OOSTVLAAMSE KERMIS
Dankzij de saga rond de opvolging van de gouverneur maakt de OostVlaming opnieuw kennis met de arrondissementscommissaris, een levend anachronisme uit de vorige eeuw. De Vlaamse regering benoemde hem tot waarnemend gouverneur in afwachting van een doorbraak, nadat de NVA en Open VLD vrijdag verwikkeld waren geraakt in een emotionele discussie. Er was geen doorkomen aan.
In haar zoektocht naar een opvolger voor Jan Briers volgde de Vlaamse regering voor het eerst een open procedure. Dat was een antwoord op een discussie van vijf jaar geleden. Open VLD, toen in de oppositie, keek met lede ogen hoe ‘haar’ provincie geen liberale gouverneur kreeg. De NVA, wel in de regering, was aan de beurt. Omdat Siegfried Bracke electoraal nog moest renderen, koos Bart De Wever voor een partijloze kandidaat.
Open VLD blokkeerde de aanstelling tot het compromis van de open vacature uit de bus kwam. Het is cynisch dat uitgerekend deze partij nu haar voet tussen de deur zet. Zij houdt mordicus vast aan een liberale kandidate, hoewel ze niet als eerste uit de selectie kwam. Die eer komt de stadssecretaris van Aalst toe, die ooit opkwam voor de Volksunie.
Toch vallen bij de gevolgde procedure enkele kanttekeningen te maken. Uit honderd kandidaten distilleerde selectieheer Ascento vijftien geschikte personen. Dat is erg veel. Bovendien stelde het bureau dat de toegekende cijfers niet zomaar mochten worden opgeteld. Dat maakt de ranking en de door minister Liesbeth Homans gevolgde conclusie kwetsbaar. Tenslotte torsen sommige geslaagden een politiek verleden. Via een omweg heropent dat de deur naar politisering.
Wie verwachtte dat een objectieve werkwijze elke discussie zou uitsluiten, mag zijn illusies opbergen. Nooit eerder raakte een gouverneursbenoeming zo geblokkeerd. Wie weet, was de oude werkwijze niet eens zo slecht. Ze was alvast gratis. Die verdeelde de vacante posten tussen de regeringspartijen, met respect voor de verhoudingen. Elke partij ging op zoek naar een geschikte kandidaat die mocht worden beloond.
Aangestelde gouverneurs maakten er een erezaak van om zo snel mogelijk politiek te ontgiften. Klachten over eventuele onkunde zijn er nooit gekomen. Net zoals partijloze kandidaten niet op een piëdestal moeten worden gezet, hoeven gegadigden met een politiek verleden niet per definitie worden gebrandmerkt. Het blijft onduidelijk hoe de regering deze knoop zal ontwarren. Perfide geesten suggereren een verruiming waarbij ook het Gentse stadsbestuur mee in de deal wordt gestopt. Dat strooit alleen zout in de wonde.
Wie weet, was de oude werkwijze niet eens zo slecht. Ze was alvast gratis