Olie loont nog steeds
Als we de opwarming van de aarde tot 1,5 procent willen beperken, moet de productie van olie en gas tegen 2030 dalen met 20 procent, en tegen 2050 met 55 procent, stelt het klimaatpanel IPCC.
Zijn de grote oliemaatschappijen daarop voorbereid? Het afgelopen jaar hebben de vijf grootste –Chevron, ExxonMobil, BP, Royal Dutch Shell en Total– samen liefst 80 miljard dollar (71 miljard euro) winst gemaakt. Die hogere winst danken ze aan een sterke stijging van de olieprijs. Die bedroeg in 2018 gemiddeld 71 dollar per vat, tegenover 54 dollar een jaar eerder. Maar, zo stelt het persagentschap AFP, de hogere winst vloeit ook voort uit het lage investeringsritme van de oliegiganten. Daardoor maken ze minder kosten, terwijl ze wel nog de vruchten plukken van investeringen uit het verleden.
Schroeven ze hun investeringsplannen terug omdat ze weten dat olie in de toekomst niet meer zal lonen? Het valt te betwijfelen. ExxonMobil heeft een plan om tegen 2025 een kwart meer olie op te pompen dan in 2017. Uit de laatste resultaten blijkt dat het grootste beursgenoteerde oliebedrijf goed op schema zit. Nochtans staat ExxonMobil achter de klimaatdoelstellingen van Parijs, en is het een voorstander van een CO2taks. Maar ExxonMobil gelooft niet dat de olieconsumptie snel zal dalen. De bevolking blijft groeien, en de levensstandaard stijgt wereldwijd. ‘We voorzien de energie die nodig is’, zegt ceo Darren Woods aan het Britse weekblad The Economist. Die energie bestaat in belangrijke mate uit gas en olie.
ExxonMobil ontgint steeds weer nieuwe olievelden. Afgelopen week meldde het nog het aanboren van nieuwe olievelden in Guyana. En dat is nodig, meent het Internationale Energieagentschap (IAE). Elk jaar is het noodzakelijk om een olieveld ‘ter grootte van de Noordzee’ te vervangen om de uitputting van de huidige bronnen door een steeds hogere vraag te compenseren.
Daaruit moeten we niet concluderen dat de oliegiganten ‘des duivels’ zijn, stelt The Economist. ‘Ze reageren op prikkels vanuit de samenleving. De financiële return op olie is hoger dan die op hernieuwbare energie.’ De oliegiganten worden wel ter verantwoording geroepen door de klimaatbetogers, ze luisteren vooral naar hun aandeelhouders en willen zo veel mogelijk winst maken. Toegegeven, aandeelhouders hebben ook oren naar klimaatacties. Denk maar aan Shell dat, onder druk van de aandeelhouders, de bonus van de topman laat afhangen van de mate waarin de CO2uitstoot van de producten teruggedrongen wordt. Maar het toont vooral dat de markt het klimaatprobleem niet zal oplossen. Zolang olie loont, zullen de oliebedrijven blijven pompen. De onzichtbare hand zal de opwarming van de aarde niet tegenhouden.
Daarvoor hebben we de overheid nog. Zij kan olie minder lonend maken, bijvoorbeeld door de uitstoot van CO2 te belasten en zo de onzichtbare hand in een andere richting te sturen. Erg waarschijnlijk is dat voorlopig niet.
In ‘De Grote Markt’ duikt de economieredactie dagelijks in een opmerkelijke beweging in de economische wereld.
Zolang olie loont, zullen de oliebedrijven blijven pompen