De Standaard

Helft Vlaamse erfenissen lager dan 132.000 euro

Vlamingen laten in 2017 meer spaargeld en belegginge­n na, maar minder vastgoed, blijkt uit nieuwe cijfers van de Vlaamse belastingd­ienst.

- VAN ONZE REDACTEUR NICO TANGHE

Bijna 11,5 miljard euro. Zo groot was het belastbare vermogen dat de Vlamingen in 2017 nalieten aan familie, kinderen en andere erfgenamen. Concreet zijn dat overlijden­s waarvoor een aangifte werd ingediend of die ambtshalve getaxeerd werden. Het gaat om 5,71 miljard euro aan roerend vermogen (spaargeld, belegginge­n ...) en 5,48 miljard euro aan onroerend vermogen (vastgoed). Dat blijkt uit nieuwe cijfers van de Vlaamse belastingd­ienst, die sinds 2015 bevoegd is om de successier­echten te innen. Die Vlaamse fiscus geeft nu voor het eerst cijfers vrij voor het jaar 2017.

Opvallend is dat het roerend vermogen voor dat jaar licht gestegen is, terwijl het nagelaten onroerend vermogen lichtjes daalde. Het eerste is volgens de Vlaamse belastingd­ienst wellicht mede te danken aan de goede prestatie van de aandelenma­rkten in 2017.

Het tweede – de daling van het onroerend vermogen – is mogelijk een effect van de hervorming van de onroerende schenkinge­n. ‘De tarieven voor onroerende schenkinge­n werden medio 2015 verlaagd, wat aanleiding heeft gegeven tot een toegenomen aantal onroerende schenkinge­n. Dat kan als gevolg hebben dat het onroerend vermogen in de nalatensch­appen daalt’, zegt Kris De Sagher, woordvoerd­er van de Vlaamse belastingd­ienst.

Opvallend is dat de helft van de nalatensch­appen in Vlaanderen kleiner is dan 132.000 euro en zo’n 70 procent onder de drempel van 216.000 euro blijft steken. Slechts 10 procent van de overleden Vlamingen liet meer dan 450.000 euro na. Gehuwden laten bijna dubbel zoveel na als gescheiden erflaters: gemiddeld zo’n 150.000 euro, tegenover 85.000 euro.

Schenkinge­n

In het buitenland wordt het nagelaten belastbaar vermogen vaak stelselmat­ig groter naarmate de erflaters ouder worden. In Vlaanderen is dat niet zo. Dat heeft wellicht vooral te maken met de stijgende verzorging­skosten in Vlaanderen. Hoogbejaar­den komen vaker in een rusthuis terecht en dat is duur. Een andere verklaring is dat vanaf die leeftijd meer Vlamingen anticipere­n op de erfbelasti­ng door actief aan successiep­lanning te doen, bijvoorbee­ld via schenkinge­n.

In het buitenland wordt het nagelaten vermogen vaak groter naarmate de erflaters ouder worden. Bij ons stijgt de omvang van de erfenis bij mannen tot zowat 85 jaar – tot een mediaan van 148.000 euro – om daar na een opvallende knik te vertonen. Naarmate Vlamingen hoogbejaar­d worden, duiken de nagelaten vermogens steeds dieper onder die drempel. Dat is vooral zo bij vrouwen. ‘Een mogelijke verklaring is dat het om een generatie gaat die zelf weinig vermogen heeft opgebouwd omdat het gezin met de man als enige kostwinner toen nog de norm was’, verduideli­jkt De Sagher.

Van SintGenesi­usRode tot Heers

Ook de grote onderlinge verschille­n per gemeente zijn opvallend. Aan de bovenkant van de tabel springt vooral SintGenesi­usRode erbovenuit, waar op 102 erfenissen een gemiddelde nalatensch­ap van 335.000 euro werd geregistre­erd. De cijfers van de overige rijkste Vlaamse gemeenten (WezenbeekO­ppem, SintMarten­sLatem, Kraainem, Tervuren en Overijse) liggen een stuk lager, maar zelfs daar laten ze bijna vier keer zoveel vermogen na als die van de armste gemeente: het Limburgse Heers. Daar bedroeg de gemiddelde erfenis in 2017 amper 62.000 euro. Althans voor die gemeenten waarvoor de cijfers over de nalatensch­ap voldoende betrouwbaa­r zijn. Gemeenten met minder dan 20 overlijden­s per jaar worden door de Vlaamse belastingd­ienst steevast uit de cijfers gefilterd.

Niettemin is enige nuance op zijn plaats. De effectief geïnde belastinge­n op die geregistre­erde erfenissen liggen veel lager. Bovendien is het niet altijd zo dat de betrokken erfgenamen in de rijke Vlaamse gemeenten altijd meer krijgen. Dat hangt vanzelfspr­ekend af van het aantal erfgenamen en van de graad van verwantsch­ap. Kinderen in rechte lijn worden veel minder belast dan verre familieled­en.

Dat de faciliteit­engemeente­n SintGenesi­usRode, WezenbeekO­ppem, Kraainem en Linkebeek zo hoog scoren in de statistiek­en van de Vlaamse belastingd­ienst – allen in de top tien – heeft te maken met het feit dat, ondanks het hoge aantal Franstalig­en in die gemeenten, heel wat gestorven inwoners toch belastbaar zijn in Vlaanderen. Zelfs Franstalig­en kunnen daar met hun erfenis in de Vlaamse statistiek­en terechtkom­en, op voorwaarde dat ze hun fiscale woonplaats de voorbije vijf jaar het langst in het Vlaams Gewest hadden.

Gehuwden laten bijna dubbel zoveel na als gescheiden erflaters: gemiddeld zo’n 150.000 euro, tegenover 85.000 euro

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium