‘We moeten investeren in defensie – niet voor Trump, maar voor onszelf ’
Investeren in defensie doen we vooral voor de eigen veiligheid. SVEN BISCOP wil niet te veel kijken naar die ene bondgenoot.
Sven Biscop blikt vooruit naar de Navotop
Als Trump ergens voor is, moeten wij er wel tegen zijn. Zover is het gekomen in de transAtlantische relatie. Die dynamiek speelt ook op de Navotop volgende week. Hoe harder Trump roept dat de Europeanen meer moeten uitgeven aan defensie, hoe makkelijker het voor de Europese leiders is om zich daartegen te verzetten. Zeker als Trump hen in zijn ondertussen klassieke brutale stijl zou schofferen. Onze Europese politici kunnen dan net nog meer punten scoren bij de eigen publieke opinie, die Trump ook niet lust, door te tonen dat ze zich niet laten ringeloren.
Twee procent of niet
Maar het is natuurlijk wel zo dat Europa meer moet doen voor zijn defensie. Niet omdat Trump en al zijn voorgangers dat zeggen, maar omdat we in een woelige wereld leven. Geen enkele potentiële tegenstrever is een partij voor de Navo, maar de kracht van de alliantie steunt veel te eenzijdig op de VS. Europa heeft bovendien een geloofwaardige inzetbare strijdmacht nodig om de eigen periferie te stabiliseren. Hoe sterker onze capaciteit voor machtsprojectie, hoe minder we ze zullen moeten inzetten, want dan zullen actoren in onze buurlanden daar rekening mee houden. Als Europa niet in staat is om desnoods militair tussenbeide te komen, geven we het signaal dat iedereen kan doen wat hij wil zonder voor de gevolgen te vrezen. De veiligheid van onze periferie, de veiligheid van onze grenzen en de veiligheid thuis vormen een onlosmakelijk geheel.
Dat betekent niet per se dat we twee procent van het bbp aan defensie moeten uitgeven, zoals de Navo vraagt. Maar we moeten wel genoeg uitgeven om de strategische autonomie van Europa te verzekeren, zodat we te allen tijde zelf een antwoord kunnen bieden aan elk type dreiging. Hoe meer we de Europese strijdkrachten integreren via EUmechanismen zoals Permanente Gestructureerde Samenwerking (Pesco), des te meer capaciteit we kunnen genereren met hetzelfde budget. Twee procent uitgeven is dus geen doel op zich, maar geen twee procent uitgeven evenmin: we moeten besteden wat nodig is om het ambitieniveau dat we zelf vastleggen te realiseren.
Niet alleen materieel, ook militairen
Dat is vandaag lang niet in alle Europese landen het geval – ook niet in België. Ons land heeft zich aangesloten bij Pesco en ook bij het recente Europese Interventie Initiatief van Emmanuel Macron. Maar kunnen we wel voldoende bijdragen om echt een aantrekkelijke partner te zijn voor de andere landen? Onze positie als stichtend lid van de EU zal niet blijven volstaan om ons een plaats te verzekeren als we niet dringend meer investeren in onze defensie.
Het meest in het oog springen natuurlijk de grote aankoopdossiers. Idealiter rondt de regering nog deze regeerperiode het dossier van de gevechtsvliegtuigen af. Zo niet, zal het na de federale verkiezingen van juni 2019 snel moeten gaan, willen we niet zonder vliegtuigen vallen. België moet zeker in het FransDuitse project voor het toestel van de volgende generatie stappen, maar dat zal pas vliegen in de jaren 2040. Eerst is dus nog een nieuw toestel nodig. Samen met de nieuwe schepen voor de marine en nieuwe voertuigen voor de landcomponent, kan België zo in alle componenten een inzetbare gevechtscapaciteit in stand houden.
Minder tot de verbeelding sprekend, maar nog dringender, is de rekrutering. Het is niet omdat er veel legeraankopen zijn, dat alles goed gaat met defensie. Wie zal de nieuwe uitrusting bedienen? De komende jaren vertrekken duizenden militairen met pensioen, maar ook veel goede jonge mensen verlaten defensie vroegtijdig. Om hooggekwalificeerde mensen aan te trekken en te houden, zal defen sie niet anders kunnen dan de arbeidsomstandigheden verbeteren. Hogere lonen, wellicht, maar ook de job verder aantrekkelijk maken en in nieuwe kazernes voorzien verspreid over het land. Het groeipad dat de Strategische Visie 2030 voor defensie uittekent, zal na de verkiezingen van volgend jaar veel sneller omhoog moeten dan gepland.
België is géén klein land, er wordt van ons wel degelijk iets verwacht
Te lang uitgehold
Dit alles is dringend – veel dringender dan we beseffen. Het Belgisch leger is al te lang uitgehold. Als we niet oppassen, zullen we de operaties drastisch moeten terugschroeven, terwijl we net zo trots waren op de kwaliteit daarvan. België is géén klein land. Er wordt van ons wel degelijk iets verwacht. Maar bovenal moeten we onszelf een ambitie opleggen, terwille van onze eigen veiligheid en onze plaats in de Europese defensie. Je moet niet voor mij studeren, maar voor jezelf, zei mijn vader altijd toen ik nog geen prof, maar zelf student was. Dat geldt ook voor België: we moeten investeren in defensie – niet voor Trump, maar voor onszelf.