‘We willen dit land niet meer’
Vier jaar nadat de islamitische groep IS hun provincie in Irak binnen zijn gevallen, zitten honderdduizenden jezidi’s nog steeds in tentenkampen. ‘De zege van president Emmerson Mnangagwa is een coup tegen de wil van het volk’
BAADRE I Een paar maanden geleden was Jameel Ghanim voor de tweede keer terug in de jezidiprovincie Sinjar. Om een hek te zetten rond het massagraf in zijn dorp Talazir, waar zijn broers en neven liggen – vermoord door IS. Zodat het bewaard blijft, en er geen dieren meer bij kunnen. Hoewel de regio alweer een jaar is bevrijd, peinst Jameel er niet over daar weer te gaan wonen. ‘Als ik terugga, huil ik’, zegt hij.
Vier jaar geleden, op 3 augustus 2014, trok IS de provincie Sinjar binnen, kidnapte zo’n zevenduizend mensen onder wie vooral vrouwen en kinderen, en doodde er nog zo’n vijfduizend, vooral mannen. De ontvoerde vrouwen en meisjes werden seksslaven voor de strijders en hun leiders. Ruim drieduizend van hen worden nog vermist. IS beschouwt de jezidi’s als duivelsvereerders, want zij hebben hun monotheïstische geloof nooit ingeruild voor de islam. De Verenigde Naties hebben de tragedie mede daarom NELSON CHAMISA ondenkbaar, vanwege de pijnlijke herinneringen en de angst voor hun Arabische buren. heeft via Whatsapp contact met haar moeder. Ghanim bood de ISstrijder aan haar te kopen, ‘maar hij zei nee’. De andere vijf zijn spoorloos. Ghanims schoondochter pleegde twee maanden na haar ontvoering in Mosul zelfmoord. ‘Dat is beter dan wat ze allemaal moest meemaken’, zegt Ghanim sober. Na de bevrijding van Mosul kreeg hij een telefoontje waar ze begraven was. ‘We hebben haar in Lalesh kunnen herbegraven.’
Ook zijn broers wil hij naar dit jezidiheiligdom in IraaksKoerdi