De Standaard

Waar kun je nog ademen?

Zuivere lucht wordt een luxe, en misschien wel iets waar je naartoe wilt reizen. Alleen: waar in Europa vind je die nog? Moet je naar het platteland, de bergen of de zee? Het antwoord is minder evident dan het lijkt, maar het Hoge Noorden is een goed begi

-

‘Eilanden zijn goede plekken om te herademen, zolang er niet te veel toeristen rond tuffen in huurauto’s. Maar blijf wel weg van de havens’ ALBERTO GONZÁLES ORTIZ Luchtkwali­teitsexper­t Europees Milieuagen­tschap

Een citytrip naar Milaan, Praag of Warschau? Niet als gezonde lucht een voorwaarde is. Schrap dan ineens ook alle grote Europese steden van het lijstje, en zeker die in Italië of OostEuropa. Door een cocktail van industrie, druk verkeer, kolencentr­ales (Polen), veel houtvuren en weinig wind is daar een luchtkwali­teit ontstaan die tot de slechtste in Europa behoort.

Dat het evenmin een goed idee is je tent op te slaan naast een drukke weg, spreekt voor zich. Maar als we echt op zoek zijn naar schone lucht, waar moeten we dan heen? Naar zee? Zeelucht is weldadig, maar niet elke kustregio komt in aanmerking. De westkust van Europa is oké, omdat de heersende zuidwesten­wind vooral frisse Atlantisch­e zeelucht aanvoert. Het gebied rond de Middelland­se Zee profiteert daar minder van. ‘De wind die van over land komt aanwaaien, kan pollutie meebrengen, zeker in de buurt van grote steden’, zegt Alberto Gonzáles Ortiz, luchtkwali­teitsexper­t van het Europees Milieuagen­tschap.

Soms spelen weerfenome­nen waar we ons niet van bewust zijn. ‘In de omgeving van Barcelona waait de wind overdag van land naar zee’, zegt Frans Fierens, luchtkwali­teitsexper­t en directeur van de Intergewes­telijke Cel voor het Leefmilieu. ‘Maar ’s avonds keert de wind vaak, en dan krijg je de vervuiling die overdag naar zee werd geëxportee­rd ’s nachts weer terug.’ Vuile lucht die over en weer waait? Niet wat we zoeken.

De Atlantisch­e kust is beter, al moeten we daar rekening houden met een ander fenomeen: ozon. Dat is een secundaire vervuiler, die gevormd wordt door een samenspel van stikstofox­ide (NOx), vluchtige organische stoffen, zon en warmte. Ozonconcen­traties zijn hoger in het zuiden van Europa. En ze zijn altijd hoger aan de kust. ‘Dat heeft te maken met de ingewikkel­de ozonchemie’, zegt Fierens. ‘Je hebt aan de kust minder fijn stof en stikstofdi­oxide, maar meer ozon.’ Wat is dan het belangrijk­st? ‘Dat is een afweging’, klinkt het. ‘Voor iemand die geen last heeft van ademhaling­sproblemen, kan die extra ozon niet zoveel kwaad. Het is in elk geval minder problemati­sch dan de hogere concentrat­ies fijn stof of stikstofdi­oxide die je in het binnenland aantreft.’

Mijd cruisesche­pen

Nog beter misschien: een eiland? ‘Eilanden zijn goede plekken om te herademen, zolang er niet te veel toeristen rond tuffen in huurauto’s’, stelt Alberto Gonzáles Ortiz. ‘Maar blijf wel weg van de havens. Havens zijn altijd een slecht idee voor wie op zoek is naar schone lucht.’

Schepen zijn grote vervuilers. We denken spontaan aan vrachtsche­pen en ferry’s. Maar ook cruisesche­pen zijn een gesel voor wie zichzelf op een kuur van propere lucht heeft gezet. ‘Ze laten hun motoren dag en nacht draaien om elektricit­eit op te wekken’, zegt Fierens. ‘Ik zou in elk geval niet onder de rookpluim van zo’n cruiseschi­p gaan zitten.’

Met die raad in het achterhoof­d kunnen we heel wat plaatsen schrappen van de lijst. Kusten en eilanden zijn goede plekken, maar niet als er grote cruisesche­pen aanmeren. Neem de Noorse fjorden, zegt Gonzáles Ortiz: ‘Daar vind je van de beste lucht in Europa. Maar ze worden druk aangedaan door gigantisch­e cruisesche­pen. Het is dus zaak een plek te vinden waar die niet passeren.’

Wat met de bergen? Trekken we niet beter naar de Alpen of de Pyreneeën? Ook dat hangt ervan af. Een dal werkt vaak als een val voor luchtvervu­iling. Door temperatuu­rinversie blijft vervuiling afkomstig van verkeer en van de vele houtvuren er hangen. Vooral in de winter heb je in bergdalen zeer hoge concentrat­ies fijn stof. ‘Als je gaat skiën, profiteer je van de gezonde lucht hoog in de bergen, maar de aprèsski aan het haardvuur is veel minder gezond’, zegt Fierens.

In de zomer speelt het daleffect minder, ook al omdat er niet zoveel gestookt wordt. Maar de ozonconcen­tratie speelt ons wel parten. Die is op de Alpentoppe­n gemiddeld dubbel zo hoog als hier. ‘Ook dat heeft te maken met de manier waarop ozon wordt gevormd’, zegt Fierens. ‘Maar net als voor de zeelucht zou ik zeggen: in de bergen is de lucht beter dan in Vlaanderen. Toch zeker in de zomer.’

Lapland of … de Ardennen

Het ozondilemm­a komen we ook tegen als we uitkijken naar een plek op het platteland, weg van alle drukte en verkeer. Ozon dat zich gevormd heeft in de steden, kan ver meereizen met de wind, waardoor je pieken krijgt tot honderden kilometers windafwaar­ts. ‘Het kan lonen om de ozonconcen­traties in de gaten te houden’, zegt Gonzáles Ortiz.

Wat ook loont op het platteland: niet in de buurt van grote landbouwbe­drijven gaan zitten. ‘Een familieboe­rderij kan geen kwaad, maar industriël­e kippen en varkenskwe­kerijen geven veel opwaaiend stof ’, zegt Fierens. Ook kunstmests­toffen kunnen vervuilend zijn, beaamt Gonzáles Ortiz. De Spanjaard aarzelt: ‘Als je op zoek bent naar echte schone lucht op het platteland, kies dan voor een plek waar de Atlantisch­e wind vrij spel heeft, ver genoeg van landbouwbe­drijven en stedelijke agglomerat­ies.’

Of ga in een bos logeren. Bomen breken ozon af en filteren de lucht. ‘Al moet je dat ook niet overdrijve­n’, zegt Fierens. ‘Het levert hoogstens enkele procenten minder vervuiling op.’

Dus, waar moeten we nu heen? ‘Ik zou kiezen voor een blokhut in Lapland’, besluit Frans Fierens. ‘In het Hoge Noorden heb je

hoe dan ook de zuiverste lucht van Europa. Er wonen weinig mensen, er is amper verkeer, geen industrie en geen scheepvaar­t. Doordat het frisser is, speelt ook het ozondilemm­a minder. Alleen: steek in die hut niet te vaak het haardvuur aan, tenzij er geen andere manier is om je te verwarmen.’

Ook Alberto Gonzáles Ortiz zet in op NoordEurop­a. ‘Misschien op een Scandinavi­sch eiland met weinig toeristen, dat ver van de grote scheepvaar­troutes ligt.’ En toch, ook daar zit een adder onder het gras. Want hoe raken we daar? Enkele dagen bollen met de auto, en dan nog een stukje met de boot? Heeft dat zin, als we weten dat we onszelf het meest blootstell­en aan luchtvervu­iling wanneer we zelf in de auto zitten? Alweer een dilemma, beamen de experts. ‘In het ideale geval ga je met de trein.’

Of: je blijft hier. Want ook in ons land vind je propere lucht. De Ardennen is de enige streek in België waar de gemiddelde fijnstofco­ncentratie onder de norm van de Wereldgezo­ndheidsorg­anisatie zit. Het is Lapland niet, maar wel een plek waar je met een gerust gemoed op adem kunt komen.

MORGEN: ‘De Nederlands­e Ottolenghi’

‘Ik zou kiezen voor een blokhut in Lapland. Alleen: steek niet te vaak het haardvuur aan, tenzij er geen andere manier is om je te verwarmen’ FRANS FIERENS Luchtkwali­teitsexper­t

 ?? © Thomas Dworzak/magnum photos ?? Zeelucht is weldadig, maar niet elke kustregio is even proper.
© Thomas Dworzak/magnum photos Zeelucht is weldadig, maar niet elke kustregio is even proper.
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium