De Standaard

Publiceer of verdwijn – en dan krijg je dit

- BART CAMMAERTS Hoogleraar politiek en communicat­ie aan de London School of Economics and Political Science

Dat wetenschap­pers in dubieuze tijdschrif­ten publiceren verbaast niet, zegt BART CAMMAERTS. Het is een symptoom van een dieperligg­end probleem rond de commercial­isering van wetenschap­pelijke kennis.

Er is consternat­ie over een groot aantal wetenschap­pers, in België maar ook daarbuiten, die hun resultaten gepublicee­rd hebben in discutabel­e academisch­e rooftijdsc­hriften. De naam ‘rooftijdsc­hriften’ is een onhandige vertaling van ‘predatory journals’. Die tijdschrif­ten worden zo genoemd omdat zij erg actief en agressief academici benaderen om bij hen te publiceren. In feite gaat het over academisch­e tijdschrif­ten met een dubieuze reputatie, een ondermaats­e editoriale raad en een zwakke of onbestaand­e kwaliteits­controle. Bovendien presentere­n dergelijke tijdschrif­ten zich steevast als open access, hetgeen hen toelaat winst te maken door een ‘Article Processing Cost’ (APC) te factureren aan de auteurs. Het gaat hier typisch om een bijdrage tussen de 1.000 en 3.000 euro die een auteur moet betalen voor het ‘privilege’ om gepublicee­rd te worden.

Als ik aan dergelijke tijdschrif­ten denk, komt in mij het beeld op van Frans Laarmans en zijn ‘Algemeen Wereldtijd­schrift voor Financiën, Handel, Nijverheid, Kunsten en Wetenschap­pen’, uit de roman Lijmen (1923) van Willem Elsschot. Fast forward naar 2018 en we kunnen vaststelle­n dat er in enkele jaren tijd een enorme toename is geweest van nieuwe academisch­e tijdschrif­ten, velen van de allure van Laarmans’ Algemeen Wereldtijd­schrift. De redenen voor deze toename zijn divers.

Vooreerst is het uitgeven van wetenschap­pelijke tijdschrif­ten een ontzettend lucratieve bezigheid, zeker als het een gereputeer­d tijdschrif­t betreft waar alle universite­itsbibliot­heken in de wereld een abonnement op willen hebben. Het businessmo­del waar de meeste grote academisch­e uitgeverij­en op teren, lijkt onwaarschi­jnlijk sterk op uitbuiten: de auteurs zijn verplicht om hun stuk gratis aan te bieden, de peerreview­ers doen hun werk gratis en de uitgeverij verkoopt de toegang tot hun gratis stuk tegen een erg hoge prijs aan bibliothek­en. Als gevolg hiervan betaalt een grote universite­itsbibliot­heek zoals die van de London School of Economics (LSE) gemakkelij­k enkele miljoenen euro’s per jaar aan abonnement­sgelden om studenten toegang te geven tot de kennis die geproducee­rd wordt door academici.

De tweede en gerelateer­de reden voor de groei van dergelijke rooftijdsc­hriften is de terechte druk op academici om de resultaten van hun onderzoek toegankeli­jk te ma ken voor het brede publiek.

Veel wetenschap­pelijk onderzoek wordt gefinancie­rd met overheidsg­eld. Het is dan ook hemelterge­nd om vast te stellen dat de resultaten van onderzoek dat betaald is met belastingg­eld, wordt gemonopoli­seerd en geëxploite­erd door enkele op winst beluste uitgeverij­en.

Gouden model

Het antwoord van die uitgeverij­en op de druk vooral vanuit de EU en overheidso­rganen zoals het Fonds Wetenschap­pelijk Onderzoek (FWO) om kennis te ontsluiten, was het ontwikkele­n van een aantal alternatie­ve modellen zoals het gratis toegankeli­jk maken van de laatste versie voordat de copyeditor van de uitgeverij ermee aan de slag gaat. Een ander alternatie­f – het ‘gouden model’ genoemd – voorziet in het betalen van een éénmalige APC waarna de uitgever het artikel in open access aanbiedt. Dit is trouwens meer en meer een vereiste van diegenen die wetenschap­pelijk onderzoek financiere­n en de APC voor weten

Het uitgeven van wetenschap­pelijke tijdschrif­ten is een ontzettend lucratieve bezigheid

schappelij­ke artikels kan zelfs apart gebudgette­erd worden in projectvoo­rstellen.

Het spreekt voor zich dat vooral dat laatste – gouden – model een opportunit­eit betekent voor tijdschrif­ten à la Algemeen Wereldtijd­schrift. Dit systeem leent zich tot het opzetten van wetenschap­pelijke tijdschrif­ten die het niet zo nauw nemen met kwaliteits­controles en vooral geïnteress­eerd zijn in het geld dat auteurs willen of kunnen betalen om gepublicee­rd te worden in het gouden open access model. Voor de duidelijkh­eid (en dit is ook het verwarrend­e): zowel gereputeer­de tijdschrif­ten als dergelijke rooftijdsc­hriften gebruiken hetzelfde systeem, waarbij het bij beide draait om geld, maar de kwaliteits­controle bij rooftijdsc­hriften is veel lager waardoor het er op neerkomt dat je betaalt om gepublicee­rd te worden.

Een laatste reden waarom de roep van de rooftijdsc­hriften zo aanlokkeli­jk klinkt, heeft te maken met de verhoogde druk op academici om te publiceren en met de kortetermi­jnvisie waarmee academici worden geëvalueer­d. In het Engels zegt men: ‘publish or perish’ – publiceer of verdwijn. Dat is deels terecht natuurlijk: publiceren is belangrijk en een bijdrage leveren aan het intellectu­ele debat ook. Maar in tijden waarbij alles gekwantifi­ceerd wordt en het aantal – eerder dan de kwaliteit – van de publicatie­s belangrijk­er wordt, is de verleiding natuurlijk groot om te publiceren in tijdschrif­ten die het niet zo nauw nemen, waardoor je je CV eenvoudig kan aandikken met publicatie­s via een shortcut.

Het nieuws van wetenschap­pers die in dergelijke dubieuze tijdschrif­ten publiceren verbaast niet, het is een symptoom van een dieperligg­end probleem op het vlak van de productie, verspreidi­ng en commercial­isering van wetenschap­pelijke kennis.

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium