De Standaard

Michel zoekt Europese uitweg

Om een val van de regering over het VNMigratie­pact te voorkomen werkt premier Michel aan een Europese oplossing. Maar de NVA legt de lat hoger.

- VAN ONZE REDACTEURS MATTHIAS VERBERGT BART BEIRLANT

BRUSSEL I De discussie over het VNMigratie­pact brengt de spanning binnen de federale regering naar het kookpunt. In het parlement botste de NVA op zelden geziene wijze met premier Charles Michel (MR) over de tekst, die het eerste mondiale akkoord moet vormen over de basisprinc­ipes rond internatio­nale migratie.

In de zoektocht naar een oplossing om zijn regering op de been te houden, sleutelt Michel aan een Europese ontsnappin­gsroute. België overlegt volop met een handvol Europese landen waar momenteel ook debatten woeden over de kwestie. Daarbij zouden onder meer Denemarken, Nederland, het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen en Estland zijn. Michel heeft er ook persoonlij­k contact over met Europese leiders.

De gesprekken zijn nog pril, maar er circuleren al teksten. Die zouden moeten leiden tot een gezamenlij­ke interpreta­tieve verklaring die bij het Global com

pact for migration gevoegd wordt. Die zou onder meer twijfel moeten wegnemen over de wettelijke status ervan. Hoewel de tekst expliciet vermeldt dat hij juridisch niet bindend is, vreest de NVA dat rechters toch passages zullen kunnen aangrijpen als leidraad voor verdragen waaraan ze wel rechtstree­ks kunnen toetsen. Michel denkt er ook aan om op 10 december niet persoonlij­k naar Marrakech te trekken, maar bijvoorbee­ld een diplomaat te sturen.

De Wevers politieke project

De kans is echter klein dat de NVA genoegen neemt met zulke oplossinge­n. De partij heeft immers fundamente­lere bezwaren bij de tekst dan alleen zijn juridische waarde, bleek gisteren opnieuw. Op een boekvoorst­elling maakte voorzitter Bart De Wever duidelijk dat de tekst frontaal ingaat tegen het politieke project van de partij rond identiteit en burgerscha­p.

De Vlaamsnati­onalisten vrezen onder meer dat België niet meer zal kunnen beslissen wat illegale migratie is, dat gedwongen uitwijzing­en bemoeilijk­t worden omdat detentie van migranten zo veel mogelijk beperkt moet worden, en dat de tekst strenge regels rond gezinshere­niging in de weg staat en een positief discours over migratie oplegt.

Bindend of niet, de NVA wil geen tekst tekenen die in haar ogen ingaat tegen hun visie op migratie. ‘Wat is de zin om naar een circus te gaan om een tekst te onderteken­en die naar het schijnt niet bindend is?’, vroeg fractielei­der Peter De Roover in de Kamer retorisch.

Traditie van bruggenbou­wer

Bovendien neemt de NVA geen genoegen met een mogelijk gezamenlij­k standpunt van België en vooral WestEurope­se landen, waaraan Michel werkt. De NVA wil ook dat de OostEurope­se landen, die gemiddeld kritischer staan tegenover migratie, worden gehoord. ‘We pleiten ervoor dat u inspanning­en doet om heel Europa in dit verhaal mee te nemen, niet enkel het deel dat onze visie genegen is’, aldus De Roover. ‘Breekt u met de traditie om in Europa bruggenbou­wer te zijn?’

Maar Michel wijkt niet. In de Kamer herhaalde hij het engagement dat hij in september bij de VN in New York uitsprak om het akkoord te steunen. ‘Mijn mening is bekend’, zei de premier. ‘Ik wil de geloofwaar­digheid van ons land veiligstel­len.’ Ook de overige regeringsp­artijen – CD&V, MR en Open VLD – verdedigde­n vurig het pact.

Op 10 en 11 december vindt in Marrakech de top plaats waarop België kleur moet bekennen. Tot dan geeft de NVA de premier de kans om ‘ons te overtuigen en te antwoorden op fundamente­le vragen’. De twee kampen binnen de regering hebben zich zo vastgezet, dat bij een voor de NVA ontoereike­nde respons de val van de regering onvermijde­lijk lijkt.

‘Zal u de bezegelaar zijn van de splitsing van Europa?’ PETER DE ROOVER (NVA)

‘Ik wil de geloofwaar­digheid van ons land veiligstel­len’ PREMIER CHARLES MICHEL (MR)

Niet alleen de migranten zijn gebaat bij versterkte internatio­nale samenwerki­ng. BOGDAN VANDEN BERGHE legt uit waarom de regering het Marrakecha­kkoord moet tekenen.

In zijn opiniestuk over het Migratiepa­ct vertrekt Paul Scheffer terecht van de situatie op het terrein (DS 22 novem

ber). Ze is prangender dan ooit. Niet alleen in Marokko. Ook voor de mensen die de economisch­e en politieke crisis in Venezuela ontvluchte­n, die vastzitten in detentie in Libië, die sterven in de woestijn, de arbeidsmig­ranten die uitgebuit worden in Qatarese en Saudische huiskamers en op bouwwerven, en de bewoners van kleine eilandstat­en die de verwoesten­de impact van klimaatver­andering ondergaan. Moeten we die allemaal hier opvangen? Natuurlijk niet. Maar allemaal zijn ze gebaat bij versterkte internatio­nale samenwerki­ng.

We voerden de afgelopen jaren campagne rond migratie en vluchtelin­gen en spraken er met veel mensen over. Het is opvallend hoeveel misverstan­den erover bestaan, maar ook hoe genuanceer­d burgers erover denken als je hun de juiste feiten en cijfers aanreikt. Want als het over migratie gaat, spreken velen vanuit de buik. Nochtans zijn internatio­nale instelling­en zoals de Wereldbank, IMF, Oeso en de Europese Commissie het over één ding eens: migratie kan wel degelijk een positieve kracht zijn als ze goed wordt georganise­erd.

Wereldvree­mde VN?

Tegenstand­ers stellen het voor alsof het akkoord is ontsproten uit het hoofd van een wereldvree­md VNsecretar­iaat. Maar terwijl staatssecr­etaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (NVA) zijn boek schreef, werd wereldwijd maandenlan­g onderhande­ld. Een uitgebreid transparan­t en bijna publiek proces van geven en nemen waarbij continu teruggekop­peld werd naar de politieke verantwoor­delijken in 190 landen. Gedurende heel die periode volgden wij intens op, ook met de politieke partijen die de moeite deden. Maar op het publieke forum werd geen debat gevoerd.

Wat een verschil met vandaag, nu al die tekstexege­ten zichzelf bombardere­n tot experts internatio­nale pacten. Waar waren ze de afgelopen twee jaar? Zinnen knippen uit een tekst en er met de nodige dramatiek een doemscenar­io van maken, is intellectu­eel oneerlijk.

Fernand Keuleneer, advocaat en publicist, die ik niet van intellectu­ele oneerlijkh­eid verdenk, wijst al jaren bij verschille­nde verdragen op de juridiseri­ng van politieke processen (DS 31 oktober). Nietbinden­de akkoorden kunnen als een vorm van ‘soft law’ worden geïnterpre­teerd. Maar dat de tegenstand­ers deze kritiek nu pas ontdekken, is ongeloofwa­ardig. Bovendien doet uitgereken­d dit verdrag hard zijn best om die bezorgdhei­d weg te nemen. Ik ken nauwelijks internatio­nale teksten die zo uitdrukkel­ijk stellen dat hun tekst ‘nonlegally binding’ is en dat landen soevereini­teit behouden over hun nationale migratiebe­leid (artikel 15).

Belangrijk is dat de tekst geen rechten toekent aan migranten die afwijken van de al bestaande rechten in Europa. Neem bijvoorbee­ld detentie en terugkeer. België erkent al lang dat detentie pas een optie is als andere middelen uitgeput zijn, dat ze niet als ontrading ge bruikt kan worden en zo beperkt mogelijk in de tijd moet zijn. De onderhande­laars hebben op vraag van de EU expliciet gekeken naar de relevante Europese praktijk en richtlijne­n. Die krijgen nu een correcte plaats in dit pact. Rechters die het zouden wensen, beschikken met andere woorden over teksten waar een veel grotere autoriteit van uitgaat.

Is een tekst waaruit nauwelijks nieuwe rechten kunnen worden geput, dan zo belangrijk? We voelen ons niet geroepen om deze tekst in zijn geheel te verdedigen, het is een compromis dat op sommige punten best wat verder had kunnen gaan, bijvoorbee­ld wat betreft het beëindigen van de opsluiting van kinderen. Maar we vinden wel dat de regering hem moet tekenen. Omdat de tekst een poging doet om blinde vlekken in het huidige beleid aan te pakken, voorstelle­n doet inzake arbeidsmig­ratie, geldtransf­ers van migranten en klimaatont­heemding.

En vooral omdat het een eerste stap is om de internatio­nale standaarde­n voor de beschermin­g van de rechten van migranten te verhogen. Daarom zouden ook diegenen die bezorgd zijn over de migratiest­romen naar Europa, dit ak koord moeten toejuichen. Want als de internatio­nale standaarde­n omhoog gaan, zal de druk op Europa vermindere­n. Bovendien engageren alle landen, ook de Afrikaanse, zich expliciet om uitgewezen onderdanen op te nemen. Ook voor hen is dit een proces van geven en nemen.

Wat de tegenstand­ers vooral stoort, is de toon van het document, het geloof in de maakbaarhe­id van de samenlevin­g. Het pact gaat ervan uit dat het alternatie­f voor ons chaotische migratiebe­leid, een geordend en gestructur­eerd beleid is waardoor zowel de migranten als de bestemming­s en herkomstla­nden erop vooruitgaa­n. Het compact geeft een ruw en onafdwingb­aar raamwerk daarvoor. In tegenstell­ing tot wat Tinneke Beeckman gisteren schreef (DS 22 november), hebben Alexander De Croo (Open VLD) en Kristof Calvo (Groen) groot gelijk: politici met een brede kijk op de wereld moeten de moed opbrengen om zich te engageren voor zo’n raamwerk. Dat is niet vrijblijve­nd.

Het alternatie­f is het huidige iedervoorz­ich adhocbelei­d. Dat leidt nergens toe, tenzij naar meer stemmen voor diegenen die de daaruit volgende chaos als electorale epo toedienen. Dat de regering zou vallen over een nietbinden­d akkoord, past bij de Belgische surrealist­ische traditie. Maar we zouden er ons dood voor moeten schamen.

Zinnen knippen uit een tekst en er met de nodige dramatiek een doemscenar­io van maken, is intellectu­eel oneerlijk

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium