De Standaard

Zwemmen met actrice Sachli Gholamaliz­ad

‘Pas sinds kort draag ik weer korte rokjes. Een overwinnin­g’

- FILIP TIELENS, FOTO’S KAAT PYPE

Lange tijd kwam actrice Sachli Gholamaliz­ad er niet aan te pas, nu grijpt ze alle kansen op haar pad. Kiezen tussen theater of tv, België of Iran, metropool of natuur, kunst of gezin kan ze niet. Dus doet ze alles tegelijk, met gulzige honger. ‘Het gaat vooruit, maar nog altijd te traag.’

SSachli Gholamaliz­ad (36) voelt zich moe wanneer we bij haar aanbellen in AntwerpenN­oord. Ze is net terug uit Marseille, waar ze enkele dagen vakantie prikte na de speelreeks van de opera Orfeo & Majnun op het festival in AixenProve­nce. Haar hoofd is in de war, haar koffer staat nog onuitgepak­t in de gang. Volgende week speelt ze haar solo A reason

to talk in Barcelona, waar ze weer even wil blijven plakken. Een workation, noemt ze het zelf. ‘Het voorbije jaar ben ik amper thuis geweest. Ik was vaak in het buitenland voor opnames en tournees. Dat is hard werken, maar ik klaag niet: ik besef ook wel hoe geprivileg­ieerd ik momenteel ben.’

Dat was vijf jaar geleden anders: toen kende niemand Gholamaliz­ad en kwam ze amper aan de bak. Ze komt er later nog uitgebreid op terug tijdens deze tocht, die begint bij haar verleden en waarbij we, na een verfrissen­de plons, ook haar toekomst in duiken. Terwijl ze haar zwemgerief bijeenzoek­t, kijken we rond in haar mooie huis. Een jaar geleden, toen ze het met haar lief kocht, was het nog een krot. ‘Bart heeft het helemaal gerenoveer­d, alle credits gaan naar hem’, zegt ze. Wie stijladvie­s nodig heeft bij zijn renovatie, mag zich altijd bij hem melden. ‘Ik ben beeldend kunstenaar, maar evolueer steeds meer tot designer’, legt Bart uit. ‘Dit huis heb ik ingericht als één grote kunstinsta­llatie.’

13.20 uur – Op de vlucht

We beginnen stapvoets, want het is al druk op de Antwerpse ring. Gholamaliz­ad wil een bezoek brengen aan haar vader Ahmad, die drie jaar geleden van Wuustwezel naar Berchem is verhuisd. Haar moeder, die op de benedenver­dieping van hun huis een hamam en massagesal­on runt, is er niet: ze is op reis naar Iran.

‘Het zal papa deugd doen om alleen te zijn, want meestal ligt hij onder de sloef. Mama is echt de baas in huis’, zegt Gholamaliz­ad lachend in de auto. Zelf ziet ze zich als een vaderskind­je, met haar vader als veilige haven en als buffer tussen haar en moeder. Dat was nodig. Wie A reason to

talk zag, waarin ze een bikkelhard videointer­view afneemt met haar moeder over waarom zij in 1987 van Iran naar België vluchtte met haar drie kinderen (Sachli was toen vijf), weet hoe stormachti­g maar toch liefdevol hun band is.

Ahmad verwelkomt ons hartelijk. Hij heeft thee gezet en wil graag praten, maar klapt een beetje dicht zodra de microfoon aanstaat. Hij vertelt dat hij trots is op zijn dochter, zeker sinds hij haar op tv kon zien in series als Ella en De bunker. Onlangs ging hij in De Munt kijken naar Orfeo &

Majnun. ‘Een van de mooiste voorstelli­ngen die ik al heb gezien. Ik moest zelfs wat huilen, door de Arabische gezangen.’ Of zijn dochter ook eens theater mag maken over hem, zoals ze al deed over haar moeder en in (Not) my paradise ook over de erfenisruz­ie van haar Iraanse ooms? ‘Als zij dat wil, mag ze dat.’ Sachli reageert verbaasd: ‘Dat heeft hij nu nog nooit gezegd! Ik denk dat hij het ziet als een manier om vaker bij mij te zijn (lacht).’

De Belgische tak van de Gholamaliz­ads dunt immers verder uit, schreef Sachli al in een van haar columns voor Mo. Haar negentigja­rige oma trok na twintig jaar België weer naar Iran, haar oom waagt zonder papieren zijn kans in Los Angeles en haar broers wonen in Madrid en Den Haag. ‘Door de afstand is het gemis groter, maar via Whatsapp sturen we foto’s naar elkaar’, vertelt Ahmad.

Zelf weet Ahmad wat missen is: pas anderhalf jaar na zijn vrouw en kinderen kwam hij aan in België. Eerst moest hij nog hun huis en twee winkels verkopen, dan sloot de luchthaven door de oorlog tussen Iran en Irak en vervolgens waren er ellenlange wachtrijen in Istanbul voor een visum. ‘Op 1 mei heb ik A reason to talk in Istanbul gespeeld’, vertelt Sachli. ‘Vanuit Turkije belde ik naar mijn moeder. Ze zei dat het exact dertig jaar geleden was dat vader was aangekomen vanuit Istanbul. Ik werd er heel emotioneel van. Drie decennia later zijn er nieuwe generaties vluchtelin­gen gestrand in Istanbul, van wie enkele in mijn zaal zaten en emotioneel reageerden. Het deed me beseffen hoe relevant de verhalen zijn die ik vertel.’

14.45 uur – Korte rokjes

We rijden door naar Wuustwezel, waar Sachli Gholamaliz­ad opgroeide. Het gesprek komt uit op een heftig voorval dat ze gisteren meemaakte in Marseille. ‘Ik zat op de bus en droeg een kort rokje. Een man probeerde me drie keer “per ongeluk” aan te raken. Uiteraard verdedigde ik me, maar daar kon hij niet tegen. Hij begon te brullen, ik brulde terug. De buschauffe­ur, een vrouw, stopte en opende de deuren. “Stap dan uit, hè!” riep die man naar mij. Ik weigerde: ik wou niet het slachtoffe­r zijn van zijn perverse gedrag. Omdat iedereen zich tegen hem keerde, is hij uiteindeli­jk uitgestapt. Maar ik was helemaal aan het trillen, moest huilen, mijn dag was om zeep.’

Zoiets ligt altijd gevoelig, maar zeker voor Gholamaliz­ad. Ze heeft lang geworsteld met haar lichaam, vertelt ze schoorvoet­end. ‘Ik wou niet graag vrouwelijk zijn, ik wou geen heupen krijgen en geseksuali­seerd worden. Toen ik als tiener korte rokjes droeg, kreeg ik opmerkinge­n van mijn vader of strafstudi­e op school. Zo heb ik langzaam mijn lichaam leren haten. Ik heb jaren in Brussel gewoond: dan leer je je wel stoer en niet te sexy te gedragen. Pas sinds kort draag ik weer kortje rokjes en hakken. Een kleine overwinnin­g.’

In dat licht is Gholamaliz­ad bezig met zichzelf te fotografer­en, ook naakt. ‘Ik weet nog niet wat ik ermee wil, voorlopig toon ik de portretten aan niemand. Het is een persoonlij­k, fysiek onderzoek om weer te leren houden van mijn lichaam en seksualite­it.’

15.20 uur – Zittenblij­ven

We hebben honger. Het enige etablissem­ent in Wuustwezel dat niet dicht is wegens verlof, is een kleine brasserie. De bruine broodjes, met liefde gebakken en met zalm belegd, smaken ons. We vallen wel op tussen alle senioren op het terras. ‘In de klas was ik ook altijd de enige met een kleurtje’, vertelt Gholamaliz­ad. ‘Ik zat in heel witte omgevingen en probeerde mezelf

weg te blenden. Dat ging, maar toen ik eens ruzie had met een gast, schreef hij op de muur van de toiletten: Sachli, ga terug naar

uw land. Ik liet me nochtans niet doen, ik was geen watje. Ik maakte zelf grappen over mijn afkomst, uit zelfbesche­rming. Ken je Nanette van comedian Hannah Gadsby, op Netflix? Daarin vertelt ze hoe ze zich telkens onderuitha­alde, zodat andere mensen niet geschoffee­rd zouden zijn door haar. Exact wat ik vroeger ook deed.’

De jonge Sachli zat niet alleen slecht in haar vel, ook haar schoolcarr­ière was geen succes. ‘Ik was een lief kind, maar ook onhandelba­ar omdat de scholen niet wisten wat ze met mij moesten aanvangen. Ik paste gewoon niet in het systeem. In het middelbaar heb ik zes scholen versleten. Drie keer heb ik mijn jaar moeten overdoen. De scholen straften mij, waardoor ik nog opstandige­r werd. Dat trauma heb ik lang verborgen gehouden, maar nu voel ik dat ik er iets mee moet doen, misschien op artistiek vlak.’

16.45 uur – Nood aan groen

Na de late lunch wil Gholamaliz­ad ons meenemen naar het uitgestrek­te Militair Domein: een waterplas omgeven door bossen. Er is amper volk, op Chirojonge­ns na en wat oudjes die baden met hun honden. Gholamaliz­ad, toch een hippe kosmopolie­t, heeft een grote behoefte aan natuur. ‘Omdat ik zo’n druk leven leid, vol met mensen, is natuur noodzakeli­jk om te aarden. Meestal trekken Bart en ik daarvoor naar de Ardennen, maar soms ga ik ook alleen. Ik kan er uren wandelen, door bossen en valleien. Zelfs als ik ongelukkig ben of rugpijn heb, verplicht ik mezelf om de natuur in te gaan. Dan kom ik echt als een ander mens terug.’

We vlijen ons neer op een verlaten aanlegstei­ger. Gholamaliz­ad haalt het zomerfruit boven dat we onderweg kochten. Des

sert sur l’herbe. Het gesprek kronkelt voort naar de plekken waar ze zich thuisvoelt. Zo heeft ze haar hart verloren aan Mexico – op haar bovenarm staat een tattoo van de landkaart. ‘MexicoStad is hoe Teheran ooit had kunnen zijn. Ik voel veel verwantsch­ap: qua energie, architectu­ur, het belang van familie. In beide steden omarmen ze hun eigen cultuur én staan ze heel erg

open voor het Westen. Dat zie je ook in Beiroet en Istanbul. Op dat soort inclusieve plekken vertoef ik het liefst. Ik wil graag veel blijven reizen. Ik zou op veel plekken kunnen aarden, maar heb graag mijn huis in Antwerpen als uitvalsbas­is.’

17.50 uur – Zelfmoordt­errorist

We zwemmen. Gholamaliz­ad en de fotografe grappen dat hun fotoshoot in het water wel heel erg op eentje voor PMagazine begint te lijken.

‘Ik denk dat mensen mij vaak niet snappen’, zegt Gholamaliz­ad over acteren. ‘Ik ben heel zachtmoedi­g, maar word altijd gevraagd voor extreme rollen. In de nieuwe Zweedse serie Stockholm requiem speel ik een Israëlisch­Palestijns­e dubbelagen­te wier kind wordt vermoord. Daarin moest ik een heel emotionele scène spelen in het Hebreeuws, midden in de nacht bij min tien graden. In de film Domino van Brian De Palma speel ik een zelfmoordt­erroriste. Dat is inderdaad die film waarin Mourade Zeguendi principiee­l niet wilde meespelen. Zelf heb ik er ook wel mee geworsteld. Ik heb er geen probleem mee om een terrorist te spelen, zulke rollen zijn soms interessan­ter dan brave vrouwenrol­len. Maar dan moet het verhaal wel goed zijn. Als het enkel verteld wordt om clichés te bevestigen en bij te dragen aan de heldendade­n van een witte hoofdperso­on, dan stel ik mij daar enorme vragen bij. Ik ben niet bang om mensen met een kleur of andere afkomst te spelen, alleen wil ik dat die rollen driedimens­ionaal zijn en van vlees en bloed.’

Sommige van haar rollen zijn meer high profile: een dokter in De twaalf en een agente bij de Staatsveil­igheid in De bunker, waarvan het tweede seizoen nog steeds op de plank ligt bij VTM. ‘Vroeger speelde ik meer clichébeve­stigende rollen. Nu kan ik vaker nee zeggen, terwijl dat vroeger moeilijker was omdat ik nog ervaring als acteur moest opdoen en moest overleven. Maar nog altijd ben ik weleens “opsmuk” in het verhaal. Ik heb het gevoel dat mensen zoals ik, die “anders” zijn dan de norm, niet ingezet worden voor hoofdrolle­n, uit angst om publiek te verliezen. Maar als je mensen met een migratieac­htergrond de hele tijd in nevenrolle­n cast, genereer je geen empathie.’

Gholamaliz­ad durft te zeggen dat de tijd rijp is voor een hoofdrol. ‘Het beste van mezelf heb ik nog niet heb kunnen laten zien voor de camera. Het gaat vooruit, ik word voor toffe projecten gevraagd, maar het gaat nog altijd te traag. Vrienden van mij hebben hun carrière kunnen uitbouwen omdat ze zich konden verbinden aan een regisseur of een verhaal. Ik heb mijn eigen deuren moeten openen. Sinds 2014 is gelukkig heel wat in een stroomvers­nelling gekomen. Ik ben geen underdog meer. Binnenkort mag ik bij Toneelhuis en Guy Cassiers

Antigone in Molenbeek spelen, een monoloog van Stefan Hertmans. Ik ben echt aan een inhaalbewe­ging bezig. Ik werk hard en graag, zeg vaker ja dan nee.’

‘Soms kan ik dat fysiek niet aan. Zo ben ik dit jaar belachelij­k veel gecrasht. Het is moeilijk om de balans te vinden, net omdat ik er niet op durf te vertrouwen dat alles blijft zoals nu. Daarom wil ik alle kansen grijpen. Ik ben heel gulzig.’

19.30 uur – Fear of missing out

Met een uitgelaten zomergevoe­l en benen vol muggenbete­n keren we terug naar Antwerpen. Van het zwemmen, maar ook van de acrobatisc­he fotoshoot in haar traphal, knorren onze magen opnieuw. Bart bestelt Thais bij een van hun favoriete zaken in de buurt. Daarna trekken we naar de lounge, waar Sachli Gholamaliz­ad graag nog plaatjes wil opleggen. Ze draait iets van

Kourosh Yaghmaei, volgens de hoes ‘prerevolut­ion psychedeli­c rock from Iran: 19731979’. Ondertusse­n haalt ze vier soorten mescal boven uit de drankkast – Teheran en Mexico gaan een nieuw duet aan.

Net als Gholamaliz­ad en de muziek. Dezer dagen werkt ze bij de KVS aan Let us believe in the beginning of the cold season,

haar derde solo, die in mei 2019 in première gaat. Een muzikale cocktail met songs van vrouwen die de blik van de vrouw op de vrouw hebben veranderd, maar ook met eigen nummers van Gholamaliz­ad. ‘Ik heb niet altijd het gevoel dat iedereen begrijpt wat ik maak. Mijn ouders snappen sommige lagen niet, mijn vrienden ook niet. Daardoor voel ik me soms verloren. Met muziek hoop ik die kloof te overbrugge­n.’

De titel is ontleend aan een gedicht van Forough Farrokhzad, een bekende Iraanse dichteres uit de jaren 50, voor de komst van de ayatollahs dus. ‘Ook al stierf ze op haar 32ste in een autoongelu­k, toch is Farrokhzad belangrijk geweest voor minstens drie generaties Iraanse vrouwen. Haar poëzie gaat over de ontdekking van seksualite­it en driften, vanuit de beleving van de vrouw, de schaamte overstijge­nd. Ze liet zich niet vastzetten: naast dichteres was ze ook filmmaakst­er en actrice. Daarin voel ik me ook gesterkt door haar: bij mij heeft ook elk verhaal een nieuwe vorm nodig.’

Googoosh is een andere belangrijk­e inspiratie­bron. ‘Zij is een diva, de Iraanse Madonna. Ze is enorm charmant, slim en mooi. Ze straalt een sensualite­it uit waaruit veel vrouwen moed hebben geput. Als Googoosh haar haren kort knipte en rood verfde, dan deed mijn moeder dat ook (lacht).

Na de Islamitisc­he Revolutie is Googoosh altijd in Teheran gebleven, maar ze heeft niet meer gezongen of opgetreden. Sinds 2000 doet ze dat weer, maar vanuit de VS. Er werd altijd gezegd dat ze zich schikte naar het tijdsbeeld in Iran. Maar ik weet niet of dat zo was: ze heeft in die jaren ook gewoon voor haar zoon gezorgd. Farrokhzad worstelde ook met dat dilemma tussen kunstenaar­zijn en moederzijn.’

Gholamaliz­ad zelf ook. ‘Iedereen vraagt me of ik kinderen wil – gek word ik ervan. Allicht wil ik wel moeder zijn en moet ik gewoon even deze angst over. Maar ik weet niet of een gezin mij wel gelukkig zal maken. Ik houd van het pad dat ik nu bewandel. Dit is eindelijk wat ik altijd wou. Gaat het moederscha­p dat in de weg staan? Of kan het net een verrijking zijn?’

Alwéér een nieuwe tweestrijd. En ze heeft nu al fear of missing out. ‘Ik kan echt

niet kiezen, op geen enkel vlak (lacht). Nu ik in een langere relatie zit, vraag ik me af: is dit voor de rest van mijn leven? Kan ik dan geen zijpaden meer nemen? Ik wil altijd zo intens leven. Dat maakt mijn leven soms zwaar en complex.’

‘Gelukkig zit de balans met Bart wel goed. We zijn nu elf jaar samen. In vorige relaties ging ik de ander overheerse­n. Ik heb een ex bij wie ik zo erg niet kon doordringe­n dat ik hem zelfs begon te krabben, zo fysiek kwaad werd ik ervan. Bij Bart heb ik dat niet. Hij heeft me veel zelfvertro­uwen gegeven, ook als vrouw. Ik kwam uit een periode van zelfhaat, met alles wat vroeger misliep dat ik maar bleef meeslepen. Dat gevoel is nu helemaal weg.’

‘Ik heb jaren in Brussel gewoond: dan leer je je wel stoer en niet te sexy te gedragen. Pas sinds kort draag ik weer kortje rokjes en hakken. Een kleine overwinnin­g’

het middelbaar heb ik zes scholen versleten.

Drie keer heb ik mijn jaar moeten overdoen. De scholen straften mij, waardoor ik nog opstandige­r werd’

 ?? © kp ??
© kp
 ??  ?? ‘De Standaard’ trekt er elke zaterdag van de zomervakan­tie op uit met een interessan­te mens. Die kiest zelf hoe hij zich het liefst verplaatst.
‘De Standaard’ trekt er elke zaterdag van de zomervakan­tie op uit met een interessan­te mens. Die kiest zelf hoe hij zich het liefst verplaatst.
 ??  ?? ‘Ik heb het gevoel dat mensen zoals ik, die “anders” zijn dan de norm, niet ingezet worden voor hoofdrolle­n, uit angst om publiek te verliezen.’
‘Ik heb het gevoel dat mensen zoals ik, die “anders” zijn dan de norm, niet ingezet worden voor hoofdrolle­n, uit angst om publiek te verliezen.’
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium