DEMOCRATISCHE VERNIEUWING ZIET ER ZO UIT
Taxibetoging bij minister thuis is mogelijk erger dan smsbombardement
Politici kunnen er maar beter aan wennen dat de disruptie ook hun leven grondig wijzigt. Het zijn al lang niet meer alleen taxichauffeurs of hoteluitbaters die aan den lijve ondervinden wat de combinatie van technologie en innoverend denken kan doen met een traditionele beroepsactiviteit. Als de politieke leiders in onze samenleving willen dat we ons allemaal instellen op een grondige omwenteling van de manier waarop we leven en werken, moeten ze zelf ook bereid zijn uit hun comfortzone te komen.
In die comfortzone doen partijleden, streekgenoten en belangengroepen hun uiterste best om ‘hun’ politici hun mening te laten horen. Dat gebeurt doorgaans ordelijk. Soms verstoort een dissident een vergadering of staat een verongelijkt clubje met een vervelend spandoek aan een partijgebouw. Om tegen het beleid te protesteren, bestaat het recht op betogen, voor zover de manifestanten zich aan afspraken en regels houden.
De grens van deze vorm van communicatie tussen burger en bewind is al gauw bereikt als taxichauffeurs toeterend het vredige dorp van een minister in rep en roer zetten, of als scholieren elkaar via sociale en andere media aansporen om de straat op te trekken, terwijl ze wettelijk op school horen te zijn. En nu blijkt het hek van de dam als een paar handige harry’s van een milieuactiegroep een simpele manier hebben bedacht om mensen, via hun smartphone, massaal een minister te laten bestoken op haar gsmnummer.
So what? Welkom in 2019, waar een minister het niet meer redt met één telefoon voor politiek overleg, voor contact met kiezers én voor communicatie met het thuisfront. Het was leuk toen dat nog wel kon, maar die tijd is voorbij. Net als die van de gele briefkaart.
Vanzelfsprekend moeten de woning en het gezin van een politicus gevrijwaard blijven van dreiging en geweld. In die zin is een verhitte taxibetoging in de straat van een minister mogelijk een ernstigere kwestie dan een smsbombardement op een officiële kabinetstelefoon. Het ene raakt de privésfeer, het andere vereist van een politicus en zijn of haar staf alleen een moderne visie op veranderende communicatie.
Ongemerkt zijn we getuige van een zich vernieuwende democratie, waar de interactie tussen bestuurde en bestuurder intenser en veelkantiger wordt. Net zoals in de nieuwe economie slaat politieke disruptie soms wonden en noopt ze tot bezinning. Maar dat ze niet zal verdwijnen, staat evenzeer vast.