Muggenziften tegen malaria
Onderzoekers veranderden het genetisch materiaal van malariamuggen en konden ze zo laten uitsterven.
Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie maakt malaria elk jaar 400.000 dodelijke slachtoffers. De ziekte wordt overgedragen door steekmuggen die zich voeden met mensenbloed en hun doelwit via een muggenbeet besmetten. De muggensoort die het grootste aantal doden veroorzaakt in Afrika is Anopheles gambiae. Onderzoekers ontdekten een manier om het genetisch materiaal van die soort aan te passen zodat ze geen nageslacht meer produceren. De resultaten werden gepubliceerd in vakblad Nature biotechnology.
In de studie werd het genetisch materiaal van de muggen bewerkt met crispr. Die techniek kan stukjes genen knippen en plakken op een specifieke plaats in het genetisch materiaal van een bepaalde soort. De aangepaste genen kunnen overgeërfd worden en zo in het nageslacht belanden. Onder zoekers pasten de muggengenen aan zodat de meeste muggen mannetjes werden. Daardoor zijn ze, zoals alle muggenmannetjes, niet langer in staat te steken of eieren te leggen, waardoor ze niemand kunnen besmetten.
Om te zien hoe de aangepaste genen werden verspreid in groep, gebruikten de onderzoekers twee groepen van 300 vrouwtjesmuggen en 150 gewone mannetjes. Vervolgens voegden ze per groep 150 mannetjes met aangepaste genen toe. De genen vonden hun weg snel: in elke generatie werden de aangepaste genen aangetroffen in 95 tot 99 procent van de gevallen. Na zeven generaties waren alle muggen in de eerste groep drager en was er geen enkel eitje meer te bespeuren. Alle muggen stierven uit. In de tweede groep gebeurde dat na elf generaties.
De onderzoekers weten nog niet hoe wilde muggen zullen reageren. Bovendien zou de techniek een weerslag kunnen hebben op diersoorten die vooral muggen eten. Extra onderzoek is dus nodig.