Gelukszoekers zonder ploeg
Vele duizenden jonge Afrikanen laten zich door makelaars een carrière als topvoetballer in Europa aanpraten. Enkele honderden zijn uitverkoren. En de rest? Over hun uitzichtloze bestaan gaat de documentaire ‘Sideline’. ‘We gaan met deze film op tournee do
Daar zit je dan, op de bank bij SV Nielse, op terreinen die aan FC De Kampioenen doen denken, met shirtreclame voor Bierhandel De Troetsel op je rug. Terwijl ze thuis in Nigeria geloven dat je miljoenen verdient in het Europese topvoetbal. Dat je misschien de volgende Sadio Mané of PierreEmerick Aubameyang wordt. Of toch sowieso goed genoeg om een miljoen per jaar te verdienen of zo.
Spelen op provinciaal niveau in België komt dan wel niet overeen met de Champions Leaguedroom die je ooit koesterde, en het is de winstpremie grijpen of op een houtje bijten. Toch ben je zelfs dan nog beter af dan vele lotgenoten: jongelui die net niet goed genoeg bevonden werden voor ons profvoetbal, of tegenslag gehad hebben, en nu de conditie op peil houden door samen te trainen op een grasveldje tussen de grijze blokken van de Antwerpse Luchtbal.
Enkele jaren geleden maakten Joost Wynant en Maarten Goffin een theatervoorstelling met jongeren uit een sloppenwijk in Ouagadougou (Burkina Faso). ‘Velen klampten ons toen aan om hen te helpen aan een visum te geraken voor Europa’, zegt Wynant. ‘Rotsvast overtuigd dat je broodje gebakken is zodra je in Europa bent.’
Wynant en Goffin wilden iets doen over dat blinde geloof in een Europees land van melk en honing. Toen hoorden ze van die dagelijkse informele trainingen van de gelukszoekerszonderclub aan de Luchtbal. Daarin lag de kiem van Sideline, met Louis Pons als derde regisseur.
Uiteengespatte droom
De documentaire begint pakkend, met beelden van Moses Adams, een Nigeriaanse verdediger die in 20082009 nog als adolescent in de basis stond bij Westerlo. De camera staat op zijn gezicht gericht, in closeup, als zijn kinesist hem zegt dat voetballen voorgoed voorbij is voor hem. Je ziet zijn wereld instorten. Zoals voor zoveel Afrikanen die piepjong die kans grepen, is voetbal het enige waarvan hij verstand heeft.
Het ongeluk van Adams was het geluk van de documentairemakers. Het geeft hun verhaal een broodnodige extra hoek. Best interessant hoor, die impressies van het dagelijkse leven van een viertal jonge Afrikanen – van pas gearri veerd en klaar voor een test bij WaaslandBeveren tot al jaren overlevend met de illusie dat de grote kans zich toch nog zal voordoen. Maar dramatisch kan zulke uitzichtloosheid geen docu van 75 minuten spannend dragen.
Doordat Adams zijn droom definitief moet opbergen, krijgt de film een interessante dubbelzinnigheid. Adams is een verstandige kerel met veel ervaring, hij wéét hoeveel jongeren er door gewiekste makelaars en onverschillige clubmanagers aan hun lot zijn overgelaten. Maar hij is ook de oudste zoon in een grote familie waarvan beide ouders gestorven zijn. Zijn familie – tot op zekere hoogte zelfs een hele gemeenschap – rekent financieel op hem. En dus gaat hij zelf als spelersmakelaar aan de slag. We volgen hem tot in Oostenrijk, hopend daar enkele spelers verkocht te krijgen aan een club uit derde divisie. En naar zijn geboortestreek in Nigeria, waar hij een voetbalacademie opzet. Je ziet hem in een moreel spagaat staan: talenten plukken om ze in Europa te plaatsen, maar hen ook waar schuwen dat ze niet ‘gearriveerd’ zijn zodra ze in Europa aankomen. Dat het hard is.
Waarschuwen
Dat morele dilemma, en de verzorgde en stijlvolle cameravoering, maken van Sideline een interessante documentaire die zijn publiek wel zal vinden. In de acht steden waar ze speelt in het kader van Docpoppies, en op Canvas. Maar de makers hebben nog een doelgroep: ze willen op tournee gaan langs voetbalacademies in Afrika. Hen waarschuwen dat sprookjes niet bestaan.
‘In Afrika denkt iedereen dat je sowieso succes hebt en rijk wordt als je naar Europa gaat’, klaagt een van de spelers, die tijdens een korte trip naar Kameroen de 7.000 euro die hij op zeven jaar had gespaard, heeft moeten uitdelen aan familie en vrienden. Dat weigeren zou immers enorm gezichtsverlies betekenen.
‘Dat al te rozige waanbeeld bijstellen, zou al veel onnodige ellende kunnen vermijden’, zegt Wynant. De regisseurs doen ook een beroep op de Vlaamse regering. Die zou de clubs kunnen verplichten wat meer hun verantwoordelijkheid op te nemen. ‘Jonge kerels van 1819 jaar die hier moederziel alleen zijn, na een test laten weten dat ze net niet goed genoeg zijn, en verder aan hun lot overlaten zonder te checken hoe het nu verdergaat met hen en of ze nog naar huis kunnen: dat kan toch de bedoeling niet zijn?’
7.000 euro gespaard op zeven moeilijke jaren in België, en op een trip van vier dagen naar Kameroen moet je die uitdelen. Want jij bent toch de succesman uit Europa?