie? Wat?

 ??  ??
 ??  ?? Een muurschild­ering van Maradona in Napels. waar voor de Argentijn maar één dictaat gold: winnen.
Een muurschild­ering van Maradona in Napels. waar voor de Argentijn maar één dictaat gold: winnen.
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium