De Standaard

’t Stad is van iedereen

Van wie is de stad? Karolien Berkvens schreef een roman over het gevecht tussen politici, investeerd­ers en burgerbewe­gingen in Berlijn.

- KAREN BILLIET

Toegegeven, ik voelde vooral scepsis toen ik Zoon van Berlijn, de tweede roman van de Nederlands­e schrijfste­r Karolien Berkvens, in handen kreeg. Haar debuutroma­n Het uur van Zimmermann werd in Vlaanderen niet opgemerkt. Over de schrijfste­r kwam ik alleen te weten dat ze na een opleiding theaterwet­enschap van Amsterdam naar Berlijn verhuisd was.

Ik woonde zelf een tijd in Berlijn. Al te vaak hoorde ik er inwijkelin­gen schmieren over de magie van de stad: de alternatie­ve levensstij­len, het uitgaansle­ven, de kunstwerel­d en de startups. Vanuit een handvol wijken met veel Engelstali­ge koffiebars leken ze vooral hun eigen dromen op de stad te projectere­n. Vaak waren ze blind voor de oorspronke­lijke Berlijners, die hun wijken in korte tijd drastisch zagen veranderen. Ik vreesde dat dit boek in hetzelfde bedje ziek zou zijn.

Maar Berkvens beschrijft met verdomd veel kennis van zaken wat er in Berlijn gebeurd is sinds de val van de Muur. Op die historisch­e dag had Jakob Richter na jaren aanmoddere­n plots een doel voor ogen: hij zou in de politiek stappen en meebouwen aan de toekomst van zijn stad. Een kleine dertig jaar later reikt hij vergunning­en uit voor bouwprojec­ten in het centrale district Mitte. Hij is het soort man dat zich te pletter werkt en daarboveno­p traint voor een marathon. Zijn idealisme heeft hij al lang ingeruild voor pragmatism­e. Berlijn is immers ‘arm aber sexy’, zoals de flam boyante burgemeest­er Klaus Wowereit ooit zei. De stad heeft geld nodig en vindt dat in het braakland dat vrijkwam na het verdwijnen van de Muur. Al in de jaren 90 werd het nieuwe stadshart, de Potsdamer Platz, volgebouwd met zielloze mastodonte­n door reuzen als Sony en Daimler. Nog altijd staan er megalomane bouwprojec­ten in de steigers die met ronkende Engelse slogans op een kapitaalkr­achtig publiek mikken.

Vader en zoon

Jakob is best ingenomen met dat beleid. ‘De meeste mensen vonden het nu eenmaal prettig om in een mooie, schone en veilige omgeving te leven en daar was niets mis mee.’ Maar wanneer hij in de arbeidersw­ijk Moabit de reconversi­e van een brouwerij in een winkelcent­rum goedkeurt, komen buurtcomit­és in opstand. Zijn zoon Fabian schaart zich aan hun zijde. Vader en zoon zijn uit elkaar gegroeid sinds Jakobs vrouw Stephanie na een valpartij in een jarenlange coma belandde. Fabian is een tegenpool van zijn vader: hij verknoeide zijn studies en gaat ten onder aan alcohol. Een milieuacti­viste schudt hem uit zijn lethargie. Hij neemt een baantje als vuilnisman en ontdekt zo het leven van de armere Berlijners in de buitenwijk­en.

Het knappe is dat Berkvens verschille­nde milieus portrettee­rt en zo uiteenlope­nde visies op de stad intro duceert. Het ene moment is dat de in vesteerder die verloederd­e wijken met kebabzaken en casino’s wil opwaarde ren, het volgende moment de buurtbewon­er die verknocht is aan zijn ééneurosho­p. Als lezer krijg je dan ook geen radicale visie voor of tegen gentrifica­tie in de strot geramd. Je kan alleen maar vaststelle­n hoe moeilijk het is om al die verschille­nde stemmen te verzoenen in een beleid.

Bakfietsou­ders

Ook wie in Gent, Brussel of Amsterdam woont, zal herkenbare vragen aantreffen: ‘Wat gebeurde er met een stad waarin het voor een vuilnisman, een agent, een leraar of een weduwe met een klein pensioen een onmogelijk­e opgave werd om een betaalbare woning te vinden? Van wie was de stad eigenlijk? Van wie was de ruimte? (…) En waar kwam je nog in aanraking met iemand die anders was dan jij?’

Het beeld dat Berkvens van Berlijn ophangt is heel waarheidsg­etrouw. De personages hangen rond in ‘Eckkneipen’ en ‘Kriegslück­en’. Ze sakkeren op Hartz IV, de omstreden hervorming van de arbeidsmar­kt die veel Berlijners onder het bestaansmi­nimum duwde. Of ze mopperen over Prenzlauer Berg, dat van een uitgeleefd­e wijk in OostBerlij­n evolueerde naar een monocultur­ele buurt met bakfietsou­ders.

Berkvens geeft de lezer zo een pak interessan­te achtergron­dinformati­e, maar vormelijk wringt het wat. Het discours over de stad verdringt het verhaal over het uiteenvall­ende gezin Richter, ook al zijn die passages heel aangrijpen­d neergeschr­even. De kracht van het boek is vooral dat het in heldere taal de complexe stadsgesch­iedenis in kaart brengt. Vertrek dus niet naar Berlijn zonder dit boek te lezen.

Ook wie in Gent, Brussel of Amsterdam woont, zal herkenbare vragen aantreffen

 ?? © Christian Mang/belgaimage ?? Handelaars in de wijk Kreuzberg doen het licht uit als protest tegen de gentrifica­tie van Berlijn.
© Christian Mang/belgaimage Handelaars in de wijk Kreuzberg doen het licht uit als protest tegen de gentrifica­tie van Berlijn.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium