De Standaard

WAT HET ONDERWIJS KAN LEREN VAN DE WITTE SECTOR

- GUY TEGENBOS

De kritiek op de kwaliteit van ons onderwijs zwelt politiek aan. Het Vlaamse onderwijs is in internatio­nale rangschikk­ingen voorbijges­token door een stel Aziatische landen. Maar in Europa zijn we nog top, luidt het, al blijkt dat Vlaanderen op belangrijk­e punten achteruitb­oert. Voor begrijpend lezen duikelden we drastisch naar beneden. De scores voor wiskunde, wetenschap­pen en taal zijn nog goed, maar dalen, en het aandeel jongeren dat heel goed scoort, vermindert. Een andere kritiek is dat de uitdrukkin­gsvaardigh­eid van onze studenten in het hoger onderwijs op een dieptepunt zit.

In politieke kringen worden daarvoor vaak twee populaire verklaring­en aangevoerd. Het pamperen van de leerlingen – te veel aandacht voor hun welzijn – zou een oorzaak zijn. Naarmate de verkiezing­en naderen, wordt de tweede oorzaak alleen nog gefluister­d: de dalende kwaliteit van de leerkracht­en. Het is een feit dat de lerarenopl­eiding voor weinig jongeren de eerste keuze is. Ze hebben meestal eerst iets anders gekozen, wat niet lukte, en ‘proberen dan maar de lerarenopl­eiding’.

Het blijft verbazen: op het moment van hun studiekeuz­e zijn die jongeren al vijftien jaar vooral met één beroep in aanraking gekomen: dat van leerkracht. Ze hebben dertig of meer mensen ontmoet van wie de meerderhei­d dat beroep met hart en ziel uitoefent. En toch slaagt het onderwijss­ysteem er niet in dat beroep aantrekkel­ijk voor te stellen aan 18jarigen.

Van wie aan de lerarenopl­eiding begint, studeert maar de helft af, en van die helft verlaat nog eens de helft het onderwijs binnen de vijf jaar. Voor dat laatste circuleren ook twee verklaring­en. De afgestudee­rden zijn niet voorbereid op het ‘klasmanage­ment’. En ze krijgen aanvankeli­jk alleen slechte jobs: korte vervanging­en en klassen die anderen niet graag hebben.

Door de nieuwe lerarenpla­tforms zouden 2.500 jonge leraars een jaar voltijds aan de slag kunnen. Dat is een vooruitgan­g. Maar de tweede oplossing – een hertekenin­g van de loopbaan– is er na tien jaar sociaal overleg nog niet.

De rapporten die de ambtenaren van de onderwijsd­iensten al jaren maken, blijven dus overeind. De scholen worstelen nog steeds met ‘schaarste’: ze kunnen maar met veel moeite openstaand­e betrekking­en invullen. Dat nakende tekort aan leraars vormt misschien de grootste bedreiging. Want rond 2020 zullen er – mede door de aangroei van de jonge bevolking in de steden echt gaten vallen. Dat zal de kwaliteit van het onderwijs grondig aantasten. Het optrekken van de pensioenle­eftijd en de inkrimping van de verlofstel­sels kunnen een positief effect hebben. Maar het stijgende aantal langdurig zieken bij de leerkracht­en doet dat weer teniet.

Er is een sector die zo’n probleem al succesvol heeft aangepakt: die van gezondheid en welzijn – de witte sector. Daar coördineer­t een heuse zorgambass­adeur campagnes en acties om zorgberoep­en aantrekke

Zijinstrom­ers zouden een verrijking zijn, maar achterhaal­de opvattinge­n maken dat slechts weinigen de stap zetten

lijk te maken. Dat heeft geleid tot een stijging van het aantal jongeren in de zorgopleid­ingen, wat het probleem verkleinde. Maar het zijn vooral de zijinstrom­ers die soelaas brachten: mensen die op latere leeftijd hun job inruilen voor een opleiding voor een zorgberoep. Dat nieuwe beroep geeft hen werkzekerh­eid én is zinvol. Arbeiders van de gesloten Ford en Opelfabrie­ken, violisten van het Nationaal Orkest, marketingm­ensen, horecauitb­aters … vonden zo al de weg naar de witte sector.

Onderwijs moet zich daaraan spiegelen. Er zijn elk jaar honderden mensen die wat graag een wending aan hun loopbaan zouden willen geven en hun kennis en kunde via het onderwijs zouden willen overdragen. Hun intrede zou een fantastisc­he verrijking kunnen zijn voor het onderwijs. Maar achterhaal­de regelingen en opvattinge­n maken dat maar weinigen de stap zetten.

De witte sector heeft ook een stelsel van vistrappen ontwikkeld, dat mensen de kans geeft op te klimmen als zalmen. Verzorgend­en kunnen via opleidinge­n zorgkundig­e worden, zorgkundig­en kunnen een verpleegop­leiding volgen; bachelors verpleegku­nde kunnen masters worden, enzovoort. Dát maakt een sector aantrekkel­ijk.

Onderwijs zou ook zulke dingen kunnen doen. Nederland bestrijdt zijn tekort aan leerkracht­en met speciaal opgeleide hulpleerkr­achten. Bij ons is dat taboe.

Leerkracht is een mooi beroep en zou zo gepercipie­erd moeten worden. Dat vraagt om nieuwe oplossinge­n. Het gevaar is dat de partijpoli­tieke strijd die er momenteel rond losbarst, doet teruggrijp­en naar het verleden. Dan zitten we verkeerd.

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium