Zondag telt ieders stem, ongeacht zijn portemonnee
Ook wie arm is, is geïnteresseerd in politiek. Ja, ook fijn stof is een zorg. En nee, openbaar vervoer hoeft niet gratis te zijn – wel goed.
BRUSSEL I Mensen die het moeilijk hebben, zijn niet bezig met verkiezingen. Dat is de gangbare gedachte bij hen die het wél goed hebben. Zij hebben andere zaken aan hun hoofd, zoals de hoge water en energiefactuur, de zoektocht naar werk, een toereikend inkomen, de schoolrekening. Er wordt altijd over hen gepraat, en zelden mét hen – nu ook weer in het debat over sociale woningen. En toch. ‘Je zou verbaasd zijn hoeveel kwetsbare mensen zich actief willen informeren over de politiek, hoe geprikkeld ze zijn door de keuze die ze zondag hebben’, vertelt Marieke Poissonnier van Samenlevingsopbouw.
‘Velen geven aan dat ze vroeger op personen stemden, en vandaag veeleer op inhoud – omdat ze hun kinderen een ander, beter leven willen geven. Deze verkiezingen gaan ook over hún situatie.’
Onder de noemer ‘Ieders stem telt’ organiseert Samenlevingsopbouw in samenwerking met partners uit het middenveld in heel Vlaanderen debatten om sociale thema’s uit de coulissen te halen en een megafoon te geven aan kansengroepen. Op mijnstemtelt.be dagen ze iedereen uit om in de schoenen van een persoon in armoede te gaan staan. Lokale politici geven aan hoe zij armoede willen bestrijden, woonkwaliteit willen verbeteren enzovoort. Poissonnier: ‘We zijn best geschrokken over de verharding van het discours. Het individueel schuldmodel komt sterk naar voren, minder het inzicht in de structurele oorzaken van armoede.’
Mobiliteit, een extra drempel
Wat opvalt tijdens de debatten: de zorgen en vragen van mensen in kwetsbare posities zijn dikwijls heel anders dan wat de witte middenklasse aanneemt. Zo is mobiliteit voor hen een scharnierpunt, omdat het raakt aan zoveel levensdomeinen. ‘Als je je geen auto kunt veroorloven, ben je afhankelijk van het openbaar vervoer. Als dan de bus maar twee keer per dag rijdt naar een industrieterrein, dan is een job daar echt niet vanzelfsprekend. Ook diensten zoals de werkwinkel of het OCMW, zeker buiten de steden, krijgen op die manier een extra drempel. Mobiliteit gaat over het prijskaartje, maar evengoed over kansen.’
Natuurlijk is (sociale) huisvesting een van hun grootste zorgen – ‘urgenter dan zes jaar geleden’ – maar daarnaast zijn ze ook erg bezig met maatschappelijke dienstverlening. ‘Onze doelgroep vindt dat ze vaak van het kastje naar de
‘Natuurlijk is luchtkwaliteit relevant. Sociale wijken zijn vaak slecht gelegen. Daardoor lopen gezondheidskosten sneller op’ MARIEKE POISSONNIER Woordvoerster Samenlevingsopbouw
muur gestuurd wordt. Dat moet dus simpeler en beter.’
Ervaringsdeskundige Fatima Ualgasi beaamt: ’Wat ik enorm mis, is een goed informatiekanaal. Je zou verwachten dat het OCMW dat op zich neemt, maar toch niet. Het CAW (Centrum voor Algemeen Welzijnswerk, red.) werkt daar veel meer aan. Daarom verwijs ikzelf mensen door naar hen.’
‘Op onze debatten doen politici uiteenlopende voorstellen’, zegt Poissonnier. ‘Hoopvol is dat verschillende partijen het eens lijken dat mensen in een kwetsbare positie proactief moeten worden benaderd. Er is een reden waarom zij kwetsbaar zijn en soms gewoon niet de diensten bereiken of geen weet hebben van hun rechten.’ De oplossing? Hen opzoeken en informeren, zodat ze de juiste ondersteuning kunnen krijgen.
Eerste slachtoffers
Zo ook over het thema luchtkwaliteit. Ook arme mensen liggen wakker van luchtkwaliteit. ‘Natuurlijk is het voor onze doelgroep relevant’, besluit Poissonnier. ‘Uit verschillende studies blijkt dat kwetsbare mensen vaak de eerste slachtoffers zijn van luchtvervuiling. Sociale woonwijken zijn vaak slecht gelegen. Daardoor lopen de gezondheidskosten sneller op dan elders, en opnieuw zijn het de armere groepen die de hoogste kosten hebben.’
Op het ‘Ieders stem telt’debat in Vilvoorde waren opvallend veel vragen over fijn stof. VUBstudent Jakke Meysmans onderzocht er bij kansengroepen de impact van luchtkwaliteit. ‘Armere wijken liggen vaak vlak bij grote verkeersaders. De mensen beseffen dat, maar worden helaas structureel uitgesloten. Info bereikt hen niet, de communicatie is voor hen te moeilijk. Kansarmen, migranten of senioren hebben misschien wat meer ruimte, begeleiding en tijd nodig, maar we mogen de kans om hen te betrekken niet laten schieten. Want ze kunnen het wel, ze willen het wel, en het belangt ook hén aan.’