Een goed leven is … complex
Wat is een goed leven? Volgens beleidsmakers: een leven met een menswaardig inkomen. Volgens het Nationaal Geluksonderzoek: een gelukkig leven. Vier universiteiten denken het nu te kunnen vertellen, na vier jaar gezamenlijk onderzoek.
BRUSSEL I Geluk. Daar ligt het. Vijf letters, glibberig als een pas gevangen zeeduivel (de vis van het jaar). Sinds enkele jaren maken beleidsmakers er jacht op, want de consensus groeit dat je met data over inkomen alleen weinig weet over iemands welzijn. Een rijk persoon kan namelijk met chronische gezondheidsproblemen kampen en iemand met een lager inkomen kan gelukkig zijn dankzij een grote vriendenkring. Kortom: met objectieve gegevens over materiële welvaart krijg je nog geen helder beeld van ons algemeen welzijn. En dat is nochtans cruciaal om te weten op wie je het beleid moet afstemmen.
In maart 2018 sprong de UGent in die lacune met het eenjarige Nationaal Geluksonderzoek, geleid door geluksprofessor Lieven Annemans. Met de hulp van 3.770 Belgen gaat het op zoek naar antwoorden op vragen zoals ‘wat maakt of kraakt ons geluk’? En wie zijn gelukkiger: mannen of vrouwen?
Vier universiteiten – KU Leu ven, Universiteit Antwerpen, UC Louvain en ULB – doen nu haasjeover en presenteren de resultaten van hun vierjarig onderzoek in de publicatie Wat heet dan gelukkig zijn? (Garant). ‘De huidige geluksonderzoeken zijn volgens ons niet toereikend’, zegt econoom Frederic Vermeulen (KU Leuven). ‘Er is zoveel wat je geluk mee bepaalt dat de mensen die als minst tevreden uit die bevragingen komen, niet noodzakelijk degenen zijn met de slechtste levensomstandigheden.’ Geluksonderzoek kent dus veel valkuilen en die willen de onderzoekers eruit.
Introvert = minst gelukkig
Stel dat u morgen wakker wordt in een nieuw leven: u hebt een persoonlijke consumptie (alle uitgaven, behalve de woning) van 1.000 euro per maand en bent verder kerngezond. Hoe gelukkig schat u uzelf in op een schaal van nul tot tien? ‘We legden dit en nog twee andere scenario’s voor aan de 3.000 Belgen die we bevroegen’, zegt sociaal econoom Koen Decancq (UAntwerpen). ‘Hoogopgeleiden bleken opmerkelijk minder tevreden dan laagopgeleiden in hetzelfde scenario. Dat komt omdat hoogopgeleiden doorgaans hogere verwachtingen hebben.’
De opleidingsgraad is daarmee een van de factoren die mee bepalen hoe gelukkig iemand zichzelf inschat. Net als persoonlijkheidskenmerken, zoals introvertie. Decancq: ‘Dat is belangrijk om te weten omdat ze de resultaten beïnvloeden, terwijl het niet de bedoeling kan zijn dat je het beleid afstemt op introverte hoogopgeleiden, omdat zij als minst gelukkigen uit de bus komen.’
In de nieuwe methode die de vier universiteiten voorstellen om welzijn te meten, houdt men bovendien rekening met wat mensen zelf belangrijk vinden. Afhankelijk van hoeveel inkomen personen bereid zijn op te geven in ruil voor een betere gezondheid, job of woonst, konden ze eigen klemtonen leggen, volgens hun visie van wat een goed leven is. Frederic Vermeulen (KU Leuven): ‘Alleen zo kun je in een maatstaf van welzijn meenemen of iemand gezondheidsproblemen heeft of armoedig woont.’
‘De mensen die als minst tevreden uit bevragingen komen, zijn niet noodzakelijk degenen met de slechtste levensomstandigheden’ FREDERIC VERMEULEN Econoom (KU Leuven)