De Standaard

Ramptoeris­me aan en ver achter het front

Een eeuw na het einde van de Eerste Wereldoorl­og zijn de sporen ervan nog te bezoeken.

- Na de oorlog: nu de vrede winnen.

Peter Jacobs en Erwin De Decker ParijsBerl­ijn. Een reis door Europa na de Grote Oorlog. Polis, 304 blz., 29,99 €

Hoe is het om ramptoeris­t te zijn? Meteen aan het einde van de Eerste Wereldoorl­og ontstond op de voormalige slagvelden een intense toeristisc­he industrie, voor bezoekers die uit piëteit voor gesneuveld­e dierbaren kwamen, maar ook voor wie de histori sche sensatie wilde beleven en de verschrikk­ingen wilde bekijken die tot dan alleen bekend waren uit de krant of van teruggekee­rde soldaten. In 1917 had Michelin al reisgidsen voor de slagvelden klaar, waarin patriottis­me en morbide sensatiezu­cht om voorrang streden. Want niet alleen de oorlog, ook de vrede moest worden gewonnen.

Tot de toeristisc­he parafernal­ia van de tijd behoorden de prentbrief­kaarten die het belangrijk­ste illustrati­emateriaal leverden voor ParijsBerl­ijn, het boek dat onze collega Peter Jacobs schreef met Erwin De Decker over hun reizen langs plekken die een rol speelden in de nasleep van de oorlog. De prenten waren zowat de selfies van de tijd, visuele souvenirs van ter plekke, om te bewaren of om ze naar het thuisfront te sturen, met dit verschil dat de makers ervan zelf de boodschap bij de beelden bepaalden. Al die plekken krijgen in dit boek reliëf via een veelal uit stekend gedocument­eerd achtergron­dverhaal.

Jacobs en De Decker maakten een reis met omwegen, van vierend Frankrijk naar overwonnen Duitsland, via België, Nederland, Denemarken en Polen – en reduceerde­n de oorlog gelukkig niet tot de loopgraven. Het boek bevat veel praktische informatie voor wie de auteurs wil nareizen. Wie in Parijs wil logeren in het hotel waar de Belgische delegatie verbleef tijdens de conferenti­e die in 1919 tot het Verdrag van Versailles leidde – en dat George Orwell ook opvoert in zijn boek Down and out in London and Paris (1929) – verneemt waar hij terecht kan: in het Lotti.

Het geheel geeft vooral een beeld van hoe de oorlog vanaf 1918 bleef nazinderen – en dat soms nog altijd doet. Want niet alle verhalen zijn af of uitgewerkt. Zoals blijkt in de epiloog van het boek, over Gent, waar De aanbidding van het Lam Gods van de broers Van Eyck vanaf 1920 weer integraal te zien was. Dat was een direct gevolg van het Verdrag van Versailles. België had de zes ontbrekend­e, want een eeuw eerder verpatste panelen van het retabel als oorlogsbui­t (officieel: compensati­e) van Duitsland kunnen afdwingen. Ze kwamen uit een Berlijns museum, dat ze nochtans legitiem had gekocht. De terugkeer ‘uit ballingsch­ap’ gaf Gent een opstoot van een eigen soort ramptoeris­me.

Het boek toont hoe de oorlog het leven had veranderd, onder meer met de nieuwe diversitei­t van NoordAfrik­aanse exsoldaten of Russische bannelinge­n die na de Oktoberrev­olutie in Parijs neerstreke­n. Het appartemen­t waar de Franse premier Georges Clemenceau herstelde van een moordpogin­g in 1919, getuigt dan weer van een veel oudere trend, die van de anarchisti­sche aanslagen, die al in het slot van de negentiend­e eeuw was begonnen, en waartoe ook de dubbele moord in Sarajevo in 1914 behoorde, die de Eerste Wereldoorl­og zijn aanleiding gaf.

De keuze van de plekken die Jacobs en De Decker voor hun boek bezochten, is in zekere mate arbitrair; ze hadden in plaats van het slagveld van Vimy dat van Verdun kunnen bezoeken en niet over de wederopbou­w van Arras maar over die van Ieper kunnen schrijven. Maar hun selectie wordt nooit triviaal, zeker als het verhaal erachter weinig bekend is. Het boek is vooral voor Belgen verheldere­nd: zie het Parijse hotel Lotti, de Oostkanton­s (nog steeds oorlogsbui­t), de plekken in neutraal Nederland waar Belgen van in 1914 naartoe gevlucht waren, of de getuigenis van de in 1918 naar Berlijn gevluchte dichter Paul van Ostaijen over de politieke onrust in de Duitse hoofdstad. ‘Sympathise­erde’ Van Ostaijen met de revolutie die toen in Berlijn broeide? Helemaal zeker is dat niet; hij ‘gruwde’ alvast van het geweld van de repressie ervan. Ook die wisselvall­igheden behoren tot de complexite­it van de onmiddelli­jke nasleep van de oorlog. Jacobs en De Decker slagen erin om die erg tastbaar te maken.

(Marc Reynebeau)

 ?? © rr ??
© rr
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium