‘BELGIË ZOU HET SINGAPORE VAN EUROPA KUNNEN ZIJN’ RONNIE LETEN
Toen de Zweedse coalitie aantrad, zag ondernemer Ronnie Leten dat als ‘de kans om België te hervormen’. De verwachtingen zijn niet ingelost, stelt hij vast. De reden? Het gaat te goed, en het ontbreekt de politieke leiders aan moed. ‘Eigenlijk zouden we m
MOL I Na negen jaar in Zweden wonen Ronnie Leten (61) en zijn vrouw Ria weer in België. In een bescheiden huis in Mol dat hij eigenhandig bouwde in de jaren tachtig. De bouwmicrobe heeft hij doorgegeven: een van zijn zonen is aannemer, blijkt uit de vennootschappen die de brievenbus sieren van het belendende huis waar Leten kantoor houdt.
De voormalige ceo van machinebouwer Atlas Copco is vandaag voorzitter van telecomreus Ericsson, van machinefabrikant voor de mijnbouw Epiroc – een afsplitsing van Atlas Copco – en bestuurder van het Zweedse technologiebedrijf SKF. Het zijn alle drie bedrijven van de Wallenbergs, een beroemde industriële familie die een groot vertrouwen heeft in Leten. Hij vliegt nog wekelijks richting Scandinavië. Maar als hij in Mol is, neemt hij de fiets of de tandem. Mobiliteit is een van zijn stokpaardjes, omdat het een ‘onderschatte factor’ is in het opkrikken van de tewerkstellingsgraad.
‘Ik snap België niet’, zegt Ronnie Leten. ‘Mobiliteit is een kwestie van durven kiezen. In Zweden rijden de bussen op tijd, omdat ze overal aparte rijvakken hebben. Het openbaar vervoer is performant, veel stedelingen hebben er geen auto. Ook wij hebben er nooit een auto gehad. Ooit ging ik naar een afspraak met de eerste minister per fiets. Halverwege kwam ik hem tegen … ook op de fiets! We hebben ze nog samen op slot gedaan (lacht).’
In 2014 zei u veel te verwachten van de Zweedse coalitie onder leiding van Charles Michel (MR). Heeft ze die verwachtingen ingelost?
Leten: ‘Niet alles wat we gehoopt hadden, is gerealiseerd. Uiteraard had ik liever een meer drastische verandering van het belastingsysteem gezien – dat is fundamenteel weinig hervormd – en een meer efficiënte overheid. Ook de loonkostenhandicap is niet weggewerkt. Ze zeggen misschien van wel, maar als je de lat onderweg verlaagt van 2 meter naar 20 centimeter, hebben je maatregelen geen effect.’
‘Goed, ik kijk liever naar de toekomst dan naar het verleden. Bepaalde punten zwengelen de competitiviteit aan en er is een zekere kentering ingezet. Mensen beseffen stilaan dat we langer moeten werken. In mijn vriendenkring merk ik het ook, en die mensen zijn lang niet allemaal ceo’s.’
Staat ons land er vandaag beter voor dan vier jaar geleden?
‘Competitiviteit is relatief. Er zijn wel enkele kleine stappen gezet – met de nadruk op kleine – maar als je ziet hoe in de Scandinavische landen de vennootschapsbelasting verlaagd wordt, en zelfs in Italië, weet ik niet of we gewonnen hebben. Het besef dat ons land competitief moet
De politiek had meer moed moeten tonen?
‘Ik wil positiefkritisch zijn, al zijn de feiten wat ze zijn: structureel is er niet veel hervormd. Dat ligt natuurlijk ook aan de heilige huisjes – de opties die in de jaren 60 en 70 zijn genomen en waar men niet aan durft te raken, zoals de ingewikkelde staatsstructuren en de sociale zekerheid. Als we een wendbare maatschappij willen, zullen we toch een paar van die huisjes ter discussie moeten stellen.’
Dus toch een gebrek aan moed en leiderschap?
‘We hebben de leiders die we verdienen, want we hebben ze zelf gekozen. Om de neuzen in dezelfde richting te krijgen, is vertrouwen nodig. Dat hangt samen met transparantie en sociale controle. Daarvoor hebben we een kwalitatieve vierde macht nodig. Wat jullie schrijven, beïnvloedt de mensen. We hadden met Atlas
Copco het beste resultaat ooit neergezet en de Dagens Industri, een toonaangevende zakenkrant in Zweden, kopte: “Het is niet genoeg, Ronnie”. Ik kan daar tegen – je moet daar tegen kunnen – maar het zet wel de toon.’
Premier Michel laat zijn frustraties over de kritiek van de pers in zijn zomerakkoord de vrije loop.
‘Ach, hij kan daar ook tegen. Hij wou gewoon een statement maken. Als leider moet je duidelijk een richting afspreken en dan een plezante sfeer scheppen. Je vangt veel meer vliegen met een pot stroop dan met een vliegenmepper. Maar wat we dikwijls onderschatten, is hoe moeilijk het is om te veranderen in een goede periode. Kennedy zei: “Je moet het dak herstellen als de zon schijnt.” Maar dat is niet simpel. Ons grote probleem is: het gaat te goed.’
Komt de regering hier niet gemakkelijk weg? Het zijn toch de politici die beslissen, niet de media?
‘Waarom beslist de regering niet? Ze luistert te veel naar de achterban. Als die nog niet mee is, gebeurt het niet. De voormalige Duitse bondskanselier Gerhard Schröder heeft het gedurfd, maar hij heeft wel de volgende verkiezingen verloren.’
‘België heeft alles in handen om het Singapore van Europa te worden, het is een kwestie van keuzes maken. Maar we moeten ze maken, want dit land verdient beter. Onze overheidsstructuren moeten wendbaarder worden. Alles vandaag vraagt om een hogere snelheid van uitvoering. De vraag is: zijn we klaar?’
Worden in de arbeidsdeal de juiste keuzes gemaakt?
‘Het gaat de goeie richting uit. Dat de werkloosheidsuitkering de eerste maanden omhoog gaat en daarna sneller omlaag, vind ik een goeie zaak. Maar dat de opzegtermijnen niet verkort zijn, is een gemiste kans. Wat is belangrijk voor een land? Het aantal mensen dat actief en produc tief bezig is. De Zweedse bevolking telt een miljoen minder mensen dan de Belgische, maar er zijn wel een miljoen meer mensen actief. Dat ligt aan de mentaliteit. Zweden streeft veel meer naar zelfredzaamheid, wij zijn opgevoed met naastenliefde. Wat is trouwens het probleem met werken, dat is toch plezant? Eigenlijk zouden we allemaal moeten werken tot 75 jaar.’
Zegt Ronnie Leten, die niet de hele dag aan de band staat.
‘Als leidinggevende moet je maken dat je mensen graag komen werken, welke job ze ook doen. Deze week hadden we hier de brandweer over de vloer om een wespennest te verwijderen. Wel, die mannen deden hun werk graag. Ook mensen aan de band kan je de juiste ergonomie aanbieden, net als een aangename temperatuur en goeie werkomstandigheden. Ik heb schokdemperbedrijf Monroe nog geleid, die vrouwen en mannen kwamen graag werken.
De rol van de sociale partners is dus belangrijk.
‘Alle betrokken partijen moeten meebeslissen. Maar eerst moet je rond de tafel zitten om te praten over de missie, het einddoel. Gaan we akkoord dat we competitief moeten zijn? Indien ja, dan kunnen we praten over de rest. In dit land wordt altijd over de modaliteiten gepraat en niet over de missie. Daardoor zijn wij een volk van regeltjes.’
Het langetermijndenken ontbreekt?
‘Ja, vooruitkijken is voor iedereen belangrijk. Waar we veel te weinig over praten, is de reskilling of omscholing van mensen. Welke profielen zullen we nodig hebben op de arbeidsmarkt in 2030, en hoeveel? Toen ik in 1985 als systeemontwerper begon, hielden softwareingenieurs zich bezig met productieplanning en logistiek. Anno 2018 zitten ze bijna allemaal in de mechatronics (ontwerp van robots en andere machines,