Zorgwekkende willekeur in gesloten jeugdzorg
Jongeren in gesloten instellingen worden aan wisselende, vaak erg strikte, regels onderworpen. Hoog tijd voor een crisismanager, vindt Lorin Parys.
BRUSSEL I Voor het eerst heeft de Commissie van Toezicht verslagen vrijgegeven over de bezoeken van maandcommissarissen – een soort inspecteurs – aan de gesloten voorzieningen voor jeugdhulp in Beernem, Ruiselede, Mol, Tongeren en Everberg. Die laten zien dat de commissarissen, die pas begin dit jaar aan de slag gingen, goed geluisterd en geobserveerd hebben. Ze noteerden zowel goede als slechte praktijken.
Bij die laatste springen enkele zaken in het oog. Zo moest een jongere drie maanden langer in de voorziening blijven, omdat zijn begeleiders en zijn jeugdconsulent geen ruimte in hun agenda vonden om tijdig een evaluatie rapport voor de jeugdrechter te schrijven. Elders moest een meisje twee weken wachten voor ze naar de Zelfmoordlijn mocht bellen. Iemand moest vier weken tandpijn lijden voor ze geholpen werd. Eén jongere vertelt dat een andere twee weken in de isolatiecel heeft doorgebracht.
In nog weer een andere voorziening kreeg een jongere een document voorgelegd: als hij dat ondertekende, deed hij afstand van zijn recht op beroep tegen zijn plaatsing, in ruil voor meer privileges. Jongerenwelzijn zei gisteren niet van zo’n document te weten. ‘Ik heb het nagevraagd, het bestaat niet’, zegt woordvoerder Peter Jan Bogaert.
Vlaams Parlementslid Lorin Parys (NVA) zegt niettemin ge schokt te zijn door de willekeur die uit deze rapporten blijkt: ‘Er is totaal geen lijn te trekken. De manier van sanctioneren verschilt van afdeling tot afdeling. Er zijn er die punten aftrekken als jongeren te veel boter smeren op hun boterham.’
Verbetertraject
Hij wijst erop dat er ook veel klachten over de infrastructuur zijn: schimmel op de muren in Everberg, ramen die in hete zomers niet opengaan, de verwarming die in de winter stuk is. ‘We moeten op zijn minst een crisismanager voor de jeugdzorg aanstellen om deze wantoestanden recht te trekken.’
De rapporten werden gisteren door kinderrechtencommissaris Bruno Vanobbergen verstuurd naar de parlementsleden, minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) en Jongerenwelzijn, ter voorbereiding van een hoorzitting volgende week. Die moet uitmonden in een officieel verslag, mét aanbevelingen. Die zijn er nu nog niet.
Voor Jongerenwelzijn maakt dit deel uit van een verbetertraject: ‘We waren zelf vragende partij voor extern toezicht, en we zijn blij met deze transparantie. Wat de infrastructuur betreft: er is een meerjarenplan om de oude gebouwen in Beernem te vervangen en ook Everberg krijgt een volledig nieuwe campus.’
Op de ene plek worden punten afgetrokken als iemand te veel boter smeert, elders moet een meisje twee weken wachten om de Zelfmoordlijn te mogen bellen
BRUSSEL I Jongeren komen in een gemeenschapsinstelling terecht op verwijzing van een jeugdrechter. Sommigen hebben een als misdrijf omschreven feit (MOF) gepleegd, anderen niet. Lang niet altijd voelen de jongeren zich in zo’n voorziening op hun plaats. ‘Kent de jeugdrechter mij eigenlijk wel?’, liet een van hen door de maandcommissarissen optekenen. Enkele klachten uit de pas vrijgegeven rapporten van de Commissie voor Toezicht.
Eenzaamheid
Jongeren voelen zich binnen een voorziening soms eenzaam. De tvmomenten zijn beperkt en er is geen internet. Vooral de weekends kunnen eenzaam zijn, zeggen ze.
In de leefgroep gaven jongeren aan dat ze zich ’s nachts vaak alleen voelen. Er is geen enkele manier om de nachtbewaking te roepen, ze moeten wachten tot ze iemand in de gang horen. Sinds kort is er wel een nieuwe nachtbewaakster en die vinden de meisjes een aanwinst. Gewoon omdat ze heel rustig ‘slaapwel’ zegt en de deur zacht sluit. ‘Het heeft iets warms’, zeggen de jongeren.
Comfort
Een jongere toonde zijn sanitair: vochtig, schimmel, een douche die niet functioneerde en hij plaatste een plastic flesje over de douchekop, zodat het water niet de kamer inspuit. Klacht in de brievenbus: een jongere klaagt dat hij al drie weken in Everberg is en geen warm water heeft. Hij heeft dat al driemaal gemeld, maar er is nog niets aan gedaan.
Opvoeders beseffen dat de staat van de leefruimten ondermaats is en moeten veel creativiteit aan de dag leggen om het toch nog leefbaar te maken. De directie is verbaasd over de klacht van het warme water. Er is alleen een probleem als er meerdere jongeren tegelijk douchen.
Opvoeders moeten veel creativiteit aan de dag leggen om de leefruimten toch nog leefbaar te maken
Hitte
De hittegolven deze zomer leidden ertoe dat de temperatuur in sommige instellingen ondraaglijk was. De ramen kunnen niet of nauwelijks open en de kleine ventilator brengt geen soelaas.
De jongeren appreciëren wel de extraatjes van de opvoeders, zoals een voetbad om af te koelen. Ook mogen de deuren van de kamer soms open blijven staan. De geur van zweet en vuile sokken was door de hitte soms zeer aanwezig.
Psychologische hulp
De toegang tot psychologische hulp is beperkt doordat de psychologen hun tijd moeten verde len. Een jongere die in crisisopvang was en de zelfmoordlijn wilde bellen, moest twee weken wachten op toestemming.
De opvoeders geven aan dat vragen om andere diensten te contacteren altijd goed worden afgewogen. Meisjes maken hier anders te veel gebruik van en niet altijd om de juiste redenen. In het geval van deze jongere werd besloten om haar te laten begeleiden door de psychologe van de instelling.
’s Nachts is er geen enkele manier om de bewaking te roepen, ze moeten wachten tot ze iemand in de gang horen
Medische zorg
In de onthaalleefgroep is het moeilijk om snel externe, medische hulp te krijgen, zoals een tandarts. Iemand die tandpijn had, moest vier weken wachten.
Dit werd met de opvoeders besproken en zij erkennen dat het veel organisatie vergt: eerst de verpleegster van de instelling, dan doorverwijzen naar de tandarts, waarna er een begeleider mee moet. Door de omslachtigheid worden nietdringende bezoeken uitgesteld.