Boeken dicht voor basisinkomen?
‘Nu we de resultaten kennen, zijn alle grote partijen – ook die van mij – tegen een universeel basisinkomen. Ik denk dat de zaak gesloten is.’ In een interview met de nieuwswebsite EurActiv.com liet de Finse minister van Financiën, Petteri Orpo, gisteren duidelijk verstaan dat het idee van een basisinkomen, waarbij ieder individu onvoorwaardelijk eenzelfde inkomen krijgt, geen toekomst heeft in zijn land. Vorige week waren de (voorlopige) resultaten bekendgemaakt van een experiment bij Finse werklozen die twee jaar lang ‘gratis’ 560 euro per maand kregen. ‘Wij willen voorwaardelijkheid in onze sociale zekerheid’, besloot Orpo. Voor wat, hoort wat.
Nochtans waren de Finnen enthousiaste voorlopers om te experimenteren met een basisinkomen, een idee uit de 18de eeuw dat opnieuw aandacht krijgt door de groeiende ongelijkheid binnen landen en de vrees voor robots die onze banen zouden afsnoepen.
Aan ambitie ontbrak het de onderzoekers van het ministerie van Volksgezondheid alvast niet, toen ze het onderzoek voorbereidden: ze wilden 10.000 Finnen, werkloos of aan de slag, maandelijks 800 euro geven, zonder daar verplichtingen tegenover te zetten. Een ‘echt’ basisinkomen dus, voor iedereen – of hij nu Jeff Bezos heet of onder een brug slaapt.
Maar dat vond de regering toch wat te gek. Ze beperkte het budget tot 20 miljoen euro. Uiteindelijk kregen 2.000 (alleen) werkloze Finnen een maandelijks bedrag van 560 euro. ‘Politici zijn net kleine jongens met speelgoedautootjes, die verveeld raken en iets anders willen doen’, hekelde hoofdonderzoeker Olli Kangas al voor de start van het experiment. Het was de regering nooit te doen om de mensen te ‘bevrijden’ of hun welzijn te verbeteren, zoals pleitbezorgers van een basisinkomen hadden gehoopt. De regering wou enkel en alleen bekijken of ze met het ‘gratis geld’ de Finse werkzaamheidsgraad kon opkrikken. Die is lager dan gemiddeld in de EU.
Wat bleek? Er was amper effect. De werklozen die onvoorwaardelijk ‘gratis’ geld kregen (en dat mochten houden als ze een baan vonden), gingen niet sneller aan de slag dan de werkloze Finnen die een uitkering kregen en dat inkomen (deels) konden verliezen als ze niet genoeg naar werk zochten. Opvallend: de werklozen met een basisinkomen vonden ook niet trager een baan dan zij die met de stok werden aangespoord. En bovendien gaf de eerste groep nog eens aan zich beter te voelen en minder stress te ervaren. ‘Dat verbaast me niet’, reageerde Orpo, lid van de liberaalconservatieve Nationale Coalitiepartij. ‘Ze kregen minder met bureaucratie te maken.’
Maar dat argument kan de Finse minister van Financiën niet vermurwen. ‘Alleen het welzijn verbeterde, de werkzaamheidsgraad niet. Als je echt meer mensen aan de slag wil krijgen, dan kan dat alleen door de uitkeringen voorwaardelijk te maken’, zei Orpo. En dus is het debat over het basisinkomen voor hem een ‘gesloten zaak’.
Ons lijkt het eerder wishful thinking van de man die naar eigen zeggen nooit voorstander was.
Finse regering wou enkel en alleen kijken of ze lage werkzaamheid kon opkrikken