Franse politie volgde busje met tracker
De Franse politie wist dat het busje waarin het gezin van Mawda zat, betrokken was bij mensensmokkel, en volgde het met een gpstracker.
Die nacht van 16 op 17 mei ging het dramatisch fout op de E42. Een witte bestelwagen vlucht op een parking voor een patrouille van de politie. Het is het begin van een kilometerslange achtervolging, met op het einde een schot dat de kleine Mawda het leven kost.
Had het anders gekund? ‘Meer dan waarschijnlijk zouden de achtervolgende patrouilles de zaak zachter hebben aangepakt als zij de juiste context hadden gekend’, klinkt het in gerechtelijke kringen. ‘Op de bewuste bestelwagen werd immers een tracker van de Franse politie aangetroffen. Die voert samen met een Belgisch rechercheteam al een tijdje een onderzoek naar mensensmokkel. Zo hoopten ze te achterhalen wat de reisweg van het busje was, en waar mensen opgepikt en afgezet werden.’
De Fransen hadden aan onze centrale diensten het gebruik van die tracker moeten melden, maar het is niet duidelijk of zij dat gedaan hebben. ‘Het Comité P zal controleren of de Belgische speurders op de hoogte waren van de Franse operatie en, zo ja, of zij eventueel nalieten om het in de centrale gegevensbank van de politie te vermelden.’
Dat is belangrijk, want tijdens een achtervolging wordt het voertuig altijd gecontroleerd in die centrale databank. ‘Als daaruit blijkt dat het voertuig deel uitmaakt van een gerechtelijk dossier, kunnen de agenten de speurders contacteren alvorens tussenbeide te komen’, zeggen ervaren politiemensen. ‘Dan wordt duidelijk of er onmiddellijk moet worden opgetreden dan wel of het beter is om te laten begaan. Er kan bijvoorbeeld ook gevraagd worden om zo veel mogelijk gegevens te noteren.’
Maar de melding in de gegevensbank is niet voldoende, voegen de politiemensen eraan toe. ‘Niet alle politiemensen hebben automatisch toegang tot alle gegevens in die bank. De toegang kan zelfs verschillen van gemeente tot gemeente, als het gaat om lokale politieagenten.’
Technisch onmogelijk
De patrouilles die de achtervolging inzetten op de witte Peugeot Boxer waarin het gezin van Mawda en nog 25 andere migranten hadden plaatsgenomen, kenden de juiste toedracht van de situatie in elk geval niet.
Laurent Kennes, advocaat van de politieman van de Wegpolitie wiens schot de kleine Mawda het leven heeft gekost, bevestigt: ‘De eerste achtervolgers behoorden tot de politie van Namen. De ploeg van mijn cliënt hoorde via de dispatching dat er een achtervolging aan de gang was op de E42. De agenten vroegen in contact gebracht te worden met de eerste achtervolgers om te weten wat zich juist afspeelde, maar dat bleek technisch niet mogelijk. Toen mijn cliënt en zijn collega de autoweg opreden, volgden de andere politiewagens het busje op enige afstand. Waarom? Daar had de patrouille van mijn cliënt het raden naar. Zij kwamen langszij bij de vluchtende bestelwagen, die verscheidene pogingen ondernam om hen te rammen. Met de dramatische afloop die wij kennen.’
Het gerecht zit verveeld met de zaak. Het federaal parket wou niet meer dan bevestigen dat het ‘aanwijzingen had dat een tracker was gebruikt’. De Bergense procureurgeneraal Ignacio De la Serna wou onze vragen hierover niet beantwoorden.
De achtervolgende patrouilles wisten van niets van de actie van de Franse politie