WAAROM DE (FLAUWE) HUMOR VAN DE DRUIVELAAR TOCH NOG VERKOCHT RAAKT
‘Als een vrouw nee zegt, bedoelt ze dikwijls ja’, stelt De Druivelaar 2018. De uitgeverij van de bekendste scheurkalender van Vlaanderen heeft zich geëxcuseerd voor de spreuk. De uitschuiver is tekenend voor een kalender die door de tijd is ingehaald.
Het is 17 november 2018, de dag van de heilige Elisabeth van Hongarije. Op de achterkant van De Druivelaar staat de levenswijsheid van die dag: ‘Als een vrouw nee zegt, bedoelt ze dikwijls ja’. Het choqueerde een lezeres van Vlaanderens populairste scheurkalender, en dat liet ze ook weten aan Inni Group, de uitgeverij van De Druivelaar. Op Facebook verontschuldigde de uitgeverij zich intussen voor de spreuk.
De Druivelaar bestaat al sinds 1915. Er is intussen een digitale editie van de kalender en een papieren versie die je kunt personaliseren. Maar inhoudelijk blijft de moppen en spreukentrommel achterop hinken. In het universum van De Druivelaar is #MeToo nog niet echt doorgedrongen – laat staan vrouwenemancipatie tout court.
Dat blijkt ook wanneer we De Druivelaar voor 2019 doorbladeren. Artsen, bedrijfsleiders, directeurs en professoren zijn in de moppen altijd mannen. Vrouwen zijn domme blondjes of secretaresses die het met de baas doen. Mannen hebben affaires en hangen dronken op café. Vrouwen roddelen, zeuren en gaan shoppen. Er zijn talloze moppen waarin mannen hun beklag doen over lelijke vrouwen – omgekeerd gebeurt dat nooit.
Als we De Druivelaar mogen geloven, telt het Vlaamse gezin minstens vier kinderen (met een uitschieter tot veertien (!) kinderen), is televisie ‘een wonderlijk ding’ waar je jazzfestivals kunt zien en gaan mensen nog trouw te biecht bij de pastoor. Vrouwen hebben Vlaamse namen als Ger truda, Eline of Irma. Mannen heten Fons, Jantje en uitzonderlijk Abdellah. In De Druivelaar is het niet 2018, laat staan 2019. Dit is het blanke, christelijke Vlaanderen van de jaren vijftig – en daar kan die ene mop waarin een Tesla wordt vermeld, niets aan veranderen.
Geen moppen met misdienaars
Rijst de vraag: wie maakt die allesbehalve feministische moppentrommel? Een vrouw, blijkbaar. De grappen en levenswijsheden in De Druivelaar komen van Christine Desmet, die in haar eentje de redactie van De Druivelaar vormt, maar ook van lezers of van andere bronnen. Verschillende grappen worden door de jaren heen ook hergebruikt.
Desmet kon ons gisteren niet te woord staan. David Tielemans, directeur en bestuurder bij Inni Group, dat De Druivelaar uitgeeft, doet dat wel. Hij benadrukt dat De Druivelaar altijd twee jaar voor de publicatie wordt geschreven; de versie 2018 werd dus voor de affaireWeinstein en de doorbraak van #MeToo samengesteld. ‘Onze redactrice Christine Desmet doet haar werk al tientallen jaren op een integere manier’, zegt hij. ‘Het laatste wat ze wil, is lezers schofferen. Maar we kunnen begrijpen dat dergelijke spreuk in deze tijd niet meer kan.’
Toch vindt Tielemans niet dat zijn kalender een achterhaald beeld op de wereld toont. ‘We houden wel degelijk rekening met maatschappelijke veranderingen, alleen met enige vertraging’, zegt Tielemans. ‘Een zuiver christelijke kalender zijn we al jaren niet meer. Dertig jaar geleden zou je ook geen Maghrebijnse voornaam in de kalender zien staan. Na de affaireDutroux zijn we dan weer veel voorzichtiger geworden met moppen met pastoors en misdienaars – met alles wat seks betreft eigenlijk. Er is dus wel degelijk een evolutie. Maar neen, geen revolutie. Omdat we onze lezers niet willen bruuskeren. We willen niet te vooruitstrevend zijn en ook niet te conservatief. De kalender van 2020 zal sowieso ook veranderen, met een evenwichtiger beeld van mannen en vrouwen, maar heel voorzichtig en langzaam aan.’
Van De Druivelaar 2018 werden 850.000 exemplaren verkocht. De honderdste editie van De Druivelaar was in 2015 na Pascale Naessens het best verkochte ‘boek’ in Vlaanderen. Met zulke verkoopcijfers bereikt de scheurkalender, ooit erg populair als eindejaarsgeschenk bij banken en verzekeraars, dus niet alleen mensen boven de 75. ‘Uit een steekproef weten we dat de Druivelaar ook populair is bij lagereschoolkinderen en jonge tieners’, zegt Tielemans. ‘Vaak gebruiken scholen onze kalender in hun lessen – om de dagen van de week te leren, de moppen zijn daarbij ondergeschikt.’
‘We houden wel degelijk rekening met maatschappelijke veranderingen, alleen met enige vertraging’ DAVID TIELEMANS
Inni Group (uitgever De Druivelaar)