Socialistische bonden slaan slag bij NMBS
De uitslag van de sociale verkiezingen maakt de machtsverhoudingen bij het spoor voor het eerst echt duidelijk. De socialistische vakbond staat sterk, de meeste kleine bonden staan zwak.
De voorbije dagen trokken meer dan dertigduizend medewerkers van de NMBS, de personeelsdienst HR Rail en de infrastructuurbeheerder Infrabel naar de stembus voor historische sociale verkiezingen. Voor het eerst kon het personeel van een overheidsbedrijf rechtstreeks zijn vakbondsvertegenwoordigers kiezen in de gewestelijke overlegorganen, die zich vooral buigen over welzijn en veiligheid op het werk.
Tot nog toe mochten alleen de twee grote spoorbonden, de socialistische ACOD en het christelijke ACVTranscom, die mandaten onder elkaar verdelen. Hoe dat in de praktijk gebeurde? Niet door een verkiezing, maar door eigen ledentellingen, waarna de vertegenwoordigers met interne verkiezingen werden aangewezen. Meestal met als resultaat dat de christelijke vakbond de meerderheid claimde in Vlaanderen en de socialistische bond in Wallonië.
Machtsverschuiving
Daar komt nu verandering in. De uitslag toont immers voor het eerst de échte machtsverhoudingen tussen de spoorbonden. En daaruit blijkt enigszins verrassend dat de socialistische bonden veruit het sterkst staan. ACOD Spoor haalt bijna zestig procent van de mandaten binnen, bijna dubbel zoveel als ACVTranscom (302 mandaten van de 523 mandaten, gevolgd door ACVTranscom met 188 mandaten, red.).
Ook de liberale vakbond scoort erg zwak, wat geen opsteker is voor de bevoegde MRminister van Mobiliteit, François Bellot (een van de redenen om verkiezingen te organiseren was volgens sommige bronnen de hoop dat de liberale vakbond een voet tussen de deur zou krijgen, red.).
Maar er werd vooral uitgekeken naar de score van de drie kleine vakbonden, die geen deel uitmaken van het sociaal overleg, maar wel stakingsrecht hebben: het Autonoom Syndicaat van TreinBestuurders (ASTB), de Onafhankelijke Vakbond Spoorwegpersoneel (OVS) en MetispProtect, dat pas dit jaar werd opgericht door ontevreden leden van de Franstalige socialistische bond. Drie kleine bonden die geregeld in het nieuws kwamen met stakingsacties, maar waarvan nu blijkt dat alleen de OVS (21 mandaten, red.) het niet onaardig doet.
Let wel, het nationaal paritair comité, waar directie en vakbondstop elkaar ontmoeten, blijft wel gereserveerd voor de traditionele spoorbonden. Vanaf 2024 vinden om de 4 jaar sociale verkiezingen plaats bij de Spoorwegen.
Van de drie kleine bonden die regelmatig in het nieuws kwamen met stakingsacties, doet alleen de Onafhankelijke Vakbond Spoorwegpersoneel (OVS) het niet onaardig