De Standaard

POSTENPAKK­ER

-

Zelf heb ik ooit één keer voor de klas gestaan. In een meisjessch­ool in Tielt. Vijfde leerjaar. Blauwe uniformpje­s, meen ik me te herinne ren. Ik was 23, en ik kwam hen in opdracht van de vzw waar ik mijn burgerdien­st volbracht, een uurtje onderhoude­n over de eerste Golfoorlog, toen volop aan de gang. Weken voordien had ik al geen oog meer dichtgedaa­n. ‘Je moet vooral vragen stellen, hen zelf laten vertellen’, had mijn vader geadvi seerd. Mijn vader stond in het onderwijs, die kon het weten. Maar de eerste Golfoorlog kon die elfjarige meisjes aan hun blauwe uniformpje roesten, merkte ik alras. Wij wachten wel op de tweede, zag je ze denken. Na precies 28 minuten waren mijn vragen op en de les voorbij. 22 minuten te vroeg. Sindsdien weet ik: lesgeven is elke dag een beetje doodgaan, als je er niet voor bent gemaakt.

Dat is misschien nog het leukste aan De klas, het Woestijnvi­sprogramma op Eén waarin BV’s een dagje leer kracht worden: het is voor hen kenne lijk ook een beetje doodgaan. Bij het begin van het programma zie je de paniek in hun ogen, ze moeten uit hun – aargh! – comfortzon­e komen. Dina Tersago deed vorige week, in de eerste aflevering van het tweede seizoen, geen moeite om haar nervositei­t te verbergen, dat was aandoenlij­k. Adil El Arbi deed dat gisteren wel, de patser, maar het lukte niet: hij is duidelijk een beter regisseur dan acteur.

Elke BV kiest een thema dat hem na aan het hart ligt, om een dag lang mee aan de slag te gaan voor een klas zestienjar­igen. Voorlopig koos niemand voor de eerste Golfoorlog. Tersa go koos ‘de druk van het schoonheid­s ideaal’, Adil ‘negatieve vooroordel­en tegenover allochtone­n’. Het zijn thema’s die, mochten ze het thema niet zijn geweest, toch het thema waren ge worden. Dat komt door de ‘manipulati­eve’ casting van de leerlingen door Woestijnvi­s: dit zijn geen echte klassen, maar zorgvuldig geselectee­rde jongeren uit verschille­nde klassen en richtingen, die één tvklas vormen. Sommigen kennen elkaar, anderen niet of nauwelijks. Dat hindert niet, het komt het programma ten goede. Anders hadden we vorige week misschien de Syrische Amina niet leren kennen, die op haar elfde haar land moest ontvluchte­n, sinds haar dertiende in een fabriek in Turkije werkte en zo blij is naar school te kunnen dat ze er zou willen blijven slapen. Of gisteren de transgende­r Warre, die zo volwassen over zijn transitie praatte dat Petra De Sutter er jaloers op zou zijn. Zij zijn de uitschiete­rs, maar al deze jongeren staan zo positief in het leven dat je bijna weer in de jeugd van tegenwoord­ig zou gaan geloven. Bijna. Toch eerst eens polsen wat ze nog weten over de Eerste Gofloorlog.

De klas.

Deze jongeren staan zo positief in het leven dat je bijna weer in de jeugd van tegenwoord­ig zou gaan geloven. Bijna

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium