‘Belgische banken kunnen alles aanbieden wat Facebook zou aanbieden. Waarom zouden onze klanten dan overstappen?’
oppervlakten. Belfiusvoorzitter JOS CLIJSTERS voelt zich niet direct bedreigd door de (vage) plannen van de internetgigant. (in Knack)
Opvallend: de huurprijzen in de periferie blijven stabiel. In de steden is er een dubbel beeld: kleine kernen boeren achteruit. In grote steden blijven de prijzen voor kleinere winkels stabiel, maar zijn er prijsdalingen voor grote verkoopoppervlakten. ‘Omdat grote ketens zoals H&M, Esprit en Zara rond zijn met hun expansie. Er is nog maar weinig vraag naar grote winkels’, zegt Boris van Haare van Cushman & Wakefield.
Monocultuur
Jan De Nys, ceo van Retail Estates, dat 829 winkelpanden in de periferie verhuurt in België en Nederland, zegt dat de steden veel te afhankelijk zijn van de fashionsector. ‘Slechts 7 procent van de bestedingen van de Belg gaat daar naartoe, maar de winkels in de steden hebben er massaal op ingezet. Ze deden dat omdat historisch daar de grote omzetten en marges te rapen vielen en dus hoge huurprijzen mogelijk waren. Nu de fashion onder druk staat, breekt die monocultuur hen zuur op’, zegt De Nys.
Hij vindt dat makelaars als Cushman & Wakefield tegen verhuurders de dingen moeten zeggen zoals ze zijn: de keizer is naakt. De huurprijzen moeten naar een houdbaar peil. Op de Antwerpse Meir betaal je als modeketen 2.000 euro per vierkante meter per jaar. ‘Terwijl wij in de periferie aan een Brico 95 euro vragen.’ Sommige ketens, zoals H&M vragen om de huurprijs afhankelijk te maken van de omzet. Een nieuw fenomeen, zegt Van Haare. Koen Kennis, schepen voor economie van de winkelstad Ant werpen, zegt dat het oude handelshuurcontract (dat tot 27 jaar loopt) achterhaald is. ‘Zowel de duur van het contract als de huurprijs moet flexibel worden.’
‘Er gaat meer geld naar telecom, eten en reizen, en minder naar kleding en schoenen’
WOUTER TORFS
Ceo Schoenen Torfs
De fashionsector voelt ook de impact van verschuivingen in de bestedingen van de consument. ‘Er gaat meer geld naar telecom, eten en reizen, en minder naar fashion. In de binnenstad speelt ook een probleem van mobiliteit en parkeermogelijkheden, wat de consument naar de periferie of online duwt’, zegt Torfs.
Hij vermoedt dat bepaalde winkelstraten ingeperkt moeten worden en opnieuw een woonfunctie moeten krijgen. ‘Er is wel nog vraag naar een goede bakker, slager of viswinkel, maar die beroepen staan onder druk. Het is een complex probleem.’