De Standaard

‘Mijn geboorteda­tum heb ik nooit gevonden’

Wie kan geadopteer­den beter helpen dan mensen met gelijkaard­ige ervaringen? Steunpunt Adoptie wil ze aan elkaar koppelen.

- VAN ONZE REDACTRICE SARAH VANKERSSCH­AEVER

BRUSSEL I Noem het gerust frustratie. Tara Mergeay (36) werd als achttien maanden oude baby geadopteer­d: van de miljoenens­tad Calcutta in India ging het naar een boerengat in VlaamsBrab­ant. ‘Ik groeide op in een liefdevol gezin met twee ouders en een broer, veel vrienden en familie, maar onder de kerktoren hadden ze in de jaren 80 weinig ervaring met “buitenland­ers”’, vertelt Tara. ‘Dus zeker als tiener heb ik vaak geworsteld met racisme, met vragen rond mijn adoptie en een gebrek aan herkenning. Had ik toen maar een buddy, denk ik vandaag. Iemand die ook geadopteer­d was en kon luisteren of helpen zoeken. Dan zou ik in mijn verwerking veel sneller grotere stappen hebben gezet.’

Precies die verzuchtin­g maakt dat Tara vandaag een van de zestien abuddy’s van Steunpunt Adoptie is. Wie zelf geadopteer­d is en met vragen zit, kan al dan niet anoniem via een chatbox bij de vzw aankloppen. Of kan vragen om gekoppeld te worden aan een buddy, om een hechtere band aan te gaan.

Valkuilen

Zo’n buddy is geen overbodige luxe, zegt Inge Demol (Steunpunt Adoptie). ‘We merkten al langer dat we geadopteer­den moeilijk konden bereiken. Ze gaan liever via sociale media naar elkaar op zoek.’ Tegelijk kreeg de vzw berichten van volwassene­n die opgelucht waren: dat ze toch goed op hun poten terechtgek­omen waren en daarom graag iets wilden doen voor anderen die nog volop worstelen.

Omdat ook op emotioneel vlak de logica van vraag en aanbod speelt, werd aan buddy’s gedacht. Met succes: zestien geadopteer­den volgden inmiddels een opleiding. Zes mannen, tien vrouwen. Vijf binnenland­se adopties, elf buitenland­se. En eenmaal per jaar voorziet Steunpunt Adoptie een nieuwe opleiding, zodat geïnteress­eerde vrijwillig­ers kunnen aansluiten.

Demol: ‘Elke buddy heeft ook een eigen coach, want er is toch best een aantal valkuilen. Zo kun je zelf geen goede band met je adoptieoud­ers hebben, maar is het belangrijk om als buddy de band tussen het kind en de ouders te blijven stimuleren. Dat kan lastig zijn als je daar zelf geen goede werd als baby opgevangen in een weeshuis van Moeder Teresa in Calcutta.

ervaringen mee hebt en de pogingen in je eigen leven zijn mislukt.’

Ook Tara beseft dat willen helpen best hard kan zijn. ‘Het kan confronter­end zijn als mensen dicht bij je eigen verhaal komen en de antwoorden krijgen waar jij al een leven lang naar op zoek bent. Ik ben bijvoorbee­ld naar India gereisd en heb er het weeshuis bezocht waar ik het eerste anderhalf jaar heb gewoond. Maar ik heb daar nooit de antwoorden op mijn vragen gevonden, zoals mijn echte geboorteda­tum.’

Cruciale vragen

‘Als tiener wil je antwoorden’, herinnert Tara zich, ‘maar door

die focus vergeet je soms belangrijk­e vragen te stellen. Zoals: hoe weet je dat je de tolk kunt vertrouwen? Wat als ze je mama niet vinden, maar wel je zus? Als je familie vindt, wil je dan een DNAtest vragen om zeker te zijn? En wil je weten waarom je bent afgestaan? Want soms ben je niet weggegeven uit liefde of om een veilige toekomst te garanderen. Is het dan harder om het te weten of om het niet te weten? Die cruciale vragen zie je helderder achteraf, als je het hele proces zelf hebt doorgemaak­t. Ziedaar mijn rol.’

‘Als tiener wil je antwoorden, maar daardoor vergeet je soms belangrijk­e vragen te stellen’ TARA MERGEAY

Buddy en zelf geadopteer­d

www.abuddy.be

 ?? © ivan put ?? Tara Mergeay (36)
© ivan put Tara Mergeay (36)

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium