Hoe een maagverkleining de bloedsuikerspiegel dempt
Een maagverkleining kan diabetes verminderen of juist bloedsuikerproblemen veroorzaken. Nieuw onderzoek verklaart hoe dat komt.
Als de vertering van voedsel ‘dieper’ in de darm plaatsvindt, maakt de darm meer hormonen aan die de insulineproductie stimuleren. Dát verklaart waarom mensen met overgewicht na een maagverkleiningsoperatie niet alleen afvallen maar vaak ook merken dat hun diabetes minder erg wordt. Hetzelfde mechanisme treedt op bij magere mensen als die bijvoorbeeld vanwege kanker een deel van hun maag hebben moeten laten weghalen. Zij krijgen vaak last van een te lage bloedsuikerspiegel, met klachten als duizeligheid, zweten en neiging tot flauwvallen.
Britse onderzoekers onder leiding van stofwisselingsfysioloog Fiona Gribble van Cambridge University hebben nu in detail uitgezocht hoe dat werkt. Hun resultaten zijn gepubliceerd in het blad Cell Reports.
Darmhormonen zoals GLP1 en peptide YY komen vrij wanneer iemand net gegeten heeft. Daardoor neemt insulineproductie in de alvleesklier toe, en dat zorgt ervoor
dat glucose (bloedsuiker) die vanuit de darm in het bloed wordt opgenomen, verderop in het lichaam weer door de cellen wordt opgenomen. Bij ouderdomsdiabetes (type 2) is die insulineproductie te laag, waardoor de bloedsuikerspiegel te hoog wordt en op den duur weefsel kan beschadigen.
Bij een maagverkleining (met een maagbandje of een bypass) was eerder al gebleken dat de concentratie darmhormonen in het bloed toeneemt. En behalve dat de insulinegevoeligheid van patiënten kan verbeteren puur door het kwijtraken van overtollig gewicht en vetweefsel, waren er ook al aanwijzingen dat de aanmaak van insuline gestimuleerd wordt door die hogere concentratie darmhormonen. Er zijn ook een handvol diabetesmedicijnen die de werking van het darmhormoon GLP1 nabootsen of versterken.
Een operatieve maagverkleining blijkt de hormoonproduce rende cellen in de wand van de dunne darm niet te veranderen, ontdekten de Britten na onderzoek bij muizen en mensen. Het effect van een versterkte afgifte van het darmhormoon GLP1 moet daarom komen van het feit dat voedsel sneller verderop in de darm terechtkomt. Verderop in de dunne darm is de reactie van hormoonproducerende cellen sterker.
Als proef behandelden de onderzoekers vijf patiënten, die vanwege familiale maagkanker een operatie hadden ondergaan, met het middel Exendin9, dat de werking van GLP1 blokkeert. In vergelijking met een placebobehandeling bleek Exendin9 de insulinepiek te dempen die optreedt na een maaltijd. Voor deze groep patiënten is dat gunstig, omdat dat de kans op een te lage bloedsuikerspiegel kleiner maakt. Uit vragenlijsten bleek ook dat deze patiënten ook meer honger kregen, een aanwijzing dat GLP1 ook het gevoel van verzadiging beïnvloedt.
Dat er een versterkte afgifte is van het darmhormoon GLP1 moet komen van het feit dat voedsel door een operatie sneller verderop in de darm terechtkomt