Alle ogen op Gent en Oostende
Open VLD had de lokale machtsstrijd kunnen overlaten aan CD&V en NVA, maar besloot midden 2016 mee te dingen naar een plaats in de schijnwerpers. De lat werd hoog gelegd: twee burgemeesters in de dertien centrumsteden (Bart Somers in Mechelen en Vincent Van Quickenborne in Kortrijk) moesten er vier worden, aldus voorzitter Gwendolyn Rutten. Mathias De Clercq (in Gent) en Bart Tommelein (in Oostende) weten wat hen te doen staat.
Alle ogen zullen morgen op Gent en Oost ende gericht zijn. Tommelein komt weg met verlies, want de verkiezingen in de Koningin der Badsteden draaien om de figuur van burgemeester Johan Vande Lanotte (SP.A) en hij rijdt in de Vlaamse regering een vlekkeloos parcours. Voor de jonge De Clercq is geen sjerp een blamage.
Rutten zou Rutten niet zijn, mocht ze niet zelf het voorbeeld geven. De Aarschotse schepen riep zichzelf twee jaar geleden uit tot kandidaatburgemeester. Maar tussen droom en daad gaapt een kloof met CD&V van acht zetels. En er zou een vermeend voorakkoord zijn tégen Ruttens Open VLD.
De lat hoog leggen heeft een nadeel: het wordt steeds verleidelijker om eronder te gaan. Open VLD is kampioen in het uitroepen van zichzelf tot winnaar van de verkiezingen – ook al zegt de globale uitslag iets anders – dus wellicht triomfeert Rutten morgen, wat er ook gebeurt. Maar de naakte waarheid is dat de partij wel goed móét scoren, wil ze in 2019 nog het verschil maken met de NVA. (mju)