Tijd als medicijn
Het gebruik van antidepressiva daalt (DS 17 september). Goed nieuws voor mi nister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD), die huisartsen aan maant de medicatie minder voor te schrijven om zo het gebruik te reduce ren. Betekent dit ook dat we als samenle ving meer tijd geven om op eigen krach ten te verwerken wat ons overkomt?
Ik werd twee jaar geleden geconfron teerd met enkele persoonlijke opdoffers. Een tweede miskraam gevolgd door het overlijden van een dierbare in de daaropvolgende herstelperiode, deden het licht uit. De combinatie van twee jobs met een groeiend gezin was zwaar, maar de emotionele klappen waren de spreek woordelijke druppel. Na enkele maan den vreesde men dat ik een depressie had. Mijn huisarts verwees me door naar een psychiater. Die was meteen duide lijk. Ik kampte niet met een depressie, maar met een ‘aanpassingsstoornis’, evengoed erkend door DSM5 (het handboek van psychiaters) als een aandoe ning die behandeling vraagt. Medicatie was niet nodig, alleen tijd en rust. Want een aanpassingsstoornis betekent dat de balans tussen draaglast en draagkracht verstoord is: je krijgt even te veel te ver werken, waardoor je onderuit gaat. Met die diagnose en behandeling kreeg ik en kele maanden ziekteverlof – of liever: herstelverlof voorgeschreven – opge volgd door psychiatrische begeleiding.
De controlearts van de verzekering dacht er anders over. De eerste keer was hij meegaand. De tweede keer, na drie maanden, werd hij ongeduldig. Een brief van de psychiater waarin stond dat het om een aanpassingsstoornis ging die geen medicatie behoefde, overtuigde hem niet. ‘Mevrouw, als u gewoon dit medicijn neemt, waardoor uw hormonen weer in balans raken, kan u over een week weer aan de slag.’
Met het voorschrift in de hand con sulteerde ik enigszins achterdochtig mijn behandelende psychiater. Verbou wereerd vroeg hij of ik zijn brief over handigd had, want wat de controlearts voorstelde, was een antidepressivum, terwijl verwerkingstijd voldoende zou zijn. Dat was ook beter dan gewend ra ken aan medicijnen waar je opnieuw vanaf moet raken. Nog een brief van de psychiater naar de verzekering mocht niet baten: mijn verzekering werd stopgezet. Gelukkig ging het om een bijkomende verzekering; het had slechter gekund.
Enkele maanden later ging ik weer aan de slag. Dus nee, ik had niet de bedoeling ‘te profiteren’ van ons sociaal systeem en ‘in de hangmat’ te gaan liggen.
‘Gute Dinge brauchen Zeit.’ Grote dingen, onverwachte dingen waar we allemaal ooit voor komen te staan, hebben ook tijd nodig. Kunnen we als maatschappij af en toe tijd nemen en geven, tijd om je even terug te trekken uit de ratrace, om te verwerken wat op je pad komt, onverwachte situaties die je doen wankelen, maar die niet vragen om medicijnen? Tijd om je hard in te spannen, want verwerken is ook werken. Maar het vereist – jammer genoeg – ervaring om daar achter te komen.