De strijd om de straat (slot): experts over de strijdloze straat van de toekomst Stop met compromissen: zonder
In de Ribaucourtstraat in Molenbeek werd een kruispunt deels omgevormd tot een plein, overkant te bereiken. Nu kunnen zij zich veel vrijer bewegen.’ In de straten die aansluiten op de ‘knip’ lopen mensen in het midden van de weg. Kinderen spelen in het midden van wat vroeger een kruispunt was. ‘Er is minder drukte, minder lawaai, minder vervuiling en meer veiligheid. De openbare ruimte herleeft.’
Toch is de aversie voor knippen groot, weet Dufour uit ervaring. ‘Als je aan lokale besturen vertelt dat ze zullen moeten knippen, trekken ze bleek weg. Ze weten dat niemand graag zijn gewoonten, zijn bekende wegen verlaat. Maar zonder knippen, zal het niet lukken.’
3. Leesbaar maken
Minder controversieel en toch cruciaal om de strijd om de straat te ontmijnen, is wat Dufour de ‘leesbaarheid’ van de wegen noemt. ‘Weggebruikers moeten in één oogopslag kunnen zien op welk type weg ze zich bevinden. De auto moet weten wanneer hij zich op terrein bevindt dat eigenlijk niet op zijn omvang en snelheid voorzien is.’ Hij verwijst opnieuw naar Nederland. Daar worden lokale wegen al decennialang aangelegd in klinkers. De straten die voorbehouden zijn voor fietsers, zijn rood geschilderd. Iedereen kent zijn plaats en past zich daaraan aan. ‘In Vlaanderen en Brussel is alles nog te vaak van grijs asfalt. Er is geen zichtbare hiërarchie tussen straten, wat vooral het veiligheidsgevoel niet bevordert.’
Op basis van de toestand in de Antwerpse Nationalestraat (DS 12 juli) adviseert de Deense deskundige Mikael ColvilleAndersen om de stoepen te vergroten en uitstulpingen te creëren. Dat maakt het zeker voor de voetgangers een stuk veiliger. ‘Zo’n klus kan in enkele maanden geklaard worden. Zal dat geld kosten? Tuurlijk, maar het brengt ook veel op als je een betere leefbaarheid, gezondheid, veiligheid en verkeersefficiëntie incalculeert.’
4. Snoeien in parkeerplaatsen
Een laatste tool om de evenwichten in onze woonkernen te herstellen: snoeien in parkeerplaatsen. Die parkeerplaatsen langs de stoep noemt ColvilleAndersen ‘de olifant in de kamer’. Welke ingreep is hier nodig? Leo Van Broek, de Vlaamse Bouwmeester, is streng: ‘De private auto in steden is ten dode opgeschreven’, zegt hij. ‘De gemiddelde rijtijd van een private wagen is 56 minuten per 24 uur. De andere 23 uur staat hij stil. Er zijn 4 miljoen wagens in Vlaanderen. De gemiddelde ruimte voor een parkeerplaats is 30 vierkante meter. Alle wagens samen nemen 12.000 hectare in. Dat is bijna de omvang van het Brussels Gewest,