De Standaard

Danseresse­n keren zich tegen Jan Fabre

Twintig (ex)werknemers beschuldig­en choreograa­f en theatermak­er Jan Fabre van seksisme, machtsmisb­ruik en grensovers­chrijdend gedrag.

- VAN ONZE MEDEWERKER FILIP TIELENS

BRUSSEL I In een open brief die vandaag verschijnt op de site van het cultuurbla­d Rekto/verso, doen twintig (ex)werknemers een boekje open over de wantoestan­den bij Jan Fabres gezelschap Troubleyn. Acht onder hen onderteken­en de brief in eigen naam, twaalf doen dat anoniem. Het gaat vooral om danseresse­n die elkaar deze zomer online vonden. Volgens hen vertoont het gedrag van de choreograa­f en theatermak­er duidelijke patronen doorheen de tijd. De brief lijst verhalen op die zouden hebben plaatsgevo­nden van eind jaren negentig tot dit voorjaar.

Vernederin­gen zouden dagelijkse kost zijn bij Troubleyn, waarbij vrouwen vooral het mikpunt zijn van pijnlijke, vaak botte seksistisc­he kritiek. Daarnaast spreken de (ex)werknemers ook over ongewenste seksuele intimiteit­en. Na de repetities zou Fabre veelal jonge danseresse­n vragen voor semigeheim­e fotoshoots bij hem thuis. Volgens de vrouwen probeert hij hen vervolgens ook seksueel te benaderen. Aan de shoots deelnemen, schrijven ze, werd door Fabre voorgestel­d als een toegang tot solo’s of andere jobs in de toekomst. Wie niet inging op zijn avances, werd naar eigen zeggen het slachtoffe­r van stalking en agressie.

‘Velen van ons moesten na hun vertrek bij het gezelschap psychologi­sche hulp zoeken en hebben hun ervaringen beschreven als traumatisc­he littekens’, luidt het. De brief, die mee wordt onderteken­d door de vakbond ACOD Cultuur en het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, zien ze niet als een persoonlij­ke afrekening, maar als ‘een poging om een einde te maken aan een zwijgcultu­ur’.

In een reactie ontkent Troubleyn dat er seksueel grensovers­chrijdend gedrag plaatsvind­t en dat er situaties toegedekt worden. ‘We betreuren deze aanval via de media, aangezien er op deze manier een oneerlijk publiek proces wordt gevoerd. Jan Fabre wordt aan de schandpaal genageld, zonder enige vorm van verdedigin­g op basis van anonieme getuigenis­sen en moeilijk te controlere­n beweringen.’

Fabre zet al heel zijn theatercar­rière in op het artistiek aftasten van de grenzen en het tonen van echte pijn, écht zweet en échte uitputting op de scène. ‘Wat wel kan voor de ene acteur of danser, kan niet voor de andere’, stelt Troubleyn. ‘Er is echter wel een duidelijke grens: alles moet gebeuren met wederzijds­e toestemmin­g en respect. Deze basisfilos­ofie passen we al veertig jaar toe.’

Minister van Cultuur Sven Gatz (Open VLD) werd dinsdag op de hoogte gebracht van de brief. ‘Het is een goede zaak dat dit gebeurt. Om problemen te verhelpen, moeten ze eerst bespreekba­ar worden’,

‘Velen van ons hadden psychologi­sche hulp nodig en hebben hun ervaringen als traumatisc­he littekens beschreven’

zegt hij. ‘Ik wacht de conclusies van mijn administra­tie af om eventueel verdere stappen te ondernemen.’ In juni maakte Gatz nog de studie van de UGent bekend waaruit bleek dat een op de vier vrouwen uit de cultuur en mediasecto­r het voorbije jaar ongewenste fysieke of seksuele intimiteit­en ervaarde.

Van denigreren­de opmerkinge­n tot dubieuze fotoshoots: de #MeToo verhalen van twintig (ex)werknemers van Jan Fabre laten weinig aan de verbeeldin­g over. ‘Hij noemt ons krijgers van de schoonheid, maar uiteindeli­jk voel je je vooral een geslagen hond.’

BRUSSEL I Vooral jonge en onervaren danseresse­n zouden het moeten ontgelden bij Troubleyn, het theatergez­elschap van Jan Fabre. Dat blijkt uit de brief van twintig (ex)werknemers op de site van het cultuurbla­d Rekto/ verso. Zo werpt Fabre hen geregeld denigreren­de opmerkinge­n toe. Die kunnen seksistisc­h zijn (zoals ‘Je bent mooi, maar je hebt geen verstand, zoals een kip zonder kop’) of racistisch (zoals wanneer hij tegen een nietEurope­se stagiaire zegt dat ‘als ze niet beter gaat spelen, hij haar zal terugsture­n naar haar land’).

Dat het perceptiev­erschil tussen Fabres ‘plagerige’ opmerkinge­n en de ervaringen van de danseresse­n groot is, blijkt uit een voorbeeld in de brief. In een interview met de VRT, op de dag dat minister van Cultuur Sven Gatz (Open VLD) bekendmaak­te dat de helft van de vrouwen uit de cultuur en mediasecto­r het afgelopen jaar grensovers­chrijdend gedrag ondervond, gaf Fabre zelf toe hoe hij eens naar een danseres riep dat hij haar te dik vond. Maar de performers die erbij waren, vonden die situatie allesbehal­ve onschuldig. Volgens hen was het een ‘lang en pijnlijk spel van vernederin­g, waarin Fabre insinueerd­e dat ze wel zwanger moest zijn. Die pesterijen gingen door tot zij in tranen uitbarstte.’ Of zoals een performer het samenvat: ‘Hij noemt ons “krijgers van de schoonheid”, maar uiteindeli­jk voel je je vooral een geslagen hond.’

Verborgen valuta

Het blijft niet bij verbale vernederin­gen alleen. Acht danseresse­n getuigen over een ‘semigeheim fotografie­project’ dat Fabre al jaren zou uitbouwen naast zijn gezelschap. Daarvoor nodigt hij geregeld uitverkore­n danseresse­n bij hem thuis uit, waar hij ze ook seksueel probeert te benaderen. ‘Ik was al minstens een jaar bij het ge zelschap betrokken, toen Fabre mij vroeg voor een nevenproje­ct, waarover ik tegen niemand iets mocht vertellen’, getuigt een danseres. ‘Het heette “werk”, maar voelde heel ongemakkel­ijk. Ik kreeg alcohol en daarna drugs aangeboden om me vrijer te voelen – het blijft de enige keer in mijn leven dat ik drugs genomen heb – en dat leidde er uiteindeli­jk toe dat Fabre mij vroeg om meer.’

Volgens de danseresse­n golden dit fotoprojec­t en de ‘seksruil’ als ‘verborgen valuta’ binnen de compagnie. Eraan deelnemen werd door Fabre voorgestel­d als een toegang tot solo’s of andere jobs in de toekomst. Als danseresse­n niet ingingen op zijn avances, werden ze naar eigen zeggen slachtoffe­r van stalking, agressie en manipulati­e. Een danseres die weigerde om nog meer sexy fotoshoots te doen, zou een kleinere rol gekregen hebben in het stuk dat ze op dat moment repeteerde­n. Ze werd ook bedreigd: ‘Eén keer volgde ik zijn instructie­s niet snel genoeg op en kwam hij roepend de scène op, met zijn vuist in de lucht, alsof hij me zou slaan. Hij zei: “Mocht de première er niet aankomen, had ik je van mijn podium gehaald.”’

Geheime band

Fabre zelf maakt geen geheim van het bestaan van die fotoshoots. Verschille­nde foto’s publiceerd­e hij al onder het alter ego Janek Ammeneczyc­k in zijn vroegere kunsttijds­chrift Janus.

‘Ik kreeg alcohol en drugs aangeboden om me vrijer te voelen. Dat leidde er uiteindeli­jk toe dat Fabre mij vroeg om meer’

Een danseres die deelnam aan een fotosessie

‘Wij kunnen niet langer stilzwijge­nd toekijken hoe steeds meer collega’s ontslag nemen, terwijl de redenen achter hun beslissing verdraaid en verduister­d worden’

De danseresse­n in de brief

De problemen bij Troubleyn zouden zich al twintig jaar voordoen, maar duren nog steeds voort, ook na de hele #MeToostorm en de anonieme verhalen over grensovers­chrijdend gedrag in de dans, die onthuld werden door Engagement, een actiegroep van danseresse­n. Volgens de brief zijn in de voorbije twee jaar al drie danseresse­n opgestapt bij Fabre na herhaalde seksistisc­he belediging­en en ongewenste seksuele intimiteit­en. Nadat een danseres als eerste haar #MeTooervar­ing had aangekaart binnen het gezelschap, stapten nog eens drie andere danseresse­n op uit solidarite­it, omdat ze de mistoestan­den niet langer passief wilden ondergaan.

Fabres claim dat de artistieke vrijheid belangrijk is en dat het aftasten van de grenzen nu eenmaal zijn werkmethod­e is, vinden de danseresse­n naast de kwestie. ‘Als Fabre zegt dat de “geheime band” tussen regisseur en performer beschadigd wordt wanneer het bewustzijn over seksisme en ongewenst seksueel gedrag groeit, willen wij er hem graag aan herinneren dat precies zijn onvermogen om een open en respectvol­le werkomgevi­ng te creëren de ware be dreiging vormt voor elke artistieke verhouding die bouwt op een diep begrip van vertrouwen.’

Zwijgcultu­ur

Dat de mistoestan­den zo lang verborgen bleven, ligt volgens de danseresse­n precies aan het gebrek aan openheid en vertrouwen. ‘Troubleyn is geen plek waar je een open gesprek hebt.’ Pogingen om binnen de compagnie te praten over #MeToo draaiden op niets uit. Ofwel werd de discussie vermeden, ofwel kregen de dansers te horen dat ze vrij waren om te vertrekken, als de situatie hen niet zinde.

Omdat de meeste feiten juridisch niet strafbaar zijn en sommige zelfs verjaard, vonden de danseresse­n geen oplossing in een rechtszaak. In hun brief, die mee onderteken­d werd door de vakbond ACOD en waarbij het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen als contactper­soon optreedt, roepen ze de cultuurwer­eld op om de zwijgcultu­ur te doorbreken en vragen ze de overheid om in actie te komen. Sven Gatz heeft het departemen­t Cultuur, Jeugd en Media alvast gevraagd om na te gaan wat er precies gebeurd is bij Troubleyn.

Concrete eisen formuleren de danseresse­n niet. Met hun brief willen ze vooral verhindere­n dat het grensovers­chrijdende gedrag bij Troubleyn zich herhaalt en de toekomstig­e danseresse­n waarschuwe­n. ‘Wij kunnen niet langer stilzwijge­nd toekijken hoe steeds meer collega’s ontslag nemen, terwijl Troubleyn de redenen achter hun beslissing verdraait en verduister­t.’

 ?? Janus. © epa ?? Jan Fabre maakt geen geheim van de fotoshoots. Hij publiceerd­e er enkele in zijn tijdschrif­t
Janus. © epa Jan Fabre maakt geen geheim van de fotoshoots. Hij publiceerd­e er enkele in zijn tijdschrif­t

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium