Opleiding van drie jaar duurt langer dan vijf jaar
Amper de helft van de studenten rondt zijn bachelor, die normaal drie jaar duurt, in vijf jaar tijd af. De slaagcijfers dalen aan alle universiteiten.
Het is nog net niet onder de helft gezakt, het aantal studenten dat in vijf jaar zijn bachelordiploma haalt. Dat blijkt uit cijfers van de KU Leuven, en die tendens is ook te zien bij de andere Vlaamse universiteiten. Tien jaar geleden lagen die cijfers nog beduidend hoger. Toen haalden zes op de tien studenten hun eerste diploma in maximaal vijf jaar tijd. Aan de UGent ligt het cijfer ‘al verschillende jaren’ op 50 procent.
‘Je zit met een grote groep jongeren die enthousiast aan de unief begint, maar meer dan vroeger lopen ze tegen een muur. En ze vinden almaar moeilijker hun weg’, zegt vicerector Onderwijsbeleid Tine Baelemans van de KU Leuven. ‘Dat is een probleem.’
De nieuwe studenten doen er langer dan vroeger over om het traject te doorspartelen. Je bachelordiploma in vijf jaar tijd halen, betekent al twee jaar vertraging. Studenten die het in drie jaar kunnen, worden een zeldzaamheid. Aan de Universiteit Antwerpen haalde in 2004 nog 38 procent van de eerstejaars in drie jaar tijd zijn bachelordiploma. Nu is dat nog 26,8 procent.
Te lang proberen
Betekent dit dat er minder jongeren zijn die nog hun diploma halen? Dat niet. De ‘uitstroom zonder diploma’ blijft ongeveer gelijk. ‘Als je alle vormen van hoger onderwijs samentelt, kom je aan 75 procent van alle startende universiteitsstudenten die na vijf jaar ergens een bachelordiploma haalt’, zegt Koen Santermans van de UHasselt. ‘Dat geeft al een positiever beeld. Maar veel studenten kiezen eerst een verkeerde rich
‘Vroeger werd de schifting sneller gemaakt. Wie niet slaagde in het eerste jaar, koos meteen een andere opleiding’
PETER DE MEYER Universiteit Antwerpen
‘Meer dan vroeger lopen eerstejaars tegen een muur. Ze vinden almaar moeilijker hun weg’
TINE BAELEMANS KU Leuven
ting en moeten zich dan heroriënteren: naar een andere richting, of naar een hogeschool.’
Veel meer dan vroeger dus komen studenten niet uit bij het diploma dat ze oorspronkelijk wilden halen. Ze beginnen in een bepaalde richting, falen, nemen vakken mee naar een volgend jaar en stoppen dan alsnog of verkassen toch nog naar een andere opleiding.
‘Vroeger werd de schifting sneller gemaakt’, zegt Peter De Meyer van de UAntwerpen. ‘Wie op het einde van het eerste jaar niet geslaagd was, koos meteen een andere opleiding. Met het zeer flexibele bachelor en mastersysteem van vandaag – waarbij studenten vakken uit verschillende jaren kunnen doen – wordt het minder vanzelfsprekend snel iets anders te gaan doen.’
‘Dat betekent vertraging en het kost ook geld’, zegt Baelemans. ‘We willen alleszins korter op de bal gaan spelen.’
De eerstejaars van de KU Leuven zullen van dichterbij gevolgd worden. Nog amper 11 procent van de beginnende bachelorstudenten aan de KU Leuven slaagt in eerste zittijd voor alle vakken van zijn eerste jaar. Na twee zittijden slaagt 36 procent. Een aantal jaar geleden lag dat boven de 50 procent.
Tussentijdse tests
De universiteit wil ‘de focus opnieuw op de eerste zit brengen’. Niet door de lat te verlagen, zegt Baelmans. ‘Maar wel door de eerstejaars beter voor te bereiden. We willen dat ze al vroeger kunnen zien hoe ze ervoor staan. We willen ze actiever met de leerstof leren omgaan, en hen meer tussentijdse tests en oefeningen aanbieden. Het wordt geen verplichting, maar een aanbod.’