De Standaard

‘Kopmannen moeten iets onverwacht­s ondernemen’

INTERVIEW TIM WELLENS wil als kopman verrassen op het WK Tim Wellens is met zeven profzeges de voorlopige Belgische zegekampio­en, maar op het WK wil hij er nog één aan toevoegen.

- BRAM VANDECAPEL­LE

INNSBRUCK I Tim Wellens (27) en WK’s, voorlopig geen geslaagd huwelijk. In Ponferra da 2014 haalde hij de finish niet. Vorig jaar in Bergen eindigde hij 110de. In de jeugdcateg­o rieën reed hij slechts één WK. In 2009 zag hij in Moskou vanop de dertigste plaats goede vriend Jasper Stuyven wereldkamp­ioen worden bij de junioren.

Waarom nam de Belgische bond jou bij de jeugd zo weinig mee?

‘Ik was gewoon niet goed genoeg. Bij de beloften heb ik amper koersen gewonnen. Ik ben een laatbloeie­r. Ik win nu meer dan bij de jeugd. Bij de meeste renners is dat net anders om.’

Ook bij de profs zijn de WK’s nog geen sieraden van jouw palmares.

‘Dat je effectief geselectee­rd wordt, is in Bel gië al een gewonnen gevecht. Het is anders mocht ik uit Ecuador komen. In België moet je een selectie echt verdienen.’

Je bent dit jaar zelfs kopman. Is dat verdiend?

‘Als ik dit seizoen vergelijk met vorig jaar, tel ik opnieuw zeven zeges, maar heb ik het gevoel dat ik gemakkelij­ker win. Ik heb meer over schot en rijd betere finales in de grote wedstrij den. Ik heb ook voor het eerst echt resultaten geboekt in de Ardennenkl­assiekers. Mijn pres taties zijn constanter. Op basis van mijn sei zoen mag ik op dit parcours aanspraak maken op het kopmanscha­p. Maar ik ben niet alleen. Er zijn nog jongens mee die een mooi resultaat kunnen boeken. We zijn met vier kopmannen.’

Heb je aan bondscoach Kevin De Weert gevraagd om kopman te mogen zijn?

‘Neen. Kevin belde mij na de Ardennenkl­as siekers op en vroeg mijn gedacht. Ik wou ook graag weten wat hij van mij verwacht en hoe hij denkt met mij te kunnen winnen. We zaten meteen op dezelfde golflengte. Hij vroeg ook mijn advies over de selectie. Ik had graag nog iemand anders meegenomen (Thomas De Gendt, red.), maar dat is niet gelukt.’

Vorig jaar offerde je jouw eigen kansen op in functie van Gilbert en Van Avermaet. Hoop je daarvoor nu iets terug te krijgen?

‘Ik zie wat ik in Bergen deed niet als een uitzonderl­ijke opoffering. Ik deed gewoon mijn job.’

Hoe is jouw verstandho­uding met Greg Van Avermaet?

‘Positief. Na Rio heb ik een mooie koffie machine van hem gekregen. Telkens wanneer ik koffie drink, denk ik aan Greg.’

Is hij een vriend van jou?

‘Als ik hem tegenkom in het peloton, slaan we steeds een babbeltje. We kunnen het goed met elkaar vinden, maar hem een goede vriend noemen is een brug te ver. Het is niet zo dat we samen op vakantie gaan.’

Heb jij veel vrienden in het peloton?

‘Met Tom Dumoulin kom ik goed overeen.’

Wie is jouw beste vriend in de Belgische WKse lectie?

‘Dylan Teuns. We hebben bij de jeugd vaak samen gereden en dezelfde hotelkamer gedeeld. Wat ik nog zo fijn vind aan een WK, is dat je nieuwe mensen leert kennen omdat je er een week mee op hotel zit. Ik herinner mij van Ponferrada dat het de eerste keer was dat ik echt heb gepraat met Boonen en Gilbert.’

Nochtans sta je niet bekend als een sociaal dier.

‘Klopt. Op bepaalde vlakken ben ik een ein zelgänger. Zeker op training.’

In Monaco wonen naar schatting 50 profren ners. Jij loopt hun deur niet plat?

‘Het is moeilijk om in Monaco te gaan trai nen zonder een profrenner tegen te komen. Als ik Philippe Gilbert tegenkom, draai ik mij om en fietsen we samen. Al zal ik nooit op voor hand afspreken. Ik snap sommige profs niet die bijna niet durven te vertrekken zonder compagnon. Trainen doe je best alleen. Je rijdt zo lang je wil, zo hard je wil en je hebt van niemand last. Het is dus niet zo dat al die profs in Monaco mij naar een hoger niveau tillen.’

Moet een kopman niet veel vrienden hebben én sociaal zijn? Ben jij van inborst een kopman?

‘Kopman ben je niet, kopman word je. Dankzij de koersen die ik al gewonnen heb, de renner die ik geworden ben en de benen die ik heb, vind ik dat ik een kopman ben.’

Je durft ook als kopman initiatief te nemen?

‘Ik weet wat er nodig is om te kunnen winnen. In de Ronde van Wallonië wist ik dat ik bergop moest wegrijden. Ik heb dan aan de ploeg gevraagd of ze een soort van leadout konden doen. Ik demarreerd­e en won. Als dat dan lukt, is het de volgende wedstrijde­n gemakkelij­ker om zulke dingen te verlangen van de ploeg. Het lukt niet altijd. In de vrijdagrit van de BinckBank Tour dacht ik dat er voldoende wind was om een waaier te trekken. Ik riep door de oortjes dat we met de hele ploeg voluit op kop zouden rijden. Het peloton scheurde effectief een paar keer, maar dat was vooral omdat ze niet aan het opletten waren. Want toen we enkele windmolens passeerden, draai den die niet. Er was helemaal geen wind. Na de koers was onze ploegleide­r Frederik Willems een beetje beschaamd. Ik heb hem dan maar gezegd dat die actie een teambuildi­ng was.’

Jij hebt het voor zulke ingevingen.

‘Ik vind het leuk als kopmannen iets onver wachts ondernemen. Misschien probeer ik dat op het WK opnieuw. Ik maak kans op de we reldtitel, al besef ik dat die kans niet bijzonder groot is. Ik ben geen topfavorie­t, dus moet ik misschien op de verrassing spelen.’

Denk jij soms niet te veel aan jezelf?

‘Hoezo?’

Je wou in maart graag de Strade Bianche combineren met ParijsNice, op voorwaarde dat je telkens de enige kopman was. LottoSouda­l hield je tegen, omdat ook Tiesj Benoot zijn kans mocht gaan in de Strade Bianche.

‘Dat klopt niet helemaal. Het plan was om enkel ParijsNice te rijden, maar ik wou gerust zelf investeren om die twee koersen toch te combineren. Ik wou dat enkel doen als ik de enige kopman was en dus de kans kreeg om die investerin­g terug te verdienen. Ik belde naar een ploegleide­r en die zei: Als je komt, ben je de enige kopman. Toen belde ik naar een andere ploegleide­r en hij was al minder duidelijk: Er is ook nog Tiesj. Ik heb dan voor mezelf besloten dat ik enkel ParijsNice zou rijden. Uiteindeli­jk de juiste keuze. Tiesj won en ik werd vijfde in ParijsNice. Maar zelfs al hadden de resultaten niet zo gunstig geweest, had ik er geen scène over gemaakt.’

Je heb wel een willetje, he?

‘Ik vind dat ook normaal. Ik haat het wanneer mensen niet zeggen wat ze denken. Dat creëert problemen. Een voorbeeld daarvan is Jelle Vanendert in de Waalse Pijl. In de tactische bespreking was afgesproke­n dat Jelle mij zou lanceren, maar ik denk dat hij toen voor zichzelf al had beslist dat hij voor eigen rekening zou rijden. Als hij die keuze op voorhand had meegedeeld, had ik daar geen enkel probleem mee gehad. Hij was die dag ook echt goed. Maar het feit dat hij dat niet heeft gezegd, heeft juist wel problemen veroorzaak­t.’

Ben jij bezig met combines op een WK?

‘Op een WK gebeurt dat vooral met ploegmaten over de landsgrenz­en heen. Op dit WK speelt dat voor mij niet, want de nietBelgen van LottoSouda­l zijn geen kopmannen. Jammer. Ik zou het een enorm voordeel vinden, mocht dat wel zo zijn.’

Dus mocht Alaphilipp­e nu voor LottoSouda­l rijden …

‘Zou dat mijn kans op de wereldtite­l enorm verhogen. Er zullen zondag veel kopmannen naar Alaphilipp­e kijken. Zijn ploegmaats van Quick Step zijn op dit WK zeer gevaarlijk.’

Blijkbaar heb je die ploegmaats niet nodig, want in Plouay maakte je ook een afspraak met Oliver Naesen. Althans dat zei hij na afloop zelf.

‘Het klopt ook. Het gebeurt wel vaker dat je met een renner van een andere ploeg afspreekt dat je niet achter elkaar zult rijden. Extremer is wanneer er bij zo’n afspraak geld aan te pas komt. Zo’n dingen doe ik niet. Ook een kopman heeft zijn grenzen.’

‘Kopman ben je niet, kopman word je. Dankzij de koersen die ik al gewonnen heb, de renner die ik geworden ben en de benen die ik heb, vind ik dat ik een kopman ben’

TIM WELLENS

 ??  ?? Tim Wellens: ‘Afspraken mogen in de koers, maar niet als er geld aan te pas komt.’
Tim Wellens: ‘Afspraken mogen in de koers, maar niet als er geld aan te pas komt.’

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium