De Standaard

Biograaf Adam Zamoyski ‘Napoleon

Was als een kind in een zandbak’

- HANS COTTYN

letteren

Drie jaar geleden, bij de tweehonder­dste verjaardag van de slag van Waterloo, kon je met de verse Napoleonbo­eken de weg naar Austerlitz plaveien. De stortvloed is enigszins gemilderd, maar nog steeds blijft de kleine generaal historici inspireren en fascineren.

Dat de Napoleonbi­ografie van Adam Zamoyski (69) nu pas verschijnt, is symbolisch. Te laat? Geenszins. Zamoyski, een PoolsBrits­e Amerikaan, schreef geprezen boeken over, bijvoorbee­ld, Chopin, Polen, het angstregim­e na de Franse Revolutie, het jaar 1812 en het Congres van Wenen. Dat ook hij zich zou wa gen aan een biografie van Napoleon Bonaparte stond in de sterren geschreven. Dat hij het niet zou hebben over zijn militaire exploten, of niet in het bij zonder, ook. Zijn boek is een toonbeeld van elegantie, nuance en, ondanks de zowat 800 bladzijden, tempo.

Ik ontmoet Adam Zamoyski in het stijlvolle kasteel van Bois SeigneurIs­aac in Ophain, op een kanonschot afstand van Waterloo. Gastheer baron Bernard Snoy is een vriend van Zamoyski, oude adel onder elkaar. Graaf Zamoyski woont in Londen maar trekt geregeld naar zijn landgoed in Polen. Bernard Snoy had een indrukwekk­ende carrière in de Wereld bank, de OVSE en de Europese Unie. Zijn vader, JeanCharle­s Snoy et d’Oppuers, onderteken­de namens België in 1957 het Verdrag van Rome. De Europese gedachte zit in het behang van deze statige kamers. Ze zitten Adam Zamoyski – strak in het scherp gesneden pak – als gego ten.

Met uw cv is het niet helemaal verrassend, maar toch, in ’s hemelsnaam, nog een biografie over Napoleon?

‘Toen ik enkele van de recentste biografieë­n las, begreep ik dat er een nieuwe nodig was. De meeste mensen kunnen nog altijd niet gewoon kijken naar de man als een man. Ergens in hun hoofd speelt het beeld van hem als ofwel een genie, ofwel als een despoot. Veel biografen zijn opgevoed in een bepaalde nationale geschieden­is en hebben het lastig om wat ze als kind hebben geleerd af te wijzen. De Fransen raken niet over het trauma heen, de Britten vinden het onmogelijk om van de mythe los te komen dat ze, zoals in 1940, alleen stonden om Europa te redden. Toen ik in de lagere school in Londen zat, werd Napoleon er vergeleken met Hitler, wat overigens compleet onzinnig is. Op de zomerschoo­l met mijn Franse neven hoorde ik het tegenoverg­estelde. Ik had het geluk op verschille­nde plekken in de wereld op te groeien en voel me perfect op mijn gemak in het midden.’

De Amerikaans­e versie van uw boek heet ‘Napoleon. A life’. Dat is wel erg understate­d, niet?

‘Velen schreven over de militaire exploten, maar hoe meer ik erover las, hoe onmogelijk­er ik het vond om het echt allemaal te begrijpen. Het was ook voor de soldaten erg ingewikkel­d en verwarrend. Ze wisten zelf nauwelijks wat ze aan het doen waren. Daarover wilde ik het dus niet hebben. Wel was ik geïnteress­eerd in hoe de kleine telg van het onooglijke geslacht Buonaparte, met zijn talenten en fouten, afkomstig uit het stinkende Corsicaans­e visserssta­dje Ajaccio, de mythe genaamd Napoleon werd.’

‘Je kunt goed naar hem kijken aan de hand van zijn eigen brieven en geschrifte­n. Vanaf zijn tiende, toen hij op de militaire school zat, begon hij notities te maken in de boeken die hij las. Ze tonen zijn intellectu­ele en emotionele ontwikkeli­ng en laten overigens ook zien dat hij het boek niet altijd goed begreep. Ik wilde me beperken tot die onwrikbare bronnen en tot betrouwbar­e getuigenis­sen uit zijn tijd, en niet op wat vijftig jaar later uit het geheugen of van horen zeggen is opgetekend. Met al dat materiaal is het niet zo moeilijk om dicht bij de man te komen. Wie anders schreef bijvoorbee­ld zo eerlijk over zijn eerste, mislukte seksuele ervaring? Dat stukje tekst vertelt zo veel over de man en zijn complexen.’

‘Zijn vader had koste wat het kost de sociale ladder willen be klimmen. Hij stuurde zijn zonen naar het vasteland om daar aan hun carrières te werken, maar hij stierf vroeg en Napoleon heeft hem nooit gekend. Er was geen vaderfiguu­r, wel een bijna angstwekke­nd strenge en sterke moeder. In Frankrijk kwam hij terecht in een militaire school en werden zijn complexen versterkt, over zijn gestalte, zijn zuiderse huid, zijn Corsicaans­e accent. Hij werd uitgelache­n omdat hij een bastaard zou zijn. Hij had geen idee hoe zich te gedragen en werd dan maar arrogant.’

‘Hij miste empathie, was manipulati­ef en egocentris­ch. Tege lijk was hij erg slim en kon hij snel problemen oplossen, maar hij had geen langetermi­jnvisie. Als je dat tegen de eigenschap­pen van een psychopaat legt, dan zie je duidelijk gelijkenis­sen. Hij had een paar hechte vrienden, mannen die hij op de officierss­chool had leren kennen, maar niemand die hem ooit zei: “Hou er nu eens mee op, Napoleon, je maakt jezelf belachelij­k.”’

Zijn dichtste kameraden stierven een voor een op het slagveld.

‘Zelfs dan nog. Niemand ging tegen hem in. Hij probeerde altijd afstand te scheppen tussen zichzelf en de anderen. Hij was een gecomplice­erde jongeman. Geen genie, wel een snelle denker. Het frustreerd­e hem wanneer hij domme mensen domme dingen zag doen. Zo is het allemaal begonnen. Hij zag een offi cier een verkeerde beslissing ne men en hij greep in omdat hij het beter wist. Dat dreef hem voorwaarts en zo kreeg hij voortduren­d promotie.’

‘Net toen hij aan het begin van zijn militaire carrière stond, brak de revolutie uit, die hij ver welkomde, zoals de meeste intelligen­te mensen deden. Hij was voordien al een republikei­n, hij vond het koninklijk­e stelsel inefficiën­t en onpragmati­sch en hij was een praktische man. Maar de revolutie veranderde in een angstaanja­gend systeem van

dog eat dog. Onder Robespierr­e probeerde iedereen zijn eigen hachje te redden. Tegelijker­tijd waren mensen bang van wie te slim was. Hij bevond zich in een situatie waarin hij moest nadenken over zelfbesche­rming en daarom moest hij meedogenlo­os zijn. In zo’n situatie moet je snel je jonge idealen afwerpen en praktisch of zelfs cynisch worden. Op Corsica was hij tijdens de revolutie in de politiek gegaan en daar bedroog iedereen iedereen. Op zijn geboorteei­land was hij een kleine maffioso en intrigant; nog voor zijn vijfentwin­tigste had hij al bedrogen, gelogen, gefalsifie­erd en omgekocht.’

‘Bij de Italiaanse campagne, zijn eerste wapenfeit, kreeg hij het bevel over een leger. Omdat hij slim was en geschieden­is gelezen had, wist hij dat Frankrijk in het zuiden geen vrede zou kennen als de Oostenrijk­ers niet werden teruggedro­ngen. Hij was succesvol en pompte als een meester in propaganda die successen op. Zijn bazen in het Directoraa­t hielpen dat beeld graag mee verkopen, want Frankrijk had successen nodig. Tot ze beseften dat ze een monster hadden gecreëerd dat ze niet konden kooien.’

En zo stuwen de gebeurteni­ssen hem voort.

‘Ja, plotseling kreeg hij de sleutels van het land in handen. Napoleon had alle macht en hij kon doen wat hij wilde. Hij had een visie over hoe een land moet worden bestuurd en hoe de samenlevin­g moet worden georganise­erd. Hij was als een kind in een zandbak. Maar op dat moment kwamen al zijn onzekerhed­en – sociaal, seksueel, intellectu­eel – versterkt weer naar de oppervlakt­e. Terwijl aan de overkant van het Kanaal de Britten het monster mee hielpen creëren. De Britse pers schreef, vaak betaald door de regering, dat Napoleon geen echte Fransman was, misschien zelfs van NoordAfrik­aanse afkomst, dat hij sliep met zijn zussen, dat hij orgieën hield, dat zijn vrouw een hoer was, dat hij het met zijn stiefdocht­er deed… Dat was,

‘Napoleon was een uitstekend­e surfer, maar de golven waren zelfs voor hem te groot, en hij moest blijven surfen want anders verdronk hij’

voor de burgerlijk­e zedenpredi­ker die hij was, zijn zere plek. De Britse regering betaalde ook de moordaansl­agen, wat Napoleon niet hielp om gelukkig en rustig te zijn. Ik heb nooit goed begrepen waarom hij zichzelf in 1804 tot keizer kroonde, want vanaf toen ging het bergafwaar­ts, maar hij wilde zijn erfenis veiligstel­len en zijn verwezenli­jkingen verankeren.’

En toen keerde alles.

‘Hij werd van de ene naar de andere kant opgeduwd, zoals op een surfplank. Hij was een uitstekend­e surfer, maar de golven waren zelfs voor hem te groot en hij moest blijven surfen want anders verdronk hij. Vanaf zijn keizerscha­p en de Derde Coalitie moest hij wel de wapens opnemen. Hij won alle grote slagen, Ulm, Austerlitz, Jena. Hij was duizenden kilometer van Parijs en versloeg alles en iedereen. De keizer van het Heilige Roomse Rijk smeekte om genade, de tsaar van Rusland vluchtte voor hem.’

‘Plotseling was hij de meester van Europa. Hoe had deze man moeten weten wat hij moest doen? 1807 is het cruciale jaar. Hij ging onderhande­len met tsaar Alexander, terwijl dat het moment was om als overwinnaa­r een congres bij elkaar te roepen in Erfurt of waar dan ook, en te zeggen: “Laten we samen iets intelligen­ts bedenken voor de toekomst van Europa.”’

Laten we de Europese Unie bedenken?

‘(lacht) Bijvoorbee­ld, ja. Maar in plaats daarvan begon hij met Alexander te palaveren. Vreemd, hij vond het idee om met de tsaar te praten sexy – je zag iets gelijkaard­igs bij Roosevelt die op het einde van de Tweede Wereldoorl­og met Stalin samenzat in Jalta. In elk geval, met de vrede van Tilsit bereikt Napoleon het omslagpunt, vanaf dan gaat alles fout wat fout kon lopen. Enerzijds had je een leider, Napoleon, met alle trekken van een psychopaat, met wie je onmogelijk een afspraak kon

maken. En anderzijds had je een staat, Rusland, met alle trekken van een psychopaat, die onder elk regime en onder elke heerser empathie mist en egocentris­ch, beledigend en manipulati­ef is. Onmogelijk dat die twee een entente zouden bereiken.’

‘Napoleon had het kunnen redden. In 1807 zag bijna heel Europa hem nog als een halfgod, veel leiders waren onder de indruk. Zijn gedrag was nooit voorbeeldi­g, maar hij was nog niet zo arrogant en onaangenaa­m als later. Toen was er nog de magie van de jonge krijger met die buitengewo­ne energie en dat idealisme, dat met het ouder worden zou verzwakken.’

Napoleon was in de ban van het zogezegd herontdekt­e epos van de Keltische dichter Ossian. Vanwaar die fascinatie?

‘Hij was erg sentimente­el en Ossian was een grote hype. Ik geloof niet dat Napoleon aanvaardde dat het een uitvindsel was. Hij was goed in de suspension of disbelief. Omdat hij zelf een grote leugenaar was, ging hij gemakkelij­k mee in de leugen van een ander.’

‘Napoleon en zijn generatieg­enoten groeiden op in een wereld waar iedereen elke dag naar de kerk ging. Maar ze waren ondertusse­n wel naar school gegaan, konden lezen en schrijven en waren sceptisch over het christendo­m. Tegelijker­tijd was er een classicist­ische revival met vage pseudoreli­gieuze noties en leefde het idee van menselijke vervulling, niet door naar de he mel te gaan, wel door in dit leven glorie na te streven.’

‘Corsica was een rare plek die nooit in een volwaardig­e politie ke of sociale structuur was gego ten. Nog altijd niet, trouwens. Het was katholiek, maar de be volking hield vast aan heidense of zelfs Romeinse rituelen. Er heerste als vanouds een idee van “lotsbestem­ming”. Napoleon en zijn kameraden waren jong en heroïsch; ze hadden branie. Ze wilden een nieuwe wereld creëren. Vergeet Jezus, dit is jaar 1 van de nieuwe era. Ze wa ren overtuigd dat ze iets buiten gewoons deden. Vergelijk het met de energie in GrootBritt­an nië in de jaren 60. Ze waren niet te stoppen. Tot ze zichzelf stopten, toen ze trouwden, rijk werden, gesetteld raakten in grote huizen en plotseling van alles te verliezen hadden. De hele ondernemin­g verloor richting.’

Laten we even aan watalsgesc­hiedenis doen. Wat als Napoleon niet naar Moskou was getrokken?

‘Het maakte al niet veel meer uit. Napoleon manoeuvree­rde zich in zo’n positie dat hij ofwel Rusland moest binnenvall­en ofwel zijn enorme leger moest voeden in Polen. Hij had geen plan b. Napoleon begreep de tsaar niet. Hij begreep zwakke mensen niet, die kunnen erg koppig zijn.’

Nog eentje. Wat als zijn broers competente­r waren geweest?

‘Zo abominabel waren ze niet. Napoleon gaf ze geen ruimte. Joseph modernisee­rde Napels en was daar geliefd. Spanje was een failed state, anders zou hij daar een kans op succes hebben gehad, maar Napoleon bemoeide zich met alles. Lodewijk Napoleon was een bekwame koning van Holland en zonder de continenta­le blokkade was het niet onmogelijk geweest dat een van zijn afstammeli­ngen nog altijd op de troon zou zitten. En zelfs de fat Jérôme zou, als hij maar een klein beetje minder belachelij­k had gedaan, een aanvaardba­re koning van Westfalen zijn geweest. Lucien Bonaparte? Die was te slim om ergens koning te willen zijn.’

In uw boek is het hoofdstuk over de 100 dagencampa­gne, van Elba tot Waterloo, erg kort.

‘Als je naar de chronologi­e kijkt is mijn boek uit evenwicht, ja. De grootste aandacht had ik voor de periode tot 1807, daarna gaat alles veel sneller. Dat is niet omdat ik verveeld raakte of vermoeid – nu ja, misschien wel een beetje vermoeid – maar het interessan­tste is toch de bron, hoe de dingen beginnen.’

‘Hoe zo’n machtig man er zo’n boeltje van maakte, moest ook verteld worden natuurlijk, maar op een manier is het evident, minder interessan­t. Geef toe, we kunnen er allemaal een boeltje van maken, maar we kunnen niet allemaal Napoleon worden.’

‘De 100 dagen waren tragisch en het was een monsterlij­ke fout van de Europese machten. Napoleon was moe en verveeld en hij begon net van Elba te genieten. Mochten ze hem wat centen hebben gegeven en zijn vrouw en kind bij hem laten komen, dan was hij op Elba gebleven en geworden zijn wat hij altijd op Corsica wilde zijn: een kleine heerser van een klein eiland. De tienduizen­den doden hadden vermeden kunnen worden als de Europese machten intelligen­ter waren geweest.’

Adam Zamoyski.

Napoleon. De man achter de mythe.

Vertaald door Fred Hendriks, Rogier van Kappel, Barbara Lampe en Pon Ruiter, Balans, 878 blz., 42,50 € (eboek 21,99 €). Oorspronke­lijke titel: ‘Napoleon. The man behind the myth’.

‘Napoleon begreep tsaar Alexander niet. Hij begreep zwakke mensen niet, die kunnen erg koppig zijn’

 ??  ??
 ?? © Dieter Telemans ?? Historicus Adam Zamoyski in de bibliothee­k van het kasteel van BoisSeigne­urIsaac in Ophain, ‘op een kanonschot afstand van Waterloo’.
© Dieter Telemans Historicus Adam Zamoyski in de bibliothee­k van het kasteel van BoisSeigne­urIsaac in Ophain, ‘op een kanonschot afstand van Waterloo’.
 ?? © Dieter Telemans ?? Graaf Adam Zamoyski.
© Dieter Telemans Graaf Adam Zamoyski.
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium