Computer says no future
Af en toe bekruipt je een warme gloed terwijl je naar een tvreeks kijkt. Niet vanwege het verhaal, maar vanwege het vakman schap, de verbeeldingskracht en, durven we de term nog eens van stal te halen, de genialiteit waarmee ze is ge maakt. A series of unfortunate events is zo’n reeks. Fargo is zo’n reeks. Better call Saul. Het eerste seizoen van True detective, ook. En nu is er Maniac. Zou het toeval zijn dat Mani ac is geregisseerd door Cary Fukunaga, die ook de eerste True detective maakte? Natuurlijk is dat geen toeval.
Maniac, losjes gebaseerd op een ge lijknamige Noorse reeks, speelt zich af in New York, in grofweg de nabije toe komst. Veel is er op het eerste gezicht niet veranderd, behalve een extra vrij heidsstandbeeld en roestige robotjes die op straat de hondendrollen opscheppen. New Yorkers moeten nog altijd bijbaantjes zoeken om de torenhoge huur te betalen: proefkonijn zijn voor medische tests, op restaurant mensen dulden die naast je reclameboodschappen voorlezen.
We leren twee mensen kennen die zich inschrijven om een nieuwe pil te testen die psychische aandoeningen zou kunnen genezen via gecontroleerde hallucinaties, waarin je je slechtste herinneringen opnieuw beleeft en verwerkt. De twee proefkonijnen worden gespeeld door Jonah Hill (voor één keer niet de cynische grapjas, maar een introverte schizofreen), en Emma Stone (voor één keer niet de vrolijke flapuit, maar een getormenteerde, opstandige vrouw). Ze doen wat denken aan Jim Carrey en Kate Winslet in Eternal sunshine of the spotless mind, en ze spelen allebei, durven we de term nog eens van stal te halen, de rol van hun leven. Dat doen trouwens ook de acteurs in de bijrollen: Justin Theroux als de knettergekke arts met een pruik en een moedercomplex en Sally Field als zijn complexe moeder.
De grondtoon van deze reeks is donker en zwaar, met wrange beschouwingen over de psychische zorg, de farmasector en artificiële intelligentie (inclusief depressieve computers). Maar Maniac is zo pienter, fantasierijk en lichtvoetig dat de indigestie van pakweg Westworld of Black
mirror uitblijft. De decors van het
‘Maniac’ is zo pienter, fantasierijk en lichtvoetig dat de indigestie van pakweg ‘Westworld’ of ‘Black mirror’ uitblijft
testcentrum zitten vol verwijzingen naar oude scifireeksen (en naar het schap van FisherPrice in de speelgoedwinkel), de verwikkelingen tijdens de hallucinaties zijn zo geestig en spitsvondig dat je je voortdurend zit te verkneukelen terwijl je beseft hoe erg het allemaal is. Het vrolijke sadisme van de gebroeders Coen is nooit veraf.
We kunnen erover blijven lullen. Mis Maniac niet. Het is, durven we de term nog eens van stal te halen, de reeks van het jaar.
Maniac, nu op Netflix ¨¨¨¨¨