De Standaard

Grenzen aan de ernst

Vijftig jaar Kamagurka

- INGE SCHELSTRAE­TE

Het is een beetje balen dat de eerste grote overzichts­tentoonste­lling van Kamagurka niet in ons land plaatsvind­t. Het heeft te maken met de Vlaamse neiging om zo hard naar het buitenland te kijken dat we niet zien wat onder onze neus ligt. Maar geen kwaad woord over Kamagurkis­tan. Voor

bij de grenzen van de ernst, de piekfijne tentoonste­lling van het Noordbraba­nts Museum in ’sHertogenb­osch. Die houdt een mooi evenwicht tussen diepgaande research en de speelsheid die de kunstenaar eigen is.

Tot 28 oktober ligt Kamagurkis­tan dus in het Noordbraba­nts Museum. Aan de grenspaal, geflankeer­d door een soldaat en een gek, kun je een visum in je paspoort laten stempelen. Verder in de expo loopt de grens in een rode stippellij­n over de muren, want waarom zou een grens alleen op de grond liggen?

‘Beste bezoeker, u bent zojuist de grenspost van Kamagurkis­tan gepasseerd, het land waar ik nooit meer uit kom’, bromt Kamagurka in de koptelefoo­n. ‘Maar u gelukkig weer wel straks. Bij binnenkoms­t moet u zich wel gedragen naar de wetten en de plichten van dit land. In feite mag alles, maar ze mogen niemand verbieden om het niet te doen. Dus als oma niet wil, laat haar dan buiten.’ Hij heeft de audiogids zelf ingelezen, en duidelijk ook geschreven.

Invloed van Franquin

De expo komt er gelijktijd­ig met een boek waarin de kunsthisto­ricus Kim Ouweleen een aantal thema’s uit het schilderwe­rk van Kamagurka verkent, en vindt een geslaagd evenwicht tussen cartoons en schilderij­en. Curator Joris Westerink mocht naar hartenlust in het archief van Kamagurka graven. Dat blijkt behoorlijk uitgebreid. ‘Dozen en dozen vol,’ zegt Westerink, ‘met zijn schetsen van de kunstacade­mie en tekeningen die hij als tiener maakte. Ik vraag me af of hij ooit wel eens iets heeft weggegooid.’

Dus ligt in een vitrine de eerste tekening die van Luc Zeebroek werd gepublicee­rd, eentje van Fred Flintstone uit Het Nieuws

blad van de Kust in 1965. Hij is dan negen jaar. De invloed van Franquin is nog duidelijk in de vrije tribune die Kamagurka in 1974 in

Robbedoes kreeg: de lijnen zijn fijner dan in zijn latere werk, de kleuren spatten van het blad.

Dagboek

Westerink koos ook een van de dagboeken van Kamagurka, waarin hij nauwgezet noteert wat hij eet. Het is de periode dat hij onder de verplichte legerdiens­t probeert uit te komen wegens ondergewic­ht, wat uiteindeli­jk ook lukt: ‘Lunch rijst, graankoekj­e, schorsener­en, sla’. Op hetzelfde blad tekent en schrijft hij ook over de dood van zijn grootmoede­r, het bezoek aan het mortuarium, hoe de priesters hem ergeren tijdens de begrafenis.

De eerste zaal dompelt je echt wel onder in de jaren 70, toen info over nieuwe muziek of strips alleen te vinden was in tijdschrif­tjes die vaak thuis werden geschreven en in elkaar geniet. In de vitrines liggen Appendiks, Kick, Proopr en

Kamagurka legt in zijn schilderij­en dezelfde humor die ook in zijn cartoons zit. Dat staat haaks op de loden ernst die meestal om visuele kunst hangt

domein volledig open.’

Geen auto’s

Parkeren kan enkel ondergrond­s: de garages zijn bereikbaar via de zijkant van het domein. ‘Nultoleran­tie voor auto’s, dat vond ik een belangrijk punt in het masterplan. Een zichtbare parking, of auto’s tussen de huisjes... dat zou alles ontsieren.’

Het gewezen militair domein is knap op het vlak van ruimtelijk­e ordening, maar ook het appartemen­t van Egide en Sophie is knap ingedeeld. Op 53 vierkante meter wist de bewonerarc­hitect een zee aan ruimte te creëren. Het lijkt wel een optische illusie.

‘In een compact appartemen­t kan je beter geen echte wanden plaatsen, dat zou het ruimtegevo­el verstoren. Alleen het toilet en de berging zitten in aparte kamertjes’, zegt Egide.

Minikeuken­tje

De keuken lijkt erg mini: de gastheer vertelt dat dat een doordachte keuze is, om de open ruimte intact te houden. Daarom hielden ze het bij een klein fornuis en lieten ze het comfort van een vaatwasser weg. De compacte keukenelem­enten kunnen naar wens weggestopt worden achter een verschuifb­are staldeur. Die is kundig opgehangen aan een metalen rail. ‘Tussen de slaapkamer en de inkom hebben we een golvende houten wand geplaatst’, zegt Egide. ‘Het is derderangs­hout, daar zit een theatrale structuur in, met lijnen en forse knopen. De wand maakt een golvende beweging, dat past dan weer helemaal bij onze locatie aan zee. Bovenaan is de afscheidin­g open, zo behouden we het ruimtelijk gevoel. Je kan overal doorkijken, zonder obstakels. En tegelijk is de slaapkamer een intieme cocon.’

Over de slaapkamer is nagedacht. Het plafond is verlaagd en zwartgever­fd. Dat maakt het knus. ‘Gezellig én zeer praktisch... een vals plafond is ideaal om technische leidingen te verbergen!’

 ??  ??
 ??  ??
 ?? © Kamagurka ?? ‘Zonder titel’.
© Kamagurka ‘Zonder titel’.
 ?? © Kamagurka ?? ‘De schreeuw’, versie Kamagurka.
© Kamagurka ‘De schreeuw’, versie Kamagurka.
 ??  ?? Enkel op de hoeken kwamen twee torens met acht en zes bouwlagen.
Enkel op de hoeken kwamen twee torens met acht en zes bouwlagen.
 ??  ?? Een minimum aan muren voor een maximaal ruimtegevo­el.
Een minimum aan muren voor een maximaal ruimtegevo­el.
 ??  ?? De oude omwalling bleef deels behouden.
De oude omwalling bleef deels behouden.
 ??  ?? Een golvende wand bakent de slaapkamer af.
Een golvende wand bakent de slaapkamer af.
 ??  ?? Het hout met ruwe lijnen geeft de flat karakter.
Het hout met ruwe lijnen geeft de flat karakter.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium