Een gigantische tijdspuzzel
‘The clock’ synchroniseert in duizenden fragmenten de filmtijd met de reële tijd. Wat de magistrale videoinstallatie toont: de eindeloze flow van verglijdende uren, maar ook onze obsessie ermee.
In ‘The clock’ duikt de tijd op in duizenden filmclips, op stationsklokken, wijzerplaten, digitale wekkerradio’s of pendules.
In comfortabele driezitsbanken zak je in Tate Modern onderuit voor een groot bioscoopscherm, om je te laten meevoeren met de wegtikkende tijd. Het wonder van The clock is dat de tijd die in duizenden filmclips opduikt op stationsklokken, wijzerplaten, digitale wekkerradio’s of pendules ook exact overeenstemt met de reële tijd.
Het is best een jachtig ritme. Je ziet nerveuze filmpersonages hollen om hun ochtendtrein te halen, of snelsnel hun lunchpauze weg te happen. We zijn getuige van de laatste momenten van Jack Nicholson voor zijn pensioen in About Schmidt, meteen gevolgd door een meute ambtenaren in andere fragmenten die opgelucht de prikklok passeren als hun dagtaak erop zit. Maar evengoed vertraagt de tijd en wordt hij in The clock eindeloos opgerekt. Bij het zenuwachtig aanschuiven in de file, of bij een westernfragment waarin Clint Eastwood onder een loden middagzon een duel laat uitvechten.
Naar het ronde uur toe lijken de fragmenten zich te vermenigvuldigen en een eindspurt in te zetten. Om dan weer een paar tellen rust te vinden bij het luiden van een torenklok. Meestal is het die van Big Ben, in veel films het referentiepunt voor het checken van het juiste uur.
Hitchcock
De ZwitsersAmerikaanse kunstenaar en componist Christian Marclay (63) was lange tijd alleen bekend in het undergroundcircuit van samplings. Zijn magnum opus The clock realiseerde hij in 2010. Hij kreeg er in 2011 op de Biënnale van Venetië de Gouden Leeuw voor, en meteen was een instant klassieker geboren. Tate Modern presenteert deze dolgedraaide kroniek van de cinemageschiedenis dit najaar vier maanden lang gratis. Tijdens drie weekends loopt ook de marathonversie, waarvoor het museum 24 uur lang zijn deuren openstelt.
Christian Marclay werkte drie jaar in een Londense studio aan zijn gigantische tijdspuzzel. Drie assistenten reikten hem continu nieuwe fragmenten aan, die dan al dan niet in de montage ingepast werden. Het begin liep vlotjes: in Hitchcockklassiekers en Bondfilms wordt vlijtig op de klok gekeken. Na één jaar realiseerde Marclay zich dat zijn project haalbaar zou zijn. Het moeilijkste was nog het ‘uur blauw’, vlak voor het aanbreken van de dag. Tussen 5 en 6 ’s ochtends hangt de filmmontage haast uitsluitend aan elkaar van droomsequensen.
Soundtrack
Het mooie is dat The clock niet louter knip en plakwerk is, maar de illusie van een doorlopende film oproept. Dat is te danken aan een uitgekiende montage, die de snippers op een gewiekste manier op elkaar doet aansluiten. Als in het eerste een personage een deur opent, wordt die in het tweede door iemand anders weer dicht gedaan. Op die manier kijk je naar een wervelende verzameling van filmwerelden, losse eindjes van spannende verhalen, maar ook bijzondere decors, sferen en stemmingen die allemaal één geheel lijken te vormen. Daarbij helpt ook de muziek: een soundtrack die op de huid kleeft van de fragmenten en de glijdende overgangen. Af en toe duikt een meditatief moment op. Dan denken filmpersonages na over hoe we allemaal de gevangenen zijn van de tijd, of hoe we de tijd zelden of nooit uit het oog lijken te verliezen. Maar in The clock is elk moment ook een verbindingsstreepje: tussen realiteit en fictie, tussen versnellen en vertragen, tussen het motief van vluchtigheid dat in films opduikt en onze eigen vergankelijkheid die we daarbij ervaren.
Het filmbad werkt bovendien hoogst verslavend. Wie zich in Tate Modern in de zetels laat zakken voor deze attractieve seance, keert gegarandeerd nog een keer terug.
Christian Marclay werkte in een Londense studio drie jaar aan zijn filmmarathon
‘The clock’ van Christian Marclay, tot 20/1 in Tate Modern (gratis).