Froome: ‘Dit is fantastisch’
Het rennershotel van Sky lag een eindje terug naar beneden op La Rosière. Handig voor Chris Froome om snel na de aankomst rechtsomkeer te maken en de toevloed aan journalisten te ontlopen. Niet dat de Brit in de schaarse quotes die hij dan toch prijs gaf, een krimp gaf. Integendeel. Ploegmaat Geraint Thomas mocht dan wel net zijn eigen ambities extra in de verf hebben gezet en zijn veel gerenommeerdere ploegmaat in het defensief hebben gedrongen, Froome vond het allemaal fantastisch. Hoeveel hij er oprecht van meende, zullen we niet snel weten. ‘We zitten nu in een uitstekende positie’, klonk het opgetogen. ‘We hadden dit voor de rit totaal niet
verwacht. Ik denk dat iedereen ervan uitging dat de rit naar Alpe d’Huez beslissender zou zijn. Dat kan nog altijd. Maar intussen staan wij er wel heel goed voor.’ De klemtoon op de ploegpresentatie. Niet uitweiden over de vreemde situatie waarin dit Thomas en Froome als ploegmaats plaatst. Het leek wel het mantra van Froome. Al gaf hij – opvallend – wel toe dat de aanval van Thomas ook voor hem een verrassing was geweest. Froome had vooral Nibali in de gaten gehouden. Thomas had voor zijn aanval niet met hem overlegd. ‘Het was een inval van het moment’, aldus Froome. ‘Maar het hield wel steek. We moesten er zelfs niet over praten. Het was het juiste moment voor G om door te gaan. Ik liet het gat vallen, omdat ik wist dat de anderen daardoor onder druk kwamen te staan en wel in de achtervolging moesten gaan.’
Dat is mogelijk. Maar Froome staat intussen wel 1’25’achter Thomas, een renner die in juni nog de Dauphiné won, die voorlopig niet de indruk geeft minder goed te klimmen dan Froome en die mogelijk zelfs een betere tijdrit in de benen heeft dan de viervoudige Tourwinnaar. En dan mocht Froome Daniel Martin nog dankbaar zijn. Omdat die in de tegenaanval ging en Froome handig in zijn wiel kon meeglippen, verloor hij niet nog meer seconden op Thomas. Al zag Froome dat laatste anders: ‘Ik was verrast dat ik de enige was die het wiel van Martin kon houden’, benadrukte hij de winst die hij op Bardet en Nibali had geboekt. Waarna hij afsloot met de fijne verwijzing naar nog iemand die op weg naar La Rosière indruk had gemaakt op hem. ‘De voornaamste tegenstander nu is Tom Dumoulin. Hij reed een geweldige rit.’ (wvo)