Niet ons soort mensen
Wat migranten extra kwetsbaar maakte, was dat sodomie vaak voorgesteld werd als iets wat van nature niet voorkwam bij de eigen bevolking: het was een infectie waarmee je besmet kon worden door buitenlanders. Italië werd hierbij in het bijzonder geviseerd. Fransen hadden het over ‘le vice italien’, terwijl Duitsers ‘Florenzer’ als scheldwoord voor sodomiet gebruikten. Florentijnen waren inderdaad vaak de kop van Jut. Hun stad was immers de ZuidEuropese tegenhanger van Brugge als het op vervolging van sodomieten aankwam, met dat verschil dat ze in Firenze bijna nooit voor hun leven hoefden te vrezen. Na het betalen van een milde boete ging men vrijuit, wat natuurlijk bijdroeg aan het imago van Italië als hotspot voor mensen met homoerotische verlangens. Brugge had echter eveneens een beruchte reputatie bij tijdgenoten, wat een enigszins nieuwe invulling geeft aan de eretitel ‘Venetië van het Noorden’.
Ook moslims werden vaak karikaturaal voorgesteld wegens hun veronderstelde homoerotische verlangens. Heel wat christelijke pelgrims vermeldden in het verslag van hun reis naar het Heilige Land hoe moslims zich daaraan overgaven op aansturen van Mohammed. Een retorisch trucje om de veronderstelde superioriteit van het christendom te benadrukken. Of Franciscus Tercianus, ‘gheboren van Percyen’, moslim was, weten we niet. Zijn christelijke naam doet vermoeden van niet. Toch botste ook hij op bepaalde vooroordelen. Aangezien Franciscus ‘Walsch noch Vlaemsch en conste’, werd zijn verklaring dan maar naar het Italiaans vertaald. Een weerspiegeling van zijn positie als handelaar bij een Italiaanse handelsnatie in de stad of het gevolg van de heersende denkbeelden over Italianen en sodomie?