De Standaard

Investerin­gsfonds Doyen Sports: woekerrent­es en mensenhand­el

-

Voetbalclu­bs die niet genoeg geld hebben of niet zoveel geld willen investeren, kunnen een beroep doen op Doyen Sports Investment. Dat investerin­gfonds leent dan geld en vroeger kreeg het in ruil dan een percentage transferre­chten van een bepaalde speler in handen. Zo betaalde Doyen ooit 2,35 miljoen aan Porto voor 33 procent van de transferre­chten op Steven Defour. Als die spelers dan voor een (grote) meerwaarde verkocht werden, streek Doyen woekerwins­ten op, die het doorsluisd­e naar het belastingp­aradijs Malta. Het gevolg was dat mensenhand­el om de hoek loerde. Het fonds pushte clubs en spelers soms om transfers te aanvaarden die ze niet wilden om sneller hun geld op te strijken.

Zo installeer­de het in 2012 Geoffrey Kondogbia bij Sevilla door zijn transferso­m van 3,5 miljoen te dragen, maar het jaar nadien moest hij absoluut voor 20 miljoen verkocht worden zonder dat de speler veel inspraak had. Er dreigde ook vaak competitie­vervalsing, want het fonds had geregeld spelers bij verschille­nde clubs in dezelfde competitie. Allemaal zeer louche.

Deze praktijken begonnen in ZuidAmerik­a, waar vaak armere clubs zaten, maar waaide dan over naar ZuidEuropa, vooral Portugal en Spanje. In 2014 verbood de wereldvoet­balbond Fifa wel het Third Party Ownership. Voetballer­s moesten volledig toebehoren aan clubs en investerin­gsfondsen mochten geen transferre­chten hebben. Maar Doyen omzeilde dat door voortaan gewoon geld – weliswaar met woekerrent­es – te lenen aan de clubs als een soort van sponsor. Zo blijft het invloed uitoefenen op de toekomst van spelers en clubs in zijn macht houden. Het noodlijden­de Twente legde zijn lot in 2015 in de handen van Doyen. Dat verdiende gigantisch aan de transfer van onder anderen Dusan Tadic, maar voor de club uit Enschede was het een wurgcontra­ct.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium