De goede zaak
Ik moest het boek wel lezen; mijn naam staat erin, gedrukt zelfs. Alfabetisch tussen de andere wilde weldoeners, die het ongehoord vonden dat Matt Cain zijn derde roman niet onder dak kreeg bij een Britse uitgever, wegens ‘too gay’. Ik gaf blindelings gehoor aan zijn oproep om hem te steunen. Ik doneerde wat geld zodat hij The Madonna of Bolton zelf kon uitgeven.
Het is vrij nieuw, het heet crowdfunding, maar eigenlijk is het een oude truc die inspeelt op ijdelheid en verbondenheid: ronsel vooraf geld bij potentiële kopers voor je uitgave, vermeld hen bij de aftiteling, en bezorg hen een exemplaar als het eenmaal klaar is. Er staan in mijn rekken nog wel andere boeken met namen in een lijst. In de geschiedenis van het college waar ik middelbare school liep bijvoorbeeld. Vaak zijn het familieleden, vrienden, kennissen, collega’s die steunen. En slagers en bakkers die hun klanten te vriend moeten houden.
Maar zo urgent als nu was het nooit geweest. Ik was geschokt door het verhaal van Matt Cain, die ik voorts van haar noch pluim ken. Waarom werd zijn manuscript geweigerd door uitgeverijen die niet om een boek meer of minder verlegen zitten? Ze nemen toch geen risico met de uitgave van het werk van een man met zo’n palmares: documentairemaker, journalist die een diversiteitspersprijs won, lid van literaire jury’s, hoofdredacteur van het bekende homoblad Attitude, auteur van twee romans die wél een uitgever vonden.
Hadden de weigeringen echt met het onderwerp te maken? Dat kan toch niet in deze tijden. Of wel? Ik moest iets doen, en dat vonden velen met mij. In amper enkele dagen tijd was Cains crowdfunding geslaagd. Hij kreeg voldoende geld, zelfs uit SaudiArabië, dat niet meteen bekendstaat als een homovriendelijk land. Mission accomplished: zijn roman zou er komen. In ruil zou hij zijn sponsors met naam vermelden in het boek en een exemplaar bezorgen. Onder hen ene Peter Jacobs. (En hopelijk ook de slager en de bakker.)
Na maanden is er nu dus The Madonna of Bolton. De verontwaardiging van het moment is weggeëbd. Moet ik gewoon trots zijn dat mijn naam in dat boek staat? Of moet ik streng zijn en me afvragen of ik wel een meesterwerk op de wereld heb helpen zetten? Ik was eerlijk gezegd niet overdonderd door de lectuur. Dit is geen rauwe coming of age/comingout à la Édouard Louis, geen passionele Kartonnen dozen, maar gewoon een vlot lezend boek op zijn Billy Elliots over ontluikende homoseksualiteit, en over Madonna. Grappig, soms, en soms ook cliché. Maar zeker niet slechter dan wat de meeste reguliere uitgeverijen in de handel brengen.
In dit geval gaat de goede zaak boven de literatuur. Net als bij de geschiedenis van het college.
Matt Cain vond geen uitgever voor zijn derde roman, wegens ‘too gay’