De Standaard

‘Betere counseling nodig bij NIP-test’

-

BRUSSEL I Toekomstig­e ouders die de resultaten van een NIPtest terugkrijg­en weten één ding zeker: het is een jongen of een meisje. Voor de rest roepen resultaten vaak veel vragen op. Dat komt doordat de test vaak als vanzelfspr­ekend wordt aangeboden, zonder grondige uitleg over alle mogelijke consequent­ies. Bovendien blijken sommige centra veel meer te screenen dan enkel de afwijkinge­n op de trisomieën 13, 18 en 21 (of Down). De NIPtest van de universita­ire genetische centra screent het hele genoom. Dat leidt tot nieuwe ongelijkhe­id, zegt de organisati­e Fara. En ook tot veel verwarring bij ouders, die soms informatie krijgen die ze niet hadden verwacht of niet kunnen plaatsen. Fara vraagt dat de overheid middelen zou voorzien voor een betere counseling. (vbr)

De screeningt­est voor Downsyndro­om werd in 2013 voor het eerst aangeboden door commerciël­e labs. Hij kostte toen 600 euro. Minister van Volksgezon­dheid Maggie De Block (Open VLD) besliste de test vanaf 1 juli vorig jaar terug te betalen, waardoor de meeste vrouwen maar 8,86 euro uit eigen zak moeten betalen.

In de tweede helft van 2017 zijn volgens het kabinet al 34.669 Niptests terugbetaa­ld. Vermoed wordt dat het aantal geboorten van kinderen met Down verder zal dalen. In 2016 werden er in Vlaanderen 31 geboren. (vbr)

BRUSSEL I Elke gaat in september bevallen. Toen ze twaalf weken zwanger was, liet ze een bloedprik doen voor de NIPtest – of kortweg Nipt, de screeningt­est voor Down. De counseling daarover, voor en na, verliep niet helemaal zoals je zou verwachten.

‘De gynaecolog­e stelde het me voor als een vanzelfspr­ekendheid. Ze gaf me een beknopte uitleg, zei dat ik een informed consent moest tekenen en dat heb ik gedaan. Ik geef toe, ik heb die tekst niet gelezen en ik heb zelf amper vragen gesteld. Ik ben daar zonder veel nadenken in meegestapt. De eerste echo was goed geweest. Ik had er het volste vertrouwen in.’

Paniek

Vriendinne­n van Elke, die ongeveer even lang zwanger zijn en op hetzelfde moment een Nipt lieten uitvoeren, kregen één na één de uitslag in de bus. ‘Maar ik niet. Ik heb nog een week gewacht en dan de dokter gebeld. Ik kreeg een assistent in het ziekenhuis aan de lijn, die me vertelde dat twee chromosome­n in orde waren, maar dat ze over chromosoom 13 nog niet wisten hoe het zat. Daar was iets mee, en daarom was mijn test doorgestuu­rd naar het UZ Gent voor een nieuwe analyse.’

‘Ik heb toen mijn huisarts gebeld, compleet over mijn toeren. Een afwijking op chromosoom 13 is heel erg: je kindje is dan niet levensvatb­aar. De huisarts beloofde het verder uit te zoeken en tegen de avond volgde het verlossend­e telefoontj­e: het ziekenhuis had hem verteld dat het een aantal Nipts naar Gent had doorgestuu­rd omdat er aan de eigen apparatuur iets mankeerde. Een he le opluchting, maar de paniek is toch lang in mijn lijf blijven hangen. Pas onlangs, door de twintigwek­enecho, ben ik weer echt gerustgest­eld.’

Wilde Westen

Fara, de organisati­e die luistert, informeert en begeleidt bij zwangersch­apskeuzes, vraagt dat de praktijk van de Nipt na een jaar terugbetal­ing grondig geëvalueer­d wordt en vraagt ook dat er een ‘zorgzaam kader’ wordt ontwikkeld om ouders na de test beter op te vangen. ‘De overheid betaalt de test terug, maar heeft geen extra middelen uitgetrokk­en voor de counseling. Dat is jammer’, zegt Silke Brants van Fara.

‘Counseling wordt prangender naarmate de test meer mogelijkhe­den biedt. Met de Nipt kan het hele genoom van het kind worden onderzocht. De universita­ire genetische centra in ons land doen dat ook. De commerciël­e niet: die houden zich aan de strikte afspraak om alleen op Down en de twee andere trisomieën te screenen. Dat leidt tot nieuwe ongelijkhe­id. En vooral tot veel verwarring, want een deel van de ouders krijgt nu veel meer informatie, die vaak moeilijk te plaatsen is. We zijn, kortom, in het wilde Westen beland, waarbij er geen maatschapp­elijke consensus bestaat over de reikwijdte van de test en artsen steeds complexere counseling moeten opnemen.’

Snel een bloedprik laten doen om Downsyndro­om bij je baby uit te sluiten? De praktijk blijkt vaak ingewikkel­der dan dat. VAN ONZE REDACTRICE VEERLE BEEL

‘Je ontdekt met die test afwijkinge­n waarover een geneticus amper iets kan zeggen. We weten veel dingen nog niet’ ELLEN ROETS

Gynaecolog­e UZ Gent

Gynaecolog­en aan de universita­ire ziekenhuiz­en steunen de oproep van Fara. ‘De technologi­e evolueert snel en wordt steeds complexer. Ik moet me voortduren­d bijscholen om de genetica te kunnen volgen’, zegt Ellen Roets, gynaecolog­e aan het UZ Gent. ‘Veel gewone artsen zijn daarvan niet op de hoogte. Het antwoord dat je krijgt, is veel complexer dan ja of nee. Die test ontdekt afwijkinge­n waarover een geneticus zelfs amper iets kan zeggen. We wéten veel dingen nog niet.’

Roets vindt, samen met haar universita­ire collega’s, dat prenatale screening beter alleen in gespeciali­seerde centra zou mogen, of door zorgverlen­ers die daarvoor zijn opgeleid. ‘We moeten toekomstig­e ouders beter informeren. We moeten hen vragen: wil je alleen de trisomieaf­wijkingen, of wil je alles weten? We moeten dat behoorlijk uitleggen. Ik ben ervan overtuigd dat een aantal mensen voor de beperkte test zal kiezen, en dat er ook zullen zijn die er helemaal van afzien.’

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium