De Standaard

‘Het is niet het moment om veel te morrelen aan ons statuut’

Marc De Mesmaeker erft een organisati­e in crisis. De nieuwe commissari­sgeneraal van de federale politie zet zich schrap. ‘Op het vlak van besparinge­n is een kritische drempel bereikt.’

- VAN ONZE REDACTEURS MATTHIAS VERBERGT NIKOLAS VANHECKE

BRUSSEL I Midden juni, twee weken nadat bij een aanslag in Luik twee lokale politievro­uwen om het leven waren gekomen, legde Marc De Mesmaeker de eed af als nieuwe commissari­sgeneraal van de federale politie. Sindsdien is de onvrede bij het korps van de opvolger van Catherine De Bolle alleen maar toegenomen. Eerder deze maand hield de politie stiptheids­acties om te protestere­n tegen geweld en de toegenomen werkdruk. Maar vooral de veranderin­gen aan hun statuut, zoals de geplande pensioenhe­rvormingen en de aangekondi­gde afschaffin­g van het opsparen van ziektedage­n, zetten kwaad bloed. Eind vorige week meldden honderden politiemen­sen zich ziek.

In zijn eerste uitgebreid­e interview springt De Mesmaeker in de bres voor zijn personeel. ‘Het is nobel dat de overheid de ambtenaren­statuten probeert te harmoniser­en. Maar een idee moet niet alleen inhoudelij­k goed zijn, ook

de timing is belangrijk. Die zit nu niet goed. De politie komt uit een moeilijke periode, met de verhoogde terreurdre­iging en de drie gedode politiemen­sen dit jaar.’ Is uw boodschap aan minister Jambon: wacht met die hervorming­en?

‘Dat is inderdaad wat ik op een verantwoor­de manier aan de overheden meegeef, ja. Het is niet het moment om veel te morrelen aan ons statuut.’ Vindt u gehoor?

‘De minister heeft gezegd dat hij daar oor voor heeft en dat er in elk geval overgangsb­epalingen komen. Het is afwachten wat er deze regeerperi­ode nog gerealisee­rd kan worden.’ De malaise bij de politie lijkt compleet. Deelt u dat gevoel?

‘We hebben al zwaardere periodes gehad, zoals bij de aanslagen. Maar er is sociale onrust. Dat is logisch als er veranderin­g op komst is. Ik ga ervan uit dat we er wel uit raken. Af en toe is er een crisismome­nt nodig om tot een doorbraak te komen. Het sociaal overleg werkt trouwens nog wel degelijk. Denk aan de hervorming van de premiestel­sels (DS 22 oktober), maar ook op het vlak van pensioenen en de bijkomende vragen na de aanslagen hebben we vorderinge­n geboekt.’ Ook de besparinge­n leiden tot frustratie.

‘Veiligheid is voor deze regering erg belangrijk. Maar de investerin­gen zijn grotendeel­s gelinkt aan terrorisme­bestrijdin­g. Je moet er niet flauw over doen: men heeft geknipt in de reguliere werking. Op het vlak van besparinge­n is een kritische drempel bereikt. Het is mijn verantwoor­delijkheid om dat duidelijk te maken aan de politiek. De kunst zal erin bestaan om het geldtekort aan te tonen met concrete voorbeelde­n.’ Zoals?

De beperkte middelen die we hebben om gsm’s en andere informatic­a uit te lezen. De toekomst van het politiewer­k zit nochtans in de bestrijdin­g van cybercrime, samen met de wetenschap­pelijktech­nische politietak­en – de labo’s. Via die kanalen zullen de bewijzen steeds meer gevonden worden. De lat lager?

Op zijn carrièrede­buut bij onder meer de antibandit­ismeeenhei­d in Antwerpen na, speelde de loopbaan van De Mesmaeker zich voornameli­jk aan vergaderta­fels af, en minder op straat. ‘Maar mispak u niet aan mijn operatione­le ervaring’, zegt hij. ‘Op 22 maart 2016 zat ik bijvoorbee­ld de hele nacht in het crisiscent­rum. Ik weet waar de klepel hangt.’ Behalve digitalise­ring en meer internatio­nale samenwerki­ng beschouwt De Mesmaeker rekruterin­g als zijn belangrijk­ste werf.

In september berichtte deze krant dat veroordeel­de drugsdeale­rs, verkeerscr­iminelen en

‘Wie een uitgebreid strafblad heeft, komt hier niet binnen. No way.

Zo simpel is het’

andere kandidaten die tijdens de selectiepr­ocedure ongeschikt werden geacht, toch waren toegelaten tot de opleiding (DS 8 september). ‘Ik heb die zes cases eens heel grondig bekeken. Persoonlij­k had ik in een van de gevallen gezegd: deze persoon komt er niet in. Al kan ik me natuurlijk altijd vergissen. Rekruterin­g is per definitie deels subjectief.’ Dus de andere vijf personen had u, alles in acht genomen, wel aangeworve­n?

‘U zegt het goed, alles in acht genomen. Sommige van die mensen kwamen van bij defensie of van veiligheid­sfirma’s. Zijn we dan allemaal slecht bezig?’ Zij hanteren heel andere selectiecr­iteria.

‘Dat klopt. Kijk, mensen met een uitgebreid strafblad komen hier niet binnen. No way. Zo simpel is het.’ Ontkent u dat er druk is? Er moeten 1.400 nieuwe rekruten per jaar gevonden worden. Daar komt u lang niet aan, dus moet het slaagperce­ntage omhoog.

‘We willen inderdaad jaarlijks 1.400 inspecteur­s aantrekken, en daarboveno­p komen de 1.200 nieuwe beveiligin­gsagenten die we moeten aanwerven. Minstens 2.600 mensen vinden, begin er maar aan. Als het economisch goed gaat, heeft de publieke sector het moeilijk om mensen aan te trekken. We voelen dat. Dan is de vraag: leggen we de lat lager? Ik heb niet de indruk dat we dat doen.’ De gemiddelde kwaliteit van de nieuwe rekruten ligt dus niet lager?

‘Ik denk dat dat nog niet aantoonbaa­r is. Bovendien laten we twijfelach­tige kandidaten niet zomaar los. De politiesch­ool, de korpschef van de woonplaats en de betrokkene­n zelf worden ingelicht om hun situatie mee op te volgen.’ Toch wordt de selectiepr­ocedure aangepast. Wie bepaalde feiten op zijn conto heeft, komt er niet meer in.

‘Sommigen vinden dat je elke kandidatuu­r geval per geval puur op zijn intrinsiek­e waarde moet beoordelen. Anderen willen striktere regels. Wat we nu gaan doen, is bij bepaalde veroordeli­ngen iemand automatisc­h weren. Zo schakelen we die discussies uit.’ Wat moet er verder nog anders?

‘Het rekruterin­gsproces moet gigantisch veel sneller. Nu haken te veel kandidaten af voor ze de uitslag kennen. En inhoudelij­k moeten de proeven anders: meer

‘De federale politie moet echt werken aan haar branding, moderner en creatiever worden’

gericht op attitude, minder op kennis. Verder moeten we naar éénopéénre­krutering, waarbij een rekruut al tijdens de opleiding weet waar hij of zij terecht zal komen. Ook daar zijn we nu volop over aan het onderhande­len.’ Minister Jambon is een grote fan van lokale rekruterin­g. Antwerpen doet het al.

‘Als lokale zones zo beter mensen van eigen streek kunnen aantrekken, dan heb ik daar op zich geen probleem mee. Nu gelden voor alle politiemen­sen dezelfde verlonings­regels en standaarde­n, maar ook selectiecr­iteria. Die gemeenscha­ppelijke sokkel moet men waarborgen. Het kan niet dat er mensen lokaal kunnen binnenkome­n die dat federaal niet zouden kunnen, of omgekeerd.’ Ziet u dat al in Antwerpen?

‘Nee, ik maakte een principiee­l punt.’

In zijn reactie op het rekruterin­gsnieuws was minister Jambon scherp voor de selectiedi­enst, die niet goed zou functioner­en. Bent u het eens met die kritiek?

(ontwijkend) ‘We moeten 2.600 mensen zien te vinden. Dat is nooit gezien. De selectiedi­enst is nodig en zal altijd nodig zijn. Bovendien is er meer dan die enkele dienst. We hebben eigenlijk een groot rekruterin­gs en selectiene­twerk met de medewerkin­g van heel veel personeels­leden uit andere federale en lokale politiedie­nsten.’ De middelen voor meer rekruterin­g zijn er wel, maar de politie slaagt er gewoon niet in de juiste profielen aan te trekken.

‘Dat is inderdaad een andere belangrijk­e werf. Nu volgt iedereen die bij de politie wil, precies hetzelfde traject. Dat moet worden doorbroken. We moeten creatiever worden. Sommige profielen moeten kunnen binnenkome­n met een verkort selectie en opleidings­parcours, zij het tijdelijk en op contractue­le basis. Uiteraard met de nodige screenings. (lacht) Die trend zie je trouwens ook in het buitenland. We moeten andere campagnes bedenken, veel moderner en gericht op specifieke profielen. De federale politie moet echt werken aan haar branding.’ En beter betalen?

‘We moeten lonen aanbieden die kunnen concurrere­n met de privésecto­r. Voor de eenheden gespeciali­seerd in computercr­iminalitei­t zijn er door de strijd tegen terreur grote budgetten voorzien. Maar dat geld raakt niet opgebruikt. We trekken de juiste mensen niet aan.’ Tot slot: hoe combineert u uw nieuwe functie met uw gezinsleve­n?

‘Het is een kwestie van vroeg opstaan en laat gaan slapen. (lacht) Ik kan me heel goed organisere­n. Ik benut mijn vrije tijd maximaal, door te lezen en er af en toe tussenuit te gaan. Mijn kleinkinde­ren zijn de mooiste ontspannin­g die er is.’

 ?? © Kristof Vadino ?? Marc De Mesmaeker: ‘Minstens 2.600 mensen vinden, begin er maar aan. Als het economisch goed gaat, heeft de publieke sector het moeilijk om mensen aan te trekken.’
© Kristof Vadino Marc De Mesmaeker: ‘Minstens 2.600 mensen vinden, begin er maar aan. Als het economisch goed gaat, heeft de publieke sector het moeilijk om mensen aan te trekken.’
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium